- 14 -
Beleidssector IV. 0NDERWI3S
1. Leer- en hulpmiddelen
Wij zijn van mening dat niet langer kan worden ontkomen aan een be
sparing op de uitgaven voor leermiddelen. Wij denken dit voorshands
te kunnen realiseren door het achterwege laten gedurende de gehele
beleidsperiode van de jaarlijkse prijsaanpassing van de leermidde
lenbudgetten tot 10%, hetgeen een besparend effect heeft van ca.
110.000,(incl. het doorwerkingseffect naar het bijzonder onder
wijs). Mocht in de beleidsperiode de totale prijsaanpassing de 10%
niet bereiken dan dient naar onze mening toch een bedrag van
110.000,te worden bespaard.
2. Spraakonderwijs
In het beleidsplan 1983-1987 is een uitbreiding voorzien van perso
neel t.b.v. de cursus spraakonderwijs in 1984. In het ontwerp-beleids
plan 1984-1988 is deze uitbreiding verwerkt. Gezien de financiële pro
blemen achten wij het raadzaam deze op zichzelf nuttige uitbreiding
achterwege te laten.
Besparend effect 50.000,
3. Fonds onderwijsontwikkeling
De jaarlijkse storting in dit fonds bedraagt inmiddels rond 82.000,
Bij nadere overweging zijn wij van mening dat de onderwijsontwikke
ling bij een jaarlijkse storting van 50.000,ook nog in voldoende
mate kan functioneren. De besparing is dan 32.000,
4. Onderhoud schoolgebouwen
De budgetten voor onderhoud schoolgebouwen kunnen met 5% worden ver
laagd. Wij achten dit mogelijk omdat te verwachten valt dat de vanda-
lismebeperkende maatregelen, waarvoor kredieten beschikbaar zijn ge
steld, hun vruchten zullen afwerpen. Aangezien deze effecten aan het
einde van de beleidsperiode zijn te verwachten stellen wij voor
deze verlaging voor de helft in 1987 te realiseren en voor
het volle bedrag in 1988. Voor zover de vandalismebeperkende maatre
gelen bedoelde 5% niet opbrengen zal de verlaging moeten leiden tot
een versobering van het onderhoudsprogramma en een lager onderhouds-
niveau. Bedoelde verlaging van de budgetten met 5% komt overeen met
ca. 50.000. Als gevolg van het doorwerkingseffect naar het bijzon
der inderwijs kan met een totale besparing van 100.000,worden
gerekend.
5. Onderhoudstarieven Dienst Stadsontwikkeling
In de bedragen voor onderhoudskosten die de D.S.O. aan de algemene
dienst voor het onderhoud van schoolgebouwen in rekening brengt zit
ten componenten voor administratiekosten en voor beheers- en bestuurs
kosten. Voor de administratiekosten ontvangt het bijzonder onderwijs
reeds een afzonderlijke vergoeding. Beheers- en bestuurskosten komen
niet voor vergoeding aan het bijzonder onderwijs in aanmerking.
Beide elementen zijn dus ten onrechte verwerkt in de naar het bijzon
der onderwijs doorbetaalde tarieven van de D.S.O.
Fries.
Naast de hiervoor bij punt 6 genoemde besparing is er een nog niet
besteed investeringsvolume (waarvoor nog wel kapitaallasten in het
beleidsplan zijn opgenomen) betreffende de bovengenoemde stelposten
van 1983 en eerdere jaren van "580.15(1,"De kapitaallasten hiervan
bedragen 105.030,--. Aangenomen mag worden dat van het laatstoenoem-
de bedrag 55.000,--, overeenkomende met een investeringsvolume van
275.000,--, niet behoeft te worden aangewend. De rest van het inves
teringsvolume ad 305.150,-- 580.150,-- min 275.000,--) dient
voorshands gereserveerd te blijven. Besparing derhalve genoemde
55.000,--.
8. Diverse nader te specificeren investeringen.
Deze raming betreft kleine investeringen t.b.v. het openbaar en het
bijzonder kleuter- en lager onderwijs die ineens worden afgeschre
ven. Hiervoor is in het ontwerp-beleidsplan 1984-88 jaarlijks een
bedrag van 235.000,— opgenomen (is exclusief de tijdelijke ver
hoging i.v.m. meergenoemde integratie). Deze post wordt zoveel moge
lijk gelijkmatig over het openbaar en bijzonder onderwijs verdeeld.
De wettelijke voorschriften en de jurisprudentie geven voor deze
opvatting voldoende steun. Door het elimineren van bedoelde com
ponenten uit de doorbetaling kan op een besparing van 7S.000,-
worden gerekend.
7. Stelposten voor investeringen voor verhuurde lokalen, voor integratie
van kleuter- en lager onderwijs en voor investeringen voor invoering
6. Verlagen stelposten voor onderwijsinvesteringen
In het beleidsplan wordt jaarlijks een stelpost opgenomen voor in
meerdere jaren af te schrijven onderwijsinvesteringen. Daarnaast is
er ingaande 1981 een stelpost opgenomen voor investeringen die ver
band houden met de toekomstige integratie van kleuter- en lager on
derwijs. Deze stelpost is voor een periode van 10
jaar bedoeld. Op grond van de intussen tot stand gekomen Wet op het
basisonderwijs worden kosten van verbouwingen die nodig zijn i.v.m.
de integratie kleuter- en lager onderwijs door het rijk vergoed voor
zover de getroffen voorzieningen door het rijk zijn goedgekeurd.
Wanneer de aanpassing van schoolgebouwen beperkt wordt tot het door
het rijk noodzakelijk geachte niveau, is het mogelijk de ramingen
voor bovengenoemde uitgaven te beperken. Doordat het rijk bij de be
paling van de rijksvergoeding langere afschrijvingstermijnen hanteert
dan de gemeente zullen de kapitaallasten van de verbouwingen niet
volledig kunnen worden gedekt uit de rijksvergoeding.
Wij stellen daarom voor de tijdelijke stelpost voor integratie kleu
ter- en lager onderwijs van 473.280,ingaande 1985 met jaarlijks
360.280,te verminderen, waardoor er op de tijdelijke stelpost
een investeringsvolume overblijft van 113.000,--. De normale jaar
lijkse stelpost bedraagt 612.000,— per jaar zodat er gezamenlijk
een investeringsvolume van 725.000,per jaar resteert. Aan kapi
taallasten levert dit per jaar ingaande 1985 een besparing op van
48.400,of gedurende de beleidsperiode 4 x 48.400,is (afge
rond) 194.000,