Inrichting terrein voormalige Gemeentewerf 3ijlage no. 464 Leeuwarden, 1 december 1983 Aan de Gemeenteraad. In verband met de in 1984 van start gaande woningbouw ter plaatse van het voor malige gemeentewerfterrein in het I.S.R.-gebied Oldegalileën is het van belang dat thans de nodige middelen beschikbaar worden gesteld ten behoeve van het bouwrijp maken en de inrichting van het terrein. Momenteel wordt nog gewerkt aan de voor de uitvoering benodigde plannen. De met bedoelde werkzaamheden gemoeid zijnde kosten worden geraamd op 1.700.000,— (inclusief directie b.t.w.), waarvan 174.000,— betrekking heeft op de aanleg van riolering in het terrein. De voor U ter inzage gelegde stukken bevatten een specificatie van de kosten waarnaar wij U kortheidshalve verwijzen. Een bedrag van 125.000,dat betrekking heeft op het gebiedje Eebuurt maakt deel uit van het raamkrediet voor Oldegalileën dat U op 22 juni 1981 beschikbaar hebt gesteld, zodat nu nog een krediet van 1.575.000,nodig is. De dekking van de kosten kan tot een bedrag van 174.000,geschieden met mid delen die de Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer in het kader van de Interimsaldoregeling beschikbaar stelt ten behoeve van de uitvoering van rioleringswerken. De met de herinrichting gemoeid zijnde kosten kunnen tot een bedrag van 1.338.000,worden gedekt met subsidie in het kader van de I.S.R. De overige kosten ad 63.000,kunnen vooralsnog ten laste van de voor de stadsver nieuwing beschikbare middelen worden gebracht. Wij geven U in overweging ons te machtigen tot daadwerkelijke uitvoering van de bedoelde werken over te gaan nadat de definitieve plannen om advies zijn voorge legd aan de Commissie voor Openbare Werken. Onder de mededeling dat de Commissie voor het Grondbedrijf over dit voorstel is gehoord stellen wij U voor te besluiten overeenkomstig het hierna afgedrukte ontwerp. Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden, mr. G.J. te Loo Burgemeester. mr. W.J.G. Reumer Secretaris.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1983 | | pagina 625