10-4
C 271. Hoe verloopt het drugspreventie
project?
Wanneer verwacht het college te kun
nen komen met beleidsvoorstellen
dienaangaande?
P 272. Hoe is de stand van zaken m.b.t. de
poging van de gemeente Leeuwarden om
andere gemeenten te laten bijdragen
in de kosten van leerlingen uit die
gemeenten, die op de buitenschool
zitten?
Hoe staat het met het onderzoek naar
de taak en functie van de Buitenschool?
Deze ontwikkeling wordt door de
politie nauwlettend gevolgd, om
zonodig justitieel en/of bestuur
lijk ingrijpen mogelijk te maken.
De drugsproblematiek en in het
bijzonder- het tegengaan van de
handel in hard drugs, komt regel
matig aan de orde in het tripar
tite-over leg van Burgemeester,
Hoofdofficier van Oustitie en
(wnd.) Commissaris van Politie.
271. De beide in het kader van het drugs
preventieproject eind 1982 aange
stelde werkers hebben zich, naast
een aantal organisatorische bezig
heden (huisvesting e.d.) in de
beginperiode vooral beziggehouden
met het leggen van contacten met
betrokken instellingen en het
zoeken van ingangen in gebruikers
kringen.
Na deze oriënterende fase is on
langs een werkplan voor het pro
ject opgesteld.
De verkennende en inventariserende
werkzaamheden zullen worden voort
gezet en de resultaten ervan zullen
worden gerapporteerd naar de inge
stelde beleidsgroep (Stuurgroep)
en het platform van betrokken in
stellingen (Coördinatie-commissie
Drugsbeleid) om te worden vertaald
in beleidsvoorstellen ten behoeve
van de betrokken instellingen en
de gemeente. Binnenkort zullen de
eerste beleidsvoorstellen van de
Stuurgroep aan de Coördinatie
commissie worden voorgelegd. Naar
aanleiding van de door laatstge
noemde commissie uitgebrachte ad
viezen zullen wij U zo nodig voor
stellen doen.
272. Op onze brief m.b.t. de bijdrage
van andere gemeenten in de kosten
van leerlingen voor het verzorgings
gedeelte van de Buitenschool is op
dit moment nog door slechts enkele
gemeenten gereageerd.
Het onderzoek naar de taak en functie
van de Buitenschool, in het bij
zonder voor wat betreft het verzor
gingsgedeelte, is nog niet afgerond.
Wij zullen hierover verder overleg
voeren met de Inspecteur voor het
buitengewoon onderwijs en het be
stuur van de Buitenschool; welk
bestuur uiteraard cje primaire ver
antwoordelijkheid draagt.
Pa
11-1
Par. 11. Beleidssector Maatschappelijke Aangelegenheden.
A. Maatschappelijke Dienstverlening.
Op dit moment wordt er nog niet erg
intensief gebruik gemaakt van de
7 x 24-uurs bereikbaarheid op het
terrein van de maatschappelijke
dienstverlening. Toch bleek uit het
rapport "wijkagent, hulpverlener
tegen wil en dank" dat juist in de
avond, nacht en weekeinden wijkagen
ten veelvuldig met psycho-sociale pro
blemen worden geconfronteerd. Hoe
vindt op dit moment de afstemming en
verwijzing plaats van werkzaamheden
van wijkagenten en maatschappelijk
werkenden en welke teksten worden er
nog ontwikkeld op dit terrein?
273. Wanneer in het kader van het project
7 x 24-uurs bereikbaarheid van de
maatschappelijke dienstverlening
zich een crisissituatie voordoet
neemt de brigadier van dienst bin
nen het politieapparaat afhanke
lijk van de aard van de hulpvraag
een beslissing over het verwijzen
naar het maatschappelijk werk of
de S.P.D. Gelet op de relatief kor
te looptijd van het onderhavige
experiment (minder dan één jaar)
is een verantwoorde evaluatie op
dit moment niet mogelijk. Gelet
hierop heeft de begeleidingscommis
sie ons geadviseerd het project
met een jaar te verlengen. Wel kan
nu reeds worden gesteld, dat de in- i
druk bestaat, dat als gevolg van
de verschillende contacten die in
het kader van de experimentele be
reikbaarheidsregeling zijn opge
daan, het aantal verwijzingen naar
de S.P.D. is toegenomen, waardoor
een zekere vermindering van de
werkdruk van de betrokken wijk
agenten optreedt.
Overigens kan worden opgemerkt dat
in het kader van de uitbouw van
het takenpakket van de RIAGG door
deze instelling tot een eigen
7 x 24-uurs bereikbaarheidsdienst
(vooralsnog als experiment gericht
op psychiatrische crisisopvang) is
besloten. Over de afstemming tussen
beide voorzieningen zal de eerder
genoemde begeleidingscommissie ons
nader adviseren.
In hoeverre doorkruist het rijksbe
leid de gemeentelijke planning op
sociaal-cultureel terrein, als ge
volg van de jongste voorstellen van
de Minister van WVC?
Wat zijn de gevolgen daarvan op het
terrein van de maatschappelijke
dienstverlening?
Wat betekent dat voor de subsidiëring
van het FIOM?
274. De Minister van W.V.C. stelt voor
om de nog' dit jaar door hem aan
gekondigde integratie van de rijks
bijdrageregeling sociaal-cultureel
werk, de rijksbijdrageregeling maat
schappelijke dienstverlening fase 1
en enkele onderdelen van fase 2
geen doorgang te doen vinden, maar
in plaats daarvan de huidige R.B.-
S.C.W. op enigerlei wijze in de
gemeentefonds-uitkering te verwerken
Hoewel wij het betreuren, dat zon
der overleg met de gemeenten wijzi
gingen worden aangebracht in het
beleid met betrekking tot de (rijks)
voorschriften inzake de decentrale