Integratie Leeuwarder Schooladviesdienst met Gemeenschappelijk Centrum voor on
derwijsbegeleiding in Friesland.
Aan de Gemeenteraad.
Bijlage no. 410 Leeuwarden, 3 november 1983
A. Inleiding.
Bij besluit van 13 juli 1982 heeft Uw Raad ingestemd met de voorgestelde
wijzigingen van de gemeenschappelijke regeling van het Gemeenschappelijk Centrum
voor Onderwijsbegeleidingsdiensten in Friesland (G.C.O.) Deze wijzigingen waren
tot stand gekomen na jarenlang onderhandelen, met name tussen het bestuur van de
Vereniging van Friese Gemeenten en het G.C.O. over de uitvoering van de oor
spronkelijke gemeenschappelijke regeling. Het geschilpunt betrof met name de
daarin neergelegde vorming van regionale diensten. Een compromis daarover werd
uiteindelijk bereikt in een bespreking tussen de partijen op 3 december 1981
onder leiding van de toenmalige staatssecretaris van Onderwijs en Wetenschappen,
de heer A.J. Hermes.
Door in te stemmen met de voorgestelde wijzigingen van die gemeenschappe
lijke regeling, hebt U tevens in beginsel besloten over te gaan tot integratie
van de Leeuwarder Schooladviesdienst (S.A.D.) met het G.C.O.
De wijze waarop en de voorwaarden waaronder dit zou moeten worden uitgevoerd,
zouden nader vastgesteld moeten worden.
Daartoe is een Overgangscommissie ingesteld, bestaande uit vertegenwoordi
gers van de besturen en de medewerkers van beide diensten. Deze Overgangscom
missie heeft een Eindrapport opgesteld dat in april 1983 aan de betrokken be
sturen is aangeboden ter verdere besluitvorming. Dit rapport is voor U ter inza
ge gelegd.
B. Eindrapportage Overgangscommissie S.A.D.-G.C.O.
In het rapport wordt beschreven op welke wijze de overgang moet plaatsgrij
pen en hoe na de integratie van beide diensten het beleid gevoerd zal worden
t.a.v. onderwijsinhoudelijke zaken, werkuitvoering, personeelsbeleid, financieel
en materieel beleid. Uit het rapport blijkt dat op nagenoeg alle punten overeen
stemming is bereikt tussen de vertegenwoordigers van beide diensten.
Verschil van mening bestond nog over de taak en de positie van de coördina
tor van het werkgebied Leeuwarden (zie blz. 20 van het rapport), alsmede over de
vraag of de onderwijskorting ook van toepassing zou worden op de S.A.D.-mede
werkers (zie blz. 23).
Bij brief van 2 mei 1983 heeft het bestuur van het G.C.O. zijn standpunt
meegedeeld aangaande bovenvermelde punten. Daarbij werd vastgehouden aan de eer
der ingenomen standpunten.
De bestuurscommissie van de S.A.D. heeft via het verslag van haar vergade
ring van 18 mei 1983 haar standpunt kenbaar gemaakt aan ons college, aan de hand
waarvan wij voor verdere afhandeling van de procedure zorg zouden kunnen dragen.
De desbetreffende stukken zijn ter inzage gelegd.