11-11—2
In dit verband kan nog worden opgemerkt, dat door het wegvallen van
de korting 1983 en de voorgenomen centralisatie van het Fiom-werk
de noodzaak om op korte termijn in overleg met de andere Friese
kerngemeenten een definitief standpunt in te nemen met betrekking
tot de subsidiëring van het Oongerenadviesburo en de SOS-Telefo-
nische Hulpdienst enigszins is verminderd.
Het ligt in de bedoeling om in het najaar van 1983 de gedachtenont-
wikkeling terzake af te ronden, waarna U de nodige voorstellen zul
len worden gedaan.
Over de verdere beleidsontwikkelingen op het terrein van de maat
schappelijke dienstverlening zullen wij U op de hoogte houden.
2. Algemeen maatschappelijk werk
Door een daartoe ingestelde stuurgroep is aan het eind van dit jaar
een evaluatie voorzien van de werking van de vorig jaar bij wijze
van experiment gestarte 24— uurs bereikbaarheidsregeling op het ter
rein van de maatschappelijke dienstverlening. Binnen dit experi
ment verzorgen medewerkers van de Stichting Maatschappelijke
Dienstverlening Leeuwarden een piketdienst in samenwerking met de
gemeentepolitie voor gevallen waarbij psycho-sociale hulpverlening
noodzakelijk is.
Momenteel wordt nog maar weinig beroep op deze voorziening gedaan.
Bij de evaluatie die zal plaatsvinden, zal mede in ogenschouw wor
den genomen in hoeverre de mogelijkheid bestaat dat de 7 x 24—uurs
bereikbaarheidsregeling, die de Stichting Regionale Instelling
voor Ambulante Geestelijke Gezondheidszorg Friesland (Stichting
Riagg) op grond van bestaande rijksregelingen verplicht is tot
stand te brengen per 1 januari 1984-, in staat is de huidige voor
ziening in Leeuwarden te vervangen.
3. Bejaardenwerk
Begin 1983 heeft het Samenwerkingsverband Bejaardenzorg, waarbin
nen door bij de extramurale zorg voor bejaarden betrokken functio
narissen reeds op uitvoerend niveau werd samengewerkt, een be
stuurlijke onderbouwing gekregen waarin ook de intramurale be
jaardenzorg is opgenomen. De totstandkoming van dit overlegorgaan
vormt een waardevolle stap op de weg naar een geïntegreerd aanbod
II-11-3
van voorzieningen, diensten en activiteiten voor de oudere inwo
ners van Leeuwarden.
De in gang zijnde renovatie-activiteiten in een aantal van de ver
zorgingstehuizen en die welke in de nabije toekomst nog zullen
plaatsvinden, hebben tot gevolg dat in de komende jaren in Leeuwar
den sprake is van een aanzienlijk capaciteitsverlies van het aan
tal beschikbare verzorgingsplaatsen. Nadat wij deze problematiek
samen met de gezamenlijke tehuizen, de Indicatiecommissie en de
S.B.L. onder de aandacht van Gedeputeerde Staten van Friesland heb
ben gebracht, heeft het college van G.S. te kennen gegeven bereid
te zijn gedurende de jaren tot aan het tijdstip waarop de vervan
gende nieuwbouw van de bejaardenoorden "De Hofwijck" en "Nieuw St.
Anthonygasthuis" gereed zal zijn een tijdelijke voorziening met
60 verzorgingsplaatsen onder verantwoordelijkheid van het bestuur
van De Hofwijck in Leeuwarden te realiseren. Naar de lokatie waar
op en de vorm waarin (bestaande accommodatie of containerbouw) de
ze noodvoorziening tot stand kan worden gebracht, wordt nog nader
onderzoek ingesteld.
Overigens moet in dit verband worden vermeld, dat de Minister van
W.V.C. de bejaardenoorden er zeer recentelijk op heeft gewezen,
dat de directe financiële relatie die per 1 januari 1984- tussen
het ministerie en de verzorgingstehuizen zal bestaan tot gevolg
kan hebben dat zowel met betrekking tot voorgenomen bouwactivitei
ten als ten aanzien van de individuele budgetten van de bejaar
denoorden rekening moet worden gehouden met bezuinigingen. Wat ons
daarbij de meeste zorgen baart, is dat de minister benadrukt,
dat hij niet zonder meer bereid is om de gevolgen van bouwactivi
teiten, zelfs die waarvoor reeds een verklaring van geen bezwaar
is afgegeven, subsidiabel te stellen.
Zodra bekend is wat de gevolgen van deze beleidsvoornemens zijn voor
de Leeuwarder tehuizen, zullen wij ons beraden over de mogelijker
wijs te ondernemen stappen.
I.v.m. de wijziging in de financiële relatie zal het Gemeentefonds
worden gekort voor het oorspronkelijke 10% aandeel van de gemeenten
in de indirecte financiering 250 min)Voor gemeenten die een
aanmerkelijk nadeel zullen ondervinden zal een nog nader te publi
ceren overgangsregeling worden getroffen. De regering is van oor-
