1-14
3Geraamde nieuwe investeringen en daarvoor benodigde financierings
middelen.
3.1. Nieuwe investeringen.
De voor de gehele beleidsperiode geraamde nieuwe investeringsvolu
mes voor alle sectoren zijn samengevat in de in bijlage nr. II B
opgenomen staat. De hieruit voortvloeiende kapitaallasten en overige
lasten zijn in dit ontwerp-beleidsplan opgenomen in de bij de ver
schillende paragrafen van Hoofdstuk II gevoegde staten onder de
desbetreffende begrotingsposten.
In de ontwerp-begrotingen voor 1954 zijn deze kapitaallasten nog
niet functioneel geraamd. Wel zijn deze bij de verschillende
begrotingsposten in de toelichting vermeld.
De kapitaallasten en eventuele overige exploitatielasten van alle
nieuwe onrendabele investeringen zijn voorlopig uitgetrokken op
een verzamelpost (volgnr. 640) op Hoofdstuk XIII, par. 1 van de
gewone dienst van de ontwerp-gemeentebegroting 1984. Vandaar zullen
ze, naar gelang U de besluiten neemt tot het doen van de betreffende
investeringen, bij wijzigingsbesluit van de begroting 1984 worden
overgebracht naar de begrotingspost waar ze naar hun aard thuis
behoren.
3.2. Rentevoet nieuwe investeringen.
In de uitkomsten van de ramingen is voor de gehele beleidsperiode
een rentevoet van 9% verdisconteerd.
Mochten zich in de komende tijd op de kapitaalmarkt zodanige ontwik
kelingen voordoen, dat de werkelijke rentevoet in belangrijke mate
gaat afwijken van de door ons veronderstelde, dan zullen wij ons
omtrent de dan te volgen gedragslijn nader beraden. Zonodig zullen
wij terzake voorstellen doen.
3.3. Financieringssituatie.
Ingevolge artikel 2, tweede lid van de Wet Kapitaaluitgaven Publiek
rechtelijke Lichamen dienen de gemeenten, de vaste financiering te
verzekeren van de op de kapitaaldienst van de begroting geraamde
1-15
uitgaven, welke zij binnen de eerste 15 maanden zullen moeten doen.
Deze zogenaamde vaste financiering behoeft niet te zijn verzekerd
indien de kasgeldlimiet nog niet bereikt is. Onder kasgeldlimiet
wordt verstaan de ruimte voor vlottende financiering in procenten
van de ontvangsten op de gewone dienst van de laatst goedgekeurde
begroting met uitzondering van de hoofdstukken XII (Kasvoorzienin-
gen) en XIV (Verrekeningen).
Op basis van de door ons opgestelde investeringsoverzichten kan de
globale financieringsbehoefte voor 1984 op rond 55 min. wor
den gesteld.
Daarnaast is in de ontwerp-begroting 1984 op basis van investeringen
waartoe vóór 1-1-1983 kredieten beschikbaar zijn gesteld een finan
cieringstekort berekend van 78 min.
Rekening houdende met vertragingen in de uitvoering van kapitaal-
werken wordt door ons over 1983 en 1984 de totale financieringsbe
hoefte geschat op rond 100 min.
4. Uitgaven
Voor wat betreft de ontwikkeling van de uitgaven zij hier kortheids
halve verwezen naar de ramingen en de daarop betrekking hebbende
toelichting per afzonderlijke beleidssector.
Voorts wordt in de bij hoofdstuk I behorende bijlagen A tot en met
B aangegeven:
Bijlage A: een totaal-overzicht van de saldi der sectoren op basis
van ongewijzigd beleid;
Bijlage B: een overzicht van de voorstellen tot nieuw beleid.
5. Kwantitatieve uitgangspunten gehanteerd bij het samenstellen van de
ontwerp-begroting 1984 en het ontwerp-beleidsplan 1984-1988.