Interim-verordening, bevattende de procedure voor inspraak inzake beleidsvoor
nemens op het terrein van de stadsvernieuwing.
artikel 1
1, Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder:
a. inspraak: een door of namens Burgemeester en Wethouders georganiseerd
proces waarbij het aan daartoe in de gelegenheid gestelde
natuurlijke en rechtspersonen mogelijk wordt gemaakt hun mening
omtrent gemeentelijke beleidsvoornemens kenbaar te maken en
daarover met het gemeentebestuur van gedachten te wisselen.
b. beleidsvoornemen: een (schriftelijk) besluit van Burgemeester en Wet
houders, dat een voorgenomen beleidskeuze op een bepaald
beleidsterrein inhoudt en dat Burgemeester en Wethouders voor
nemens zijn aan de Gemeenteraad ter vaststelling voor te
leggen.
c. stadsvernieuwing: de stelstelmatige inspanning zowel op stedebouwkundig
als op sociaal, economisch, cultureel en milieu-hygiënisch
gebied, gericht op behoud, herstel, verbetering, herindeling of
sanering van bebouwde gedeelten van het gemeentelijk grondge
bied
d. raadsadviescommissiede commissie, als bedoeld in artikel 1 van de
Verordening Raadsadviescommissiesdie werkzaam is op het
terrein van de ruimtelijke ordening en/of openbare werken.
e. handleiding project- en contactgroepen: de door de Gemeenteraad bij
besluit d.d. 12 september 1983 vastgestelde handleiding voor
het functioneren van de project-en contactgroepen op het
terrein van de stadsvernieuwing.
2 Waar in deze verordening wordt gesproken van stadsvernieuwing wordt dorps
vernieuwing, voorzover van toepassing, daaronder medebegrepen.
artikel 2.
In een beleidsvoornemen op het terrein van de stadsvernieuwing wordt door
Burgemeester en Wethouders in ieder geval aangegeven aan de hand van welke
criteria keuzen zijn gemaakt en - voorzover van toepassing - op welke wijze
en op welke termijn aan het gekozen beleid uitvoering zal worden gegeven.
2 Bij de opstelling van het beleidsvoornemen, zoals bedoeld in het eerste lid,
wordt de handleiding project- en contactgroepen zoveel mogelijk in acht
genomen
artikel 3.
Burgemeester en Wethouders verlenen inspraak op het in artikel 2. genoemde
beleidsvoornemen aan ingezetenen van de gemeente Leeuwarden en in deze gemeente
een belang hebbende natuurlijke en rechtspersonen.