- 2 - Afwijkingen zijn toelaatbaar, mits aan redelijke eisen van welstand wordt voldaan. De Commissie Welstandszorg heeft daartoe inmiddels enkele criteria ontwikkeld, welke voor de Raad ter inzage zijn gelegd. Schepen uit deze categorie zouden ligplaats mogen kiezen aan respectievelijk de Westerstadsgracht (westzijde), de Westerkade, de Willemskade Z.Z. tot de Baljeestraat, het Nieuwe Kanaal (Emmakaden gedeeltelijk) en de Oosterstadsgracht (zie ter inzage gelegde kaart). Dit zijn kaden waar over het algemeen ook tot dusverre ligplaats wordt ingenomen en waar dat niet uit anderen hoofde is verboden. Dit geldt niet voor de Willemskade Z.Z. tussen Prins Hendrikbrug en Baljeestraat. Van die laatste kade alsmede in die gevallen, waarin nog andere kaden of gedeelten daarvan voor ligplaats van hier bedoelde schepen in overweging worden genomen, zal daarover o.i. de mening gepeild moeten worden van de bewoners van woningen aan die kaden. Een en ander ware t.z.t in de betreffende bestemmingsplannen vast te leggen. Het vorenstaande impliceert dat voor de aangegeven kaden ligplaatsvergunningen zullen kunnen worden verstrekt. Voor zover sprake is van een vaste ligplaats zal naarl onze mening een vaste aansluiting aan de openbare nutsvoorzieningen mogelijk moeten worden. Voor zover mogelijk zullen binnen deze categorie de groep vrije scheepsbewoners en passanten als bedoeld in de reactie van de Schippersvereniging Leeuwarden opgevangen moeten worden. Daar waar momenteel aan kaden waar ligplaatsvergunningen zullen worden verstrekt, schepen liggen in meer dan één rij, zullen voor de schepen die niet aan de wal liggen, tijdelijke vergunningen worden verstrekt. Komen er mettertijd plaatsen vrij aan de wal, dan zullen die schepen daar met voorrang een plaats toegewezen krijgen en de tijdelijke vergunning worden omgezet in een definitieve vergunning. Het vorenstaande impliceert dat een beleid zal worden gevoerd waarbij aan hier bedoelde kaden uiteindelijk slechts één rij schepen ligplaats zal hebben. Overigens houdt een en ander in een consolidatie van het huidige aantal woonarken en bewoonde voormalige vrachtschepen. Pleziervaartuigen. Deze categorie schepen zal in de periode 1 april - 1 oktober in ieder geval tij delijk ligplaats mogen innemen op met name daarvoor aangwezen plaatsen, zoals de Prinsentun en de Froskepolle. Hier mag geen vaste ligplaats worden ingenomen door woon- en vrachtschepen. Voor de bovenvermelde plaatsen wordt een speciaal tarief in rekening gebracht. In diezelfde periode mag de recreatievaart ook ligplaats kiezen, voor zover daar voor ruimte is, aan de kaden, die zijn aangewezen als ligplaats voor de bewoonde vrachtschepen. In de hierboven bedoelde gevallen is geen ligplaatsvergunning vereist. Uiteraard is, zoals reeds gezegd, wel havengeld verschuldigd. In de winterperiode mag geen ligplaats worden ingenomen aan de Prinsentun en de Froskepolle. Voor de overige wateren, voorzover deze niet in een bestemmingsplan als zodanig zijn aangewezen (CamminghaburenAldlan-Oost)mag in deze winterperiode geen ligplaats worden ingenomen, tenzij met vergunning van Burgemeester en Wethouders. Deze vergunningen zouden slechts in beperkte mate en in speciale gevallen moeten worden verleend, bijvoorbeeld in de situatie dat het water voor de "eigen" woning is gelegen en er overigens geien belemmeringen zijn (geen kade). Voor deze vorm van overwinteren zal een tarief moeten worden geheven, dat is afgestemd op dat van commerciële winterbergingsmogelijkheden. - 3 - 2.A-. Werkschepen. Ten aanzien van deze categorie van schepen zal naar onze mening in de binnen stad geen ligplaatsmogelijkheid moeten worden geboden. Naar hun aard behoren ze thuis op of nabij het industrieterrein. Geschikte plaatsen zijn aldaar echter niet voorhanden. Het gaat overigens om enkele schepen. Dit aantal zou ook zeer beperkt moeten blijven. Gelet hierop zouden wij terzake ad hoe moeten beslissen over het al of niet verlenen van een ligplaatsvergunning, waarbij de belangen van de schipper c.q. exploitant en die van de omgeving zo goed mogelijk tegen elkaar moeten worden afgewogen. De vergunningen hebben mitsdien een tijdelijk karakter en zullen zeker niet automatisch aan nieuwe gegadigden worden verleend. 3. Overlegstructuur. Was tot voor kort de groep bewoners van woonschepen weinig gestructureerd thans heeft zich een belangenvereniging gemanifesteerd in de vorm van de hiervoor reeds genoemde Schippersvereniging Leeuwarden. Wij stellen ons voor omtrent het vorenstaande met vertegenwoordigers van deze groepering nader overleg te voeren op basis van de door de Raad vastgestelde uitgangspunten. Dit impliceert dat in het voorgaande op onderdelen nog enige ruimte voor bijstellingen aanwezig moet blijven. Daarnaast lijkt ook ons een meer regelmatig contact zinvol. Wij zullen er dan ook naar streven een permanent overlegorgaan terzake van het woonschepen- beleid tot stand te brengen. In dit forum zullen vraagpunten met betrekking tot de uitwerking van het vorenstaande aan de orde kunnen komen. Uitwerking. Nadat door de Raad de principiële uitgangspunten zijn vastgesteld, zal de uitwerking'daarvan met voortvarendheid ter hand genomen moeten worden. De hiervoor bedoelde overlegstructuur zal daarbij een rol spelen, daarnaast zal met een aantal instanties nader beraad nodig zijn. Daar waar (nutsJvoorzieningen nodig zullen blijken, zullen wellicht kosten moeten worden gemaakt. Te zijner tijd zullen u daartoe voorstellen worden gedaan. Naar onze mening zal daarbij als uitgangspunt moeten gelden,dat deze kosten middels de tarieven verhaald moeten kunnen worden. 5. Voorstel Gelet op het vorenstaande en onder vermelding dat de Commissies voor Openbare Orde, voor Ruimtelijke Ordening en voor de Sport en Recreatie zijn gehoord, stellen wij u voor het vorenstaande als uitganspunten voor het te voeren beleid vast te stellen. Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden, 3.S. Brandsma Burgemeester. W.3.G. Reumer Secretaris.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1983 | | pagina 429