het beroepschrift van de heer D. van der Veen ongegrond te verklaren. - - De hinderwetvergunning is verleend, omdat de in de Hinderwet aangegeven weigeringsgrond niet aanwezig was. Hoewel dit op de burger vreemd kan over komen, moest de bouwvergunning worden geweigerd wegens strijd met het gelden de bestemmingsplan. Gelet op de bepaling behorende bij de wijzigingsbevoegd- heid, is het uitdrukkelijk de bedoeling, dat terreinen, ten behoeve waarvan gebruik is gemaakt van de wijzigingsbevcegdheid, onbebouwd blijven. Voor een. artikel 19-procedure is geen plaats, omdat die intentie nog steeds wordt onderschreven. Het beroepschrift dient ongegrond te worden verklaard. IV. Terinzagelegging van de stukken en hoorzitting. De op de zaak betrekking hebbende stukken hebben van 3 t/m 7 september 1981 ter gemeentesecretarie ter inzage gelegen. De heer Van der Veen heeft van de stukken kennisgedragen. De Raadsadviescommissie heeft de heer Van der Veen en de vertegenwoordiger van Burgemeester en Wethouders in de gelegenheid gesteld hun standpunten toe te lichten in een vergadering van de Raadsadvies commissie op woensdag 19 september 1984 te 10.00 uur in het Stadhuis. In aan vulling op het beroepschrift merkte de heer Van der Veen nog op, dat de loods nodig is voor het opslaan van onderdelen en om diefstal van het terrein tegen te gaan. Tevens is appellant bereid om het geheel met bomen te omzomen, De vertegenwoordiger van Burgemeester en Wethouders merkte in aanvulling op het reeds schriftelijk gestelde neg op, dat de kwestie in Wytgaard niet is te vergelijken met die van appellant. Ook het feit, dat ter plaatse vroeger een boerderij heeft gestaan, speelt geen rol, omdat die wel aansloot bij de bestemming, maar een loods voor een autosloperij doet dat niet. V. Overwegingen en advies van de Raadsadviescommissie voor de beroer- er. bezwaarschriften. De commissie is van oordeel, dat Burgemeester en Wethouders op wettelijk juiste gronden de bouwaanvrage hebben afgewezen, immers het bestemmingsplan Buitengebied staat ter plaatse bebouwing niet toe, ook niet als brui Ir i gemaakt van de wijzigingsbevoegdheid, zoals in casu is geschied voor de autosloperij van de heer Van der Veen. Dit neemt echter niet weg, dat, gelet op de toestand van het terrein, een (eventueel kleinere) loods de situatie ter plaatse zou opknappen. Aangezien het niet tot de bevoegdheid van de coc- missie behoort de Raad te adviseren met het oog daarop een. anticipatiepro cedure als bedoeld in artikel 19 Wet Ruimtelijke Ordening en artikel 70» li- 3, van de Woningwet mogelijk te maken, laat de commissie het bij deze consta tering. De commissie adviseert de Raad het beroepschrift ongegrond te verklaren conform bijgevoegd concept-besluit. Wnd.-voorzitterSecretaris-, l Sft ff1 i - v. (ar. C.(f. Rcmmerts). m j'AvDven Di.i: WA? Nr. 16379 MS DE RAAD VAN DE GEMEENTE LEEUWARDEN gelezen de brief van de heer D. van der Veen d.d. 3 augustus 1Q84, waarin deze ingevolge de Woningwet bij de Raad beroep instelt tegen het besluit van Burgemeester en Wethouders d.d. 15 ®si 1984» nr. R 57/84 (ver zonden 10 juli 1984) tot weigering van een bouwvergunning voor het perceel Brédyk 143 te Wirdum ten behoeve van een loods; overwegendedat ingevolge de Procedureverordening Raadsadviescommis sie voor de beroep- en bezwaarschriften het beroepschrift om advies in honden is gesteld van de Raadsadviescommissie voor de beroep- en bezwaar schriften; dat de Raadsadviescommissie adviseert het beroepschrift ongegrond te verklaren; dat hij zich met de overwegingen en het advies van de Raadsadviescom missie d.d. 24 september 1984, bijlage nr. 354, kan verenigen: gelet op de Woningwet, de Wet- Ruimtelijke Ordening en de Procedurever ordening Raadsadviescommissie voor de beroep- en bezwaarschriften: BESLUIT: Aldus vastgesteld in de openbare verga dering van 22 oktober 1Q34. Voorzitter. Secretaris,

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1984 | | pagina 134