- 4 -
b. uitdrukkelijk wordt bepaald dat de erfpachter tevens moet gedogen
dat gemelde plaquette met bij behoren door de gemeente Leeuwarden als
eigenaar wordt onderhouden, onder welk onderhoud tevens moet worden
begrepen het tijdens het winterseizoen aanbrengen van gemelde bekis
ting met bevestigingsmateriaal, hersteld, geïnspecteerd, gewijzigd,
verwijderd en zonodig vernieuwd, en dat de gemeente Leeuwarden casu
quo haar vertegenwoordigers en de door haar aan te wijzen derden, voor
het uitvoeren van de door de gemeente Leeuwarden noodzakelijk geachte
onderhouds-, herstellings-inspectie-, wijzigings- of vernieuwings
werkzaamheden aan gemelde plaquette met bij behoren, met de nodige
vervoermiddelen, materialen en werktuigen toegang zal hebben tot de
uit te geven grond met de daarop gestichte/te stichten opstallen en
dat zij gebruik zal kunnen maken van een voor de uitvoering dezer
werkzaamheden benodigd gedeelte van de uit te geven grond met de daarop
gestichte/te stichten opstallen, één en ander op de minst bezwarende
en overigens op een in redelijk overleg met de erfpachter te bepalen
wijze;
c. de erfpachter staat er voor in, dat derden ten aanzien van de plaquette
met bij behoren geen rechten kunnen doen gelden, welke afbreuk kunnen
doen aan de met betrekking tot deze plaquette met bij behoren aan de
gemeente Leeuwarden toekomende rechten casu quo de uitoefening van
deze rechten;
de erfpachter vrijwaart de gemeente tegen alle aanspraken van deze
derden, welke afbreuk kunnen doen aan de rechten van de gemeente Leeu
warden;
d. de erfpachter zal zich bij het met betrekking tot de uit te geven grond
met de daarop gestichte/te stichten opstallen verlenen van rechten
aan derden (zulks overigens met inachtneming van het hiervoor onder
4 bepaalde) onthouden van al datgene, waardoor schade aan de gemelde
plaquette zou kunnen ontstaan, de aanwezigheid hiervan zou kunnen
worden belet, belemmerd of geschaad en inbreuk zou kunnen worden ge
maakt op de aan de gemeente Leeuwarden toekomende rechten of een onge
stoorde uitoefening daarvan zou kunnen worden belemmerd;
e. de erfpachter zal zich onthouden van elke handeling, waardoor schade
aan gemelde plaquette met bijbehoren zou kunnen ontstaan, de aanwezig
heid hiervan zou kunnen x^orden belet, belemmerd of geschaad, en in
breuk zou kunnen worden gemaakt op de aan de gemeente Leeuwarden toe
komende rechten of een ongestoorde uitoefening daarvan zou kunnen
worden belemmerd;
bij handelingen in strijd met het in dit lid bepaalde verricht, heeft de
gemeente Leeuwarden het recht terstond en zonder dat daartoe enige
ingebrekestelling nodig is, op kosten van de erfpachter al die maat
regelen te nemen, welke 'nodig zijn om hetgeen in strijd met het in dit
lid bepaalde is verricht of nagelaten, ongedaan te maken zonder dat de
gemeente Leeuwarden tot enige schadevergoeding verplicht is;
fde erfpachter stelt zich aansprakelijk voor alle schaden welke tenge
volge van door hem casu quo in zijn opdracht verrichte werkzaamheden
aan de gemelde plaquette met bijbehoren is ontstaan;
ingeval van het ontstaan van schade als in dit lid bedoeld zal de ge
meente Leeuwarden deze schade op kosten van de erfpachter herstellen;
de erfpachter verplicht zich de kosten vallende op deze werkzaamheden
op eerste aanzegging daartoe aan de gemeente Leeuwarden te voldoen;
- 5 -
g. de opgelegde gedoogplicht is altijddurend en niet opzegbaar;
uitsluitend de gemeente Leeuwarden zal de bedongen rechten kunnen
beëindigen door het doen van een enkele schriftelijke mededeling
daartoe aan de erfpachter;
bij beëindiging van de gedoogplicht zal de gemelde plaquette met bij
behoren ter keuze van de gemeente Leeuwarden volledig verwijderd dan
wel ter plaatse gelaten kunnen worden;
in het eerste geval zal de gemeente Leeuwarden slechts verplicht zijn
om het betrokken gedeelte van de gemelde oostelijke gevel van de op
stal, plaatselijk gemerkt Groeneweg 1, weer in een zo goed mogelijke
staat te brengen;
in het tweede geval zal de plaquette met bijbehoren "om niet eigen
dom worden van de erfpachter;
h. ingeval de gemelde plaquette met bijbehoren blijvend door de gemeente
Leeuwarden is verwijderd of ingeval deze plaquette geheel teniet is
gegaan en er niet tot herstel hiervan wordt overgegaan, zal de gemelde
gedoogplicht, nadat de gemeente Leeuwarden de erfpachter hiervan
schriftelijk heeft kennis gegeven, van rechtswege beëindigd zijn;
alsdan zal de gemeente Leeuwarden verplicht zijn om het betrokken ge
deelte van de gemelde gevel van de opstal, plaatselijk gemerkt Groene
weg 1 weer, in een zo goed moge lij le staat ke brengen;
i. ingeval van beëindiging der gedoogplicht, als hiervoor in de leden
g en h van dit artikel bedoeld, zal van deze beëindiging in de open
bare registers blijk moeten worden gegeven door de overschrijving
van een daartoe strekkend stuk;
de erfpachter is verplicht om alsdan - voorzover nodig en mogelijk-
zijn medewerking te verlenen aan de tot standkoming en de overschrij
ving van een dergelijk stuk;
6. het hierbij in erfpacht/opstal uitgegeven perceel grond, kadastraal bekend
gemeente Leeuwarden, sectie C, nummers 2588 en 2334, beide gedeeltelijk,
en op welk perceel zijn gesticht de opstallen plaatselijk gemerkt Groene
weg I, wordt hierbij als heersend erf ten laste van de bij de gemeente Leeu
warden in volle eigendom verblijvende gedeelten van gemelde percelen, tezamen
als lijdend erf, bevoorrecht met al die erfdienstbaarheden waardoor de
toestand, waarin het heersend erf zich thans ten opzichte van het lijdend
erf bevindt, wordt gehandhaafd, bestaande gemelde erfdienstbaarheden onder
meer, voorzover nodig, in:
a. een erfdienstbaarheid van licht, inhoudende de verplichting van de eige-
naar van het lijdend erf om te dulden, dat aan en in de op het heersend
erf gebouwde opstallen op kortere afstand van de grens van het lijdend
erf dan in de wet is toegestaan, ramen en lichten aanwezig zijn, zonder
dat hiervoor één der in de wet genoemde beperkingen geldt;
b. een er fdienstbanrheid van overbouw inhoudende de verplichting voor
de eigenaar van liet lijdend erf om te dulden dat de op het heersend
erf gestichte opstallen met bijbehoren, waaronder begrepen de thans
aan deze opstallen aangebrachte zonweringen en verlichtingsarmaturen,
gedeeltelijk op het lijdend erf zijn gebouwd, casu quo hierboven uit
steken, casu quo de versnijdingen van de funderingen in het lijdend
erf zijn gelegen, of de bij de op het heersend erf gestichte opstallen
behorende leidingen gedeeltelijk in het lijdend erf zijn aangebracht,