II-1-6
Zoals in hoofdstuk I, onderdeel B, reeds is uiteengezet hebben
wij gemeend deze resterende taakstelling te moeten toevoegen aan
het totale tekort voor de beleidsperiode 1984—1988.
Aan ons voorstel om de vacaturecommissie te ontheffen van deze fi
nanciële taakstelling liggen de volgende overwegingen ten grond
slag. Niet alleen werd het werkveld van deze commissie steeds
meer ingeperkt door de gemaakte uitzonderingen, maar ook werd het
steeds moeilijker om uit te maken of besparingen als gevolg van
het niet vervullen van vacatures dienden te worden toegerekend aan
de vacaturecommissie of aan herwaarderingstaakstellingen in de
onderscheiden beleidssectoren.
Daarnaast wordt momenteel onderzocht in hoeverre de vacaturecommis
sie naast de huidige werkzaamheden een actieve rol kan gaan spelen
bij het herplaatsen van ambtenaren binnen de gemeente - op grond van
een herwaardering van gemeentelijke taken - van wie de functie komt
te vervallen. Zodra de ideëen hierover zijn afgerond, zullen wij U
nader informeren.
4.2. Regeling vervroegd uittreden.
Ambtenaren van 61-65 jaar kunnen gebruik maken van de regeling voor
vrijwillig vervroegd uittreden (VUT).
In 1984 komen 10 ambtenaren in aanmerking om vervroegd uit te treden,
in 1985 15, in 1986 25, in 1987 10 en 1988 21.
Bovendien zijn er per 1 juli 1983 27 ambtenaren in gemeentelijke
dienst die, hoewel zij daarvoor reeds in aanmerking komen, nog geen
gebruik hebben gemaakt van de mogelijkheid om vervroegd uit te tre
den
Wij zijn bezig na te gaan in hoeverre gebruikmaking van de V.U.T.
kan worden bevorderd.
4.3. Functiewaardering en bezoldiging.
Aan de Commissie voor Georganiseerd hebben wij een voorstel voorge
legd inzake de technische aanpassing van de gemeentelijke salarisscha
len als gevolg van de door de Minister van Binnenlandse Zaken vast
gestelde nieuwe normen voor de bezoldiging van gemeente-ambtenaren
(herziening Ubink-normen)
II-1-7
Bij dit voorstel zijn wij er vanuit gegaan dat de peildatum - de
ingangsdatum van de resultaten van de systematische functiewaar
dering - 1 januari 1984 zal worden en dat er geen zogenoemde promo
tierondes meer zullen worden gehouden.
Met de Commissie voor Georganiseerd Overleg hebben wij hierover
nog geen overeenstemming kunnen bereiken. Wij hebben toegezegd ons
over deze zaak nader te zullen beraden; nog in 1983 zullen wij op
nieuw met de Commissie voor Georganiseerd Overleg overleg plegen.
Verder zullen uiterlijk in 1984, na overleg met de Commissie voor
Georganiseerd Overleg, besluiten moeten worden genomen over de vast
stelling van een conversietabel - het instrument waarmee de middels
functiewaardering vastgestelde score van een functie wordt vertaald
in een salarisschaal - en over de problematiek van een zogenaamd
drierangenstelsel.
4.4. Herverdeling van arbeid.
Voor wat betreft de feitelijke stand van zaken met betrekking tot
het aantal vrouwen in gemeentedienst en het aantal ambtenaren werk
zaam in deeltijd, wordt verwezen naar de personeelsstatistiek per
1 juli 1983 zoals opgenomen in de bijlagen bij dit ontwerp-beleids-
plan.
Concrete voorstellen met betrekking tot het aanbieden van vacatures
op de arbeidsmarkt voor minder dan 40 uur vanaf 1 januari 1984 zul
len U afzonderlijk bereiken.
Wij kunnen in dit verband wijzen op de reeds in het onderwijs gebo
den mogelijkheid van zogenoemde duo-banen.
Daarnaast onderzoeken wij middels een enquête welke mogelijkheden er
zijn om bestaande belemmeringen voor het in dienst zijnde personeel
om in deeltijd te gaan werken op te heffen.
De effecten van een beleid gericht op het stimuleren van in dienst
zijnde ambtenaren om vrijwillig in deeltijd te gaan werken mogen
echter niet te hoog worden ingeschat.
De inkomens van de ambtenaren staan immers reeds onder zware druk
als gevolg van diverse algemene maatregelen. Bovendien is per
1 juni 1983 de pensioenbijdrage voor deeltijders verhoogd (voor
dien betaalden de deeltijders verhoudingsgewijs minder pensioen-
