II-15-2
Rentecorrectie onrendabele investeringen (volgnr. 640)
Tijdens de voorbereiding van het ontwerp-beleidsplan 1983-1987 is aan
vankelijk een rentevoet van 11,5% als uitgangspunt gehanteerd.
Ontwikkelingen op de kapitaalmarkt tot juli 1982 hebben er toe geleid
dat deze veronderstelling bijgesteld kan worden tot een niveau van
10,5
De rentecorrectie op onrendabele investeringen van 11,5 op 10,5
hebben wij op dit volgnummer onder deze beleidssector tot uitdrukking
gebracht. De rentecorrectie op het financieringstekort hebben wij nog
in de ontwerp-begroting 1983 kunnen verwerken.
Inkomsten
Rente van kapitalen (volgnr. 129)
Als gevolg van de onder volgnr. 339/1 geraamde onttrekkingen aan de
risicoreserve wordt over de periode 1983-1985 een renteverlies geleden
van 647.000,Dit verlies heeft structurele doorwerking naar vol
gende jaren.
Onroerend-goedbelastingen (volgnr. 317)
Met betrekking tot de onroerend-goedbelastingen zij opgemerkt dat U
daarover reeds op 13 december 1982 Uw standpunt heeft bepaald.
Algemene uitkering uit het gemeentefonds (volgnr. 335)
De raming van de algemene uitkering uit het gemeentefonds is gebaseerd
op de verdeelmaatstaven krachtens de Financiële Verhoudingswet 1960.
Voor meer algemene informatie omtrent de financiële verhouding tussen
rijk en gemeenten verwijzen wij U naar Hoofdstuk I.B.
aStructurele verhoging van inkomsten
a.lLeegstandswet
Voor wat betreft de compensatie voor de uitvoering van de Leegstandswet
verwijzen wij U naar volgnr. 648/3 onder de sector Volkshuisvesting.
a.2 Brandweerwet
In een vroeger stadium heeft het Rijk de gemeenten financiële steun
toegezegd voor de invoering van de le en 2e fase van de nieuwe brandweer
wet. In de ramingen zijn wij er van uitgegaan dat de le fase in 1983 in
zal kunnen gaan. Voorshands zijn wij uitgegaan van een uitkering van
2 x 125.000,
II-15-3
t
Voor wat betreft de hiermede samenhangende personeelsuitbreiding zij
verwezen naar beleidssector Reiniging en Brandweer.
a.3. Werkgelegenheidsplan
In het kader van het werkgelegenheidsplan heeft het Rijk voor in totaal
474 mensjaren middelen toegevoegd aan het Gemeentefonds. Voor de gemeente-
groep waartoe Leeuwarden behoort bedraagt dit 185 mensjaren.
De totale uitkering die uit dezen hoofde ontvangen wordt, bedraagt
326.000,--. Deze middelen zijn in principe bedoeld voor uitbreiding 0
gemeentelijke sociale diensten, decentralisatie welzijnsbeleid, Hinder
wet en andere milieutaken.
a.4. Compensatie gestegen bijstandskosten
j i
In hoofdstuk I zijn wij reeds ingegaan op onze gedragslijn ten aanzien
van de gestegen bijstandskosten. Overigens zij opgemerkt dat het Rijk
de gemeenten al een aantal malen compensatie heeft geboden zoals:
vergoeding kosten fraudebestrijding, toekenning van gelden voor apparaats- t)
kosten van Sociale Diensten en compensatie gestegen bijstandskosten 1982.
a.5. Herverdelingsmaatreqelen
Het Rijk heeft besloten om het aantal woningen een groter gewicht toe
te kennen in de verdeelmaatstaven. Hiertoe is het bedrag per woning
verhoogd met 5,-- en het bedrag per inwoner verlaagd met 1,45.
Na toepassing van het z.g. uitkeringspercentage vloeit het voor onze
gemeente voor 1983 een meeropbrengst voort van 280.000,--. Het ligt
in de bedoeling - afgezien van ontwikkelingen t.a.v. de nieuwe Finan
ciële Verhoudingswet - uit een algemeen landelijk volumeaccres van 1%
jaarlijks 0,25% (overeenkomende met 27,5 miljoen) te reserveren voor
het doorvoeren van herverdelingsmaatregelen. Op basis van ervaringen
uit het verleden hebben wij verondersteld dat ons daarvan jaarlijks
275.000,-- zal kunnen toevloeien.
b. Kortingen op de qemeentefondsuitkeringen
Aangezien de stand van het gemeentefonds niet toelaat om de gevolgen van
de ontwikkeling van de uitkeringsbasis op te vangen, wordt het landelijke
uitkeringspercentage verlaagd. Voor ons betekent dit voor 1983 een ver
laging van 543.000,--. Op basis van het in de circulaire van 30 juni
1982 geschetste meerjarenperspectief hebben wij 550.000,-- 450.000,--.
250.000,-- en 400.000,-- aangehouden als verdere verslechtering voor
de jaren 1984 tot en met 1987.