f,961 aaqoqjfo gg
sxueqauoas
aauinau *D*p*M
aaqssamaSang
oog aq f 0 Jtu
uapjbmnaaq uba eaapnoqqaM ua usqsaatuaSung
ueeSaapuo
guiaapuBJaA sjffxxaMnBU opxes uad joopaajq SuxqouSaq ap
uba uaqsmojfqxn aptuBeuaS ap uaxxnz 'uaqsuiojfux uaSxa ap
ua uasuxjanqtnsjfftj ap ut pjaasuadmooa3 uapaoM xamfxua
SuTTa^jfiMquouaqsojf ap ui s.iaxxeAuaSaq jo -aaui uaxzaSuev
O'O S'E
0'£ O'E
O'O
S'l -
O'O 9'L -
4861~90~62
•P'P 18^ 0/48 AW9
auxexnojxa) Suxua^qxn
auauiaSxe SuxqqoqosjooAaq
uaSuxxxaqsuapuojaA
apuaaqueqaS suo joop
9861 tr86l 8861
Sïïx?
-fxqssfxjd
auamaSxB
tr86l
uiosuoox
auauiaSxB
Suxxa^gxMquo
spuojaquaauiaS qaq qxn Suxjajfqxn auamaSxB
gp uba SuxqqoqosjooAaq ap TTQ UBeSqxn qez JfCxxapaom
-j9A uaifbz sspuBquauuxg uba sgjeqajoassqecqs ap uba
-jbbm saSequaousd a8xqsuio>iuaajaAO ap ua UBBSaSqT" ufjz
1 L
mene uitkering uit het gemeentefonds toegenomen met
183-000,Aan extra inkomsten krachtens de
onroerend-goedbelastingen is een bedrag verkregen van
98.000,
Aan onderhoudsbudgetten i3 een extra bedrag opgenomen
van 283.000,Daarenboven moet een sterkere druk op
andere gemeentelijke budgetten niet uitgesloten worden
geacht. Geconcludeerd kan worden dat - uitsluitend
budgettair benaderd - de gevolgen van de gemeentelijke
herindeling per saldo ongunstig uitvallen voor Leeuwar
den
Voor wat betreft de verfijning bodemgesteldheid zijn
nog geen nadere gegevens bekend. Anderzijds zij opge
merkt dat de herindeling leidt tot extra lasten voor
met name de huisvuildienstwaarvoor overigens geen
exacte indicatie beschikbaar is.
heeft
3.9. Investeringsvolume 1985—1989 circa 70 min.
aanmerkelijk effect op werkgelegenheid.
In bijlage II B van het bijlagenboek tot dit ontwerp-
beleidsplan is een overzicht opgenomen van de voor de
komende beleidsperiode geraamde investeringsvolumes
(excl. grondbedrijf).
Exclusief nog niet bestede investeringsvolumes tot en
met het jaar 1984 is voor 1985-1989 aan nieuwe inves
teringsvolumes een bedrag geraamd van rond 70 min.
Van dit bedrag is rond 50$ al3 onrendabel te beschou
wen. De hiermee gemoeide kapitaallasten worden voor
circa 50$ gedekt door de binnen deze beleidsperiode
vrijvallende kapitaallasten (lagere rentelast als ge
volg van lagere boekwaarden en/of beëindigen
afschrijvingstermijn). Hieruit kan geconcludeerd worden
dat voor de beleidsperiode 1985-1989 een toename van de
onrendabele kapitaallasten van rond 2 min. is ge
raamd.
Wij menen te kunnen stellen dat van een investerings
volume van 70 min. een aanmerkelijk werkgelegenheids-
bevorderend effect uitgaat.
3.10 Kwantitatieve uitgangspunten gehanteerd bij het
samenstellen van de ontwerp-begroting 1985 en het
ontwerp-beleidsplan 1985-1989
Ontwikkeling van het inwonertal en voortgang van de
bebouwing
Uitgegaan is van de aantallen inwoners en het woning
bestand alsmede de mutaties daarin, zoals hierna
vermeld
Jaar
Aantal inwo
Woningvoor
Nieuw
Onttrekking
ners per 1/1
raad per 1/1
bouw
aan de wo
ningvoorraad
1984
85.435
34.999
450
150
1985
86.650
35.300
650
150
1986
87.550
35.800
650
150
1987
88.450
36.300
650
150
1988
89.350
36.800
650
150
1989
90.250
37.300
650
150
Mochten zich in de
loop van 1985
ten aanzien van deze
kwantitatieve uitgangspunten onverhoopt aanmerkelijke
afwijkingen voordoen, dan zullen wij ons nader beraden
over de dan te volgen gedragslijn.
Zonodig zullen wij U bij de bijstelling van de
begroting 1985 terzake voorstellen tot wijziging doen.
Ontwikkeling van het loon- en prijspeil
De benadering van de loon- en prijsstijging over 1984
en 1985 is gebaseerd op de Macro Economische Verkenning
1984 voor wat betreft de algemene salarisontwikkeling -
de incidentele salarisstijging is gebaseerd op de
gebruikelijke periodieke verhogingen en stelposten voor
bevorderingen - en de algemene prijsstijgingen.
Onderstaand zijn de percentages samengevat waarvan wij