1-12 In het volgende overzicht zijn voor onze gemeente de verwachte tekorten per onderwijssoort gegeven naar de toestand aan het einde van de beleidsperiode bij verder ongewijzigd beleid. Openbaar kleuteronderwijs Bijzonder kleuteronderwijs Openbaar gewoon lager onderwijs Bijzonder gewoon lager onderwijs Buitengewoon onderwijs (openbaar en bijzonder) Openbaar voortgezet onderwijs Bijzonder voortgezet onderwijs Wetenschappelijk onderwijs Onderwijs voorzover niet vallende onder de vorige: schoolzwemmen kosten art. 13 L.O.-wet (vervoer kinderen) schooladviesdienst investeringen lager- en kleuteronderwijs diverse overige kosten Tekort in 1987 340.000,-- 247.000,-- 1.438.000,— 1.217.000,— 654.000,-- 416.000,— 458.000,— 420.000,— 869.000,— 92.000,— 434.000,— 29.000,— 3.896.000,- 6.614.000,- Specifieke uitkeringen. Uitkeringen Sociale Zorg. De uitgaven van de Gemeentelijke Sociale Dienst nemen nog steeds toe als gevolg van de toenemende werkloosheidDe uitkeringen ingevolge de Wet Werk loosheidsvoorziening (W.W.V.) worden voor 100 door het rijk vergoed. De uitkeringen ingevolge de Rijksregeling Werkloze Werknemers (R.W.W.) komen echter voor 90 voor rekening van het rijk en voor 10 voor rekening van de gemeente. De uitzetting van deze laatste uitkeringen en de toenemende apparaatskosten van de dienst zijn de oorzaak van het sterk toenemende beslag op de algemene middelen van de gemeente. 1-13 \\>Mf i, v Door de Vereniging van Nederlandse Gemeenten en ook door afzonderlijke gemeenten (o.a. de vier grote gemeenten) wordt constant bij het rijk aangedrongen op 100 vergoeding van het rijk voor de uitkeringen ingevolge de R.W.W. met de motivering dat de werkloosheid als landelijk probleem ook landelijk tot een oplossing moet worden gebracht; het kan nooit de bedoeling zijn geweest dat de huidige vergoedingsregeling tot zulke excessieve uitgaven voor de gemeenten zou leiden als thans het geval is. De in het beleidsplan 1982-1986 verwerkte veronderstelling dat het rijk de gemeenten tegemoet zal komen met een aanvullende vergoeding voor de gestegen kosten tengevolge van de uitzonderlijke en langdurige werkloosheid is in het ontwerp-beleidsplan 1983-1987 wederom opgenomen met dien verstande dat thans op volledige compensatie wordt gerekend. Naast de reeds door het rijk getroffen maatregelen om de gestegen uitgaven van de gemeenten terzake enigszins te compenseren en welke in het beleidsplan 1982-1986 reeds zijn gememoreerd, kunnen de volgende naderhand verstrekte tegemoetkomingen ter gedeeltelijke invulling van bovenbedoelde veronderstelling worden genoemd: - vergoeding kosten fraudebestrijding; - toekenning van gelden voor apparaatskosten van de sociale diensten in het kader van het werkgelegenheidsplan; - compensatie gestegen bijstandskosten. Deze tegemoetkomingen belopen gezamenlijk een bedrag van rond 415.000,--. Door de Minister van Binnenlandse Zaken is het voornemen bekend gemaakt met ingang van 1983 de middelen voor uitvoering van artikel 13 der Lager Onderwijswet 1920 van het gemeentefonds over te hevelen naar de begroting van het Ministerie van Onderwijs en Wetenschappen, zodat deze uitkering dan geen onderdeel meer zal uitmaken van de uit dat fonds betaalde kosten van sociale zorg. Zie voor de overige opmerkingen terzake van deze vergoeding bij de onderwijsuitkeringen. MW' }i V.W I lil "lil «k i'n'jWii m i' w' V, r»'i n i i'I/i'W iV»1.1 3.2. Rijksbijdrageregeling sociaal-cultureel werk. Door de Vereniging van Nederlandse Gemeenten wordt er bij het rijk op aangedrongen de gemeenten op het gebied van deze regeling meer vrijheid te laten om zodoende de administratieve werkzaamheden die thans van de zijde van het rijk worden opgelegd bij de uitvoering van deze regeling in sterke mate te kunnen beperken. Wij verwachten dat hieromtrent in het begin van deze beleidsperiode beslissingen zullen vallen. 'v "v I I t/i i1

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1983 | | pagina 55