- 6 -
- de organisatie moet ten genoegen van de minister aantonen, dat zij niet
gericht is op het maken van winst, voor zover deze niet voor de vervulling
van de omroeptaak is bestemd, noch dienstbaar is aan het maken van winst
door derden.
Zoals U bekend zal zijn is op 29 augustus 1983 de Medianota door de
minister-president aan de Tweede Kamer aangeboden.
Ten opzichte van het bestaande beleid op het terrein van de lokale omroep
worden de volgende wijzigingen voorgesteld.
- het zendmachtigingenbeleid wordt gedecentraliseerd, d.w.z. binnen wet
telijke regels kunnen Gemeenteraden representatieve sociaal-culturele
instellingen aanwijzen, die worden belast met het beheer van de lokale
omroep; de gemeente geeft de zendmachtiging af;
- het is mogelijk in één gemeente meerdere zendmachtigingen af te geven;
- teneinde de onafhankelijkheid van lokale omroep te bevorderen geldt de
zendmachtiging voor vijf jaar en is tussentijdse intrekking niet moge
lijk;
- de financiering van lokale omroep is een lokale aangelegenheid, terwijl
reclame als financieringsbron niet is toegestaan.
De medianota is in maart 1984 in de Tweede Kamer behandeld.
Bij deze behandeling is een aantal moties ingediend en aanvaard, dat ertoe
leidt dat een deel van het in de Medianota verwoorde nieuwe beleid geen
doorgang zal kunnen vinden.
De Tweede Kamer was ondermeer van mening dat het toewijzen van zend
machtigingen voor lokale omroepen moet geschieden door een lichaam
onafhankelijk van het lokaal bestuur.
Men besloot deze taak op te dragen aan het in te stellen Commissariaat voor
de Media.
De minister deelde op kamervragen mede dat per gemeente slechts één zend
machtiging zal mogen worden verleend.
Naar verwachting zal het nieuwe beleid op het terrein van de media, reke
ninghoudend met het vorenstaande in de loop van 1985 een wettelijke basis
krijgen. Het voornemen van het kabinet is om dan samenhangende voorstellen
tot wijziging van de Omroepwet, de Telegraaf- en Telefoonwet en de Perswet
- 7 -
aan de Tweede Kamer aan te bieden. Tot zolang geldt bij het voeren van een
lokaal omroepbeleid nog steeds het bepaalde in de "Kerstbeschikking".
