13. de gemeente Leeuwarden is tot geen andere vrijwaring gehouden dan tot die wegens uitwinning; 14. partijen doen afstand van het recht tot het vragen van ontbinding, als bedoeld in de artikelen 1302 en 1303 van het Burgerlijk Wetboek; 15. de akte van eigendomsoverdracht zal worden opgemaakt door en verleden voor een door de gemeente Leeuwarden aan te wijzen, te Leeuwarden gevestigde notaris. Aldus vastgesteld wi de openbare vergadering van Voorzitter. Secretaris. Verzoeken om medewerking ingevolge artikel 72 van de Lager-onderwijswet 1920 Bijlage nr. 54 Leeuwarden, 10 februari 1983. Aan de Gemeenteraad. Van enkele besturen van bijzondere scholen voor gewoon lager onderwijs zijn aanvragen als bedoeld in artikel 72 van de Lager-onderwijswet 1920, om medewerking voor het treffen van voorzieningen en/of het aanschaffen van ma terialen ingekomen. De onder 2 en 3 in het hierbij gaande ontwerp-besluit genoemde aanvra gen geven geen aanleiding tot het maken van opmerkingen. Door inwilliging daarvan zullen ons inziens de normale eisen, te stellen aan het geven van lager onderwijs niet worden overschreden. Met betrekking tot het in het ontwerp-besluit onder 1 genoemde, dient het volgende ter toelichting. Van het schoolbestuur is een aanvraag als bedoeld in artikel 72 van de Lager- onderwijswet 1920, om medewerking ingekomen, om een verbindsgang te creëren tussen de Oohannes BogermanschoolPrins Bernhardstraat nr. 1 en de kleuter school "De Ark", Prinses Irenestraat nr. 5. Van het gebouw van genoemde kleuterschool" wordt één lokaal door de la gere school gebruikt als gemeenschapsruimte. Het bezoeken van deze ruimte door de leerlingen dient buitenom plaats te vinden, hetgeen als zeer hinder lijk wordt ervaren. Wij zijn van oordeel, dat om onderwijskundige redenen, alsmede met het oog op de komende integratie van het kleuteronderwijs en het lager onderwijs een ver bindingsgang tussen beide gebouwen wenselijk is. E.e.a. zal enige bouwkundige voorzieningen met zich mede brengen. De Inspecteur van het kleuteronderwijs en het lager onderwijs in de Inspectie Leeuwarden heeft verklaard met het ingediende verzoek te kunnen instemmen. De Minister van Onderwijs en Wetenschappen dient wel een verklaring van toe stemming af te geven voor de onderhavige voorziening, welke door het school bestuur moet worden aangevraagd. Indien deze verklaring niet wordt afgegeven vervalt uw eventuele besluit tot medewerking ingevolge artikel 72 van de Lageronderwijswet 1920. Gelet op het vorenstaande behoeft tegen het verlenen van uw medewerking geen bezwaar te bestaan. Wij stellen u voor te besluiten conform het bijgevoegde ontwerp-besluit. Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden, 3.S. Brandsma Burgemeester. W.3.G. Reumer Secretaris - 4 -

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1983 | | pagina 392