Het vaststellen van de bedragen bedoeld in artikel 88, 1e lid, van de Wet op het Voortgezet Onderwijs, over het jaar 1982, voor: a. de gemeentelijke scholen voor Voorbereidend Wetenschappelijk Onderwijs, Hoger Algemeen Voortgezet Onderwijs en Middelbaar Algemeen Voortgezet Onder wijs; b. de Gemeentelijke Opleidingsschool voor Kleuterleidsters. Bijlage no. 385 Leeuwarden, 1 november 1984. Aan de Gemeenteraad. Ingevolge artikel 88, 1e lid, van de Wet op het voortgezet onderwijs, dient de Gemeenteraad jaarlijks vast te stellen: a. de bedragen, die in het voorafgaande kalenderjaar zijn uitgegeven ter zake van de exploitatiekosten voor de gemeentelijke scholen voor Voorbereidend Wetenschappelijk Onderwijs, Hoger Algemeen Voortgezet Onderwijs en Mid delbaar Algemeen Voortgezet Onderwijs en voor de Gemeentelijke Opleidingsschool voor Kleuterleidsters; b het bedragdat door het Rijk in dat jaar voor de genoemde soorten van onderwijs beschikbaar is gesteld. De vaststelling van deze bedragen over het jaar 1982 kan nu gebeuren. Ingevolge artikel 89 van de Wet op het Voortgezet Onderwijs dient de Gemeente ééns in de vijf jaren aan de overeenkomstige bijzondere scholen binnen de Gemeente, een overschrijdingsbedrag per leerling uit te keren, wanneer de uitgaven de Rijksvergoeding overschrijden. Dit overschrijdingsbedrag per leerling moet worden vermenigvuldigd met het gemiddelde van de aantallen leerlingen van de bijzondere scholen over het des betreffende tijdvak van vijf jaren. Voor het laatst is dit gedaan voor het tijdvak 1974 tot en met 1978. De kosten van het exploitatiepersoneel en de Rijksvergoedingen hiervoor zijn tevens opgenomen in de uitgaven en inkomsten, evenals de zogenaamde verzilveringsbedragen. Voorheen was voor deze kosten in de Rijksexploita- tiekostenvergoeding een component opgenomen. De administratiekosten, welke een onderdeel vormen van de kosten van het exploitatiepersoneel, zijn gesplitst in twee groepen, te weten administra tiekosten welke op de scholen worden gemaakt en kosten die voortvloeien uit het deel van de administratie dat op de gemeentesecretarie wordt gevoerd. Laatstgenoemde kosten zijn niet in de uitgaven meegenomen omdat zij geacht wor den gelijk te zijn aan de ter zake ontvangen vergoeding. Een overzicht per schoolsoort van de uitgaven, ingedeeld naar kostensoorten, en de samenstelling van de inkomsten is ter inzage gelegd. Wij stellen U voor te besluiten zoals is aangegeven in het hierbijgaande ontwerp-besluit Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden, mr. G.J. te Loo Burgemeester. mr. W.J.G. Reumer Secretaris.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1984 | | pagina 440