Het treffen van voorzieningen aan gemeentelijke schoolgebouwen ter beperking
van de schade als gevolg van vandalisme en inbraak.
Bijlage no. 148. Leeuwarden, 14 april 1983.
Aan de Gemeenteraad.
Teneinde een halt toe te roepen aan de jaarlijks toenemende overlast en
schade door vandalisme aan gemeentelijke schoolgebouwen hebben wij een ambte
lijke werkgroep vandalisme schoolgebouwen in het leven geroepen met de op
dracht te komen tot een gecoördineerde aanpak van dit probleem.
In haar rrota-"Rappor-fcage en adviezen per september 1982" die voor U bij de
stukken ter inzage is gelegd, doet de werkgroep de nodige aanbevelingen, onder
meer om schadebeperkende en beveiligende voorzieningen te treffen. De werk
groep onderscheidt hierbij vier mogelijkheden, te weten:
1. het treffen van preventieve voorzieningen rond de school (bijvoorbeeld door
het wijzigen van het schoolterrein en/of de speelplaats);
2. het weerbaarder maken van het gebouw (bijv. door het verwijderen of af
sluiten van opklimmogelijkheden en het toepassen van minder kwetsbare mate
rialen
3. het treffen van bouwkundige en/of electronische beveiligingsmaatregelen;
4. het realiseren van nieuwe speel- en groenvoorzieningen en het verhogen van
de bruikbaarheid van bestaande voorzieningen.
T.a.v. punt 1 en 2 merken wij op dat onderzocht is welke schoolgebouwen
relatief sterk aan vandalisme blootstaan, dan wel kwetsbaar zijn voor ver
nielingen. Aan de hand van deze inventarisatie is een lijst opgesteld van voor
zieningen die daartegen getroffen kunnen worden. Ook deze lijst is ter inzage
gelegd
Met betrekking tot punt 3 merken wij op, dat het aantal inbraken, al dan
niet gepaard gaande met brandstichting, stijgende is. In een aantal openbare
scholen hebben wij inbraakvrije ruimten doen creëren. Dit is evenwel niet
altijd een afdoende oplossing. Een aantal scholen is inmiddels voorzien van
een zogenaamde stil-alarminstallatie
Gezien de gunstige ervaringen die met dit alarmeringssysteem zijn opgedaan
zijn wij met de werkgroep vandalisme schoolgebouwen van oordeel, dat alle
daarvoor in aanmerking komende scholen hiermede dienen te worden uitgerust.
Ten aanzien van punt 4 merken wij op dat ook wij van mening zijn, dat goede,
bruikbare speel- en groenvoorzieningen een positieve bijdrage kunnen leveren
aan het terugdringen van het vandalisme. Op dit moment wordt gewerkt aan de con
cretisering van deze aanbeveling. Binnen afzienbare tijd zullen wij hierom
trent nadere voorstellen aan U voorleggen.
In aanmerking nemende, dat in 1981 de totale schade gemeentelijke school
gebouwen 169.800,bedroeg, welke post in 1982 opliep tot 246.500,--, zijn
wij van oordeel dat thans niet langer mag worden gewacht met het treffen van
voorzieningen die, samen met projecten die een mentaliteitsombuiging beogen,
ten minste een halt zullen kunnen toeroepen aan een verdere stijging van de her-
stelkosten. Wij tekenen hierbij aan, dat als gevolg van het zogenaamde doorbe
talingseffect naar het bijzonder onderwijs de hiervoor genoemde bedragen resul- ■-
teren in uitgaven ten laste van de gemeente ten bedrage van resp. 354.000,--
en 470.000,
De globale kostenraming voor de onder 1, 2 en 3 genoemde voorzieningen be
loopt in totaal een bedrag van 243.000,-- voor 22 gebouwen. Daarvan is voor het
kleuter- en lager onderwijs een bedrag bestemd van 141.000,-- en voor het
voortgezet onderwijs een bedrag van ca. 102.000,--. De uit e.e.a. voortvloeiende
kapitaallasten ad 45.000,— (10 afschrijving 8,5 rente) kunnen worden
gedekt door verlaging van de raming voor kapitaallasten, voortvloeiend uit de
stelpost voor modernisering schoolgebouwen.