Hoofdstuk 8. Voorzieningen
Artikel 39.
1. Öp verzoek van het hoofd van de tak van dienst, onderscheiden
lijk de commissie, onderscheidenlijk beiden treffen burgemees
ter en wethouders voorziening.
2. Burgemeester en wethouders kunnen ook eigener beweging
voorziening treffen.
3. Een voorziening wordt getroffen in overleg met de Commissie
voor georganiseerd overleg.
Artikel 40.
1. Burgemeester en wethouders treffen een voorziening in de
regel binnen 3 weken.na ontvangst van een daartoe strekkend
.-■-verzoek.
2. Een verzoek om voorziening wordt schriftelijk ingediend,
tenzij spoedeisendheid zulks belet.
Artikel 41.
1. Indien de termijn genoemd in het vorige artikel, dan wel
spoedeisendheid belet dat de voorgenomen voorziening onder
werp van overleg is in de Commissie voor georganiseerd
overleg, dan treffen burgemeester en wethouders een voor
lopige voorziening, welke onderwerp van overleg is op de
eerstvolgende vergadering van de Commissie voor georganiseerd
overleg.
2. Een voorlopige voorziening wordt in overleg met de Commissie
voor georganiseerd overleg zo spoedig mogelijk vervangen
door een voorziening, als bedoeld in artikel 39.
Artikel 42.
Van de voorzieningen bedoeld in de artikelen 39, 40 en 41
doen burgemeester en wethouders onverwijld schriftelijk mede
deling aan het hoofd van de tak van dienst. Deze voorzieningen
treden in de plaats van de maatregelen die het hoofd van de
tak van dienst wilde treffen, onderscheidenlijk niet bevoegd
was te treffen, onderscheidenlijk weigerde te treffen.
Hoofdstuk 9. Slot- en overgangsbepalingen
Artikel 43
1. Burgemeester en wethouders kunnen, in overleg met de organisaties, nadere
regels vaststellen ter uitvoering van deze verordening.
2. Waar de bepalingen van deze verordening in enige situatie niet voorzien,
treffen burgemeester en wethouders nadere voorzieningen, eveneens in
overleg met de organisaties.
Artikel 44
1. Deze verordening kan worden aangehaald als "Reglement medezeggenschap 1x84
2. Het Reglement medezeggenschap vastgesteld bij raadsbesluit van 21 november
1980 wordt ingetrokken.
3. In afwijking van het vorige lid blijven de hoofdstukken 3, 4, 5 en o van
het Reglement medezeggenschap vastgesteld bij raadsbesluit van 21 november
1980 van kracht tot de dag waarop de nieuwe leden van de commissie in
functie treden.
4. De hoofdstukken 4, 5, 6, 7 en 8 van deze verordening treden in werking
met ingang van de dag waarop de nieuwe leden van de Medezeggenschaps
commissie in functie treden.
5. De hoofdstukken 1, 2, 3 en 9 treden in werking met ingang van de datum van
in werking treden van deze verordening.
Artikel 45
Deze verordening treedt in werking met ingang van 1 januari 1984.
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering
van
Voorzitter.
Secretaris.
- 20 -
- 21 -
