No. 4673.
DE RAAD DER GEMEENTE LEEUWARDEN;
gelezen het voorstel van Burgemeester en Wethouders
van 24 maart 1983 (bijlage no. 129);
gelet op de artikelen 272, letter h en 277 van de Gemeentewet;
BESLUIT:
vast te stellen de volgende
Verordening tot wijziging van de Verordening
op de heffing en invordering van haven- en
opslaggeld (13e wijziging).
Artikel I.
In artikel 6, lid 3, wordt voor: "behoudens het bepaalde in het vierde lid van
dit artikel" gelezen: "onverminderd het bepaalde in het vierde lid van dit
artikel".
Artikel II.
In artikel 6, lid 4, sub a en b, vervallen de woorden "voorzover geen havengeld
verschuldigd is overeenkomstig het derde lid van dit artikel".
Artikel III.
i
Artikel 6, lid 3, wordt gewijzigd en gelezen als volgt:
"het innemen van een ligplaats door woonschepen en schepen uitsluitend gebruikt
voor bewoning wanneer het verblijf binnen de gemeente een termijn van 14 - al
dan niet achtereenvolgende - dagen binnen hetzelfde kalenderjaar te bovengaat
onverminderd het bepaalde in lid 6 van dit artikel:
a. voorzover de lengte van het schip niet meer bedraagt dan 15 meter, per
kalendermaand 26,
b. bij een grotere lengte dan 15 meter 26,verhoogd met 2,10 voor
iedere meter boven 15 meter.
Artikel IV.
Aan artikel 6 wordt toegevoegd een lid 6, luidende als volgt:
"het innemen van een ligplaats aan de zuidoever van het openbaar vaarwater
Woudmansdiep gelegen tussen de brug naar de Froskepolle en de Wijde Greuns,
gedurende de periode 1 mei tot en met 30 september door woonschepen en schepen
uitsluitend gebruikt voor bewoning:
a. per overnachting 5,70
b. per week, als bedoeld in artikel 13
van de verordening 30,