O
O
co
hH
cr
U
O
CU
O
LJ
cc
cr
O
co
CL
ON
i
0)
<00
DN
c
HO
LL>
O
M
Cfï
w.
w
g:
i
C
C
0?»
c
.7,
c
c
0)
co
ft
ft
00
co
co
co
On
VA
00
C\
O)
O
u
o>
c
■ifr
co
co
0n
O
CO jr
jstuuinu
-5toa
II-13-x
CD
CD
PAR. 14.
■d-
CD
LA
cf-
ro
PA
fA
co
CD
<\J
ON
O
0\
O
\0
NO
<\J
CG
CD
<M
LPl
r>.
rA
(M
C\
!\J
O
M
er
üJ
I—
O
O Ld
I— CJ
II-14-1
3ELEIDSSECT0R SAMENLEVINGSOPBOUW Eh JEUGDWERK
Algemeen.
De in deze beleidssector ondergebrachte werksoorten vallen nagenoeg
alle binnen het bestek van de sociaal-culturele planning; vaststel-'
ling van het beleid op dit terrein voor 1984 zal derhalve plaats
vinden in het kader van het programma sociaal-cultureel werk voor
dat jaar. Het streven is er op gericht om de behandeling van het
programma in de Raad te doen samenvallen met de behandeling van de
gemeentebegroting het beleidsplan. Om dat te bereiken zal er een
"inhaalmanoeuvre" nodig zijn m.b.t. de voorbereidingen voor het
programma 1984, zodat vaststelling daarvan in een eerder stadium
kan plaatsvinden dan voor 1982 en 1983 het geval was.
Mede met het oog daarop zal het programma 1984- waar mogelijk beknopter
van opzet zijn. Via deze "inhaalmanoeuvre" moet het haalbaar geacht
worden het programma 1985 aan te laten sluiten bij c.q. onderdeel
te doen vormen van de gemeentebegroting 1985 het beleidsplan
1985-1989.
Aanvankelijk lag het in het voornemen U begin 1983 concrete voorstel
len tot aanpassing van de procedureverordening voor te leggen.
Mede ten gevolge van werkdruk i.v.m. gemeentelijke en rijksbezuini
gingen, de tot stand te brengen subsidieverordening en de hierboven
bedoelde "inhaalmanoevre"alsmede gelet op de ontwikkelingen op
rijksniveau in de richting van één brede rijksbijdrageregeling soci
aal-cultureel werk/maatschappelijke dienstverlening en vereenvoudi
ging van de (voorschriften voor de) procedures voor plannen en pro
gramma's, kon dit voornemen niet gerealiseerd worden. Voorstellen
tot aanpassing van de procedure zullen U nu zo spoedig mogelijk be
reiken
De inspraak procedure rond de Algemene subsidieverordening en de
sub-verordening Specifiek Welzijn is inmiddels afgerond. Nog in
1983 zullen wij deze verordeningen ter vaststelling aan U voorleg
gen.
De vraag in hoeverre het mogelijk zal zijn de sub-verordening
Specifiek Welzijn in 1984 reeds in volle omvang van kracht te laten
worden, zal nog beantwoord dienen te worden. Hoewel in deze sub
verordening zoveel mogelijk is aangesloten bij reeds bestaande rege-
•m
ifi
O
k
u
rz
cr<
mm'
cn
tn
-3
u
DN
ON
ND
0n
u
co
n
CO
VD
c
ON
LJ
O
ts>