II-5-4
voor rekening van de gemeente blijft. Voor het jaar 1984 houden wij
rekening met eenzelfde verliespost als in 1983 wordt verwacht.
Wij verwachten U rond de jaarwisseling een notitie te kunnen aanbie
den waarin het beleid wordt geëvalueerd.
Woonruimteverdeling
Het aantal ingeschreven woningzoekenden bij het Gemeentelijk Woning
bedrijf en de plaatselijke corporaties bedroeg per 4 juli 1983:
3850. Ter vergelijking zij vermeld, dat per 19 oktober 1982 het aan
tal woningzoekenden 4076 bedroeg. Deze aantallen kunnen als volgt
worden gespecificeerd:
Omschrijving: 19 oktober 1982: 4 juli 1983:
- alleenstaanden jonger
dan 21 jaar:
363
355
- alleenstaanden tot 65 jaar
1098
1152
- tweepersoonshuish. samenwonend
708
625
- idem gehuwd
383
381
- studerend tot 25 jaar
179
113
- onvolledig gezin
302
315
- gezin met kinderen
661
601
- alleenstaand bejaard
194
160
- tweepersoonsh. bejaard
188
148
4076 3850
Wij verwachten U rond de jaarwisseling een raadsbrief te kunnen
voorleggen waarin ons standpunt wordt weergegeven met betrekking
tot de evaluatie van het Centraal registratie- en inschrijvings
systeem dat inmiddels is becommentarieerd door de Federatie van
Leeuwarder Woningcorporaties.
7Financiële positie en organisatie van het Woningbedrijf.
Rekening houdende met een claim ten laste van de Algemene Bedrijfs-
reserve van het Woningbedrijf, voortvloeiende uit mogelijk door het
Rijk niet te accepteren meerwerk bij nog financieel af te wikkelen
II-5-5
renovatie- en nieuwbouwprojecten, hebben wij in de begroting voor
het jaar 1984 het beginsaldo van deze reserve op nihil geraamd. Dit
houdt in, dat op basis van de huidige regeling voor de verbetering
van het gemeente- en corporatiebezit in voorkomende gevallen bij
verbetering van na-oorlogse woningwetcomplexen, een beroep op rente
loze leningen van het Rijk gedaan zal moeten worden.
Hiermee worden de lasten, welke na verbetering van het complex voor
rekening van het Woningbedrijf blijven (namelijk 50% van het exploi
tatie-tekort minus de jaarlijkse storting in de ABR)gefinancierd.
Wij hebben daarom in de begroting voor 1984 met de verstrekking van
renteloze leningen uit 's Rijks kas rekening gehouden.
Een en ander stelt hoge eisen aan de administratieve organisatie
van het Woningbedrijf, omdat eerst tot uitbetaling van de rente
loze leningen kan worden overgegaan, nadat de jaarrekening van het
desbetreffende jaar bij de Minister van VR0M is ingediend.