de beschikking, bezwaar kan maken bij het orgaan dat de beschikking heeft afgegeven. Indien het bezwaar ongegrond wordt verklaard en de instelling het daarmee niet eens is, kan binnen de gestelde termijn na de beslissing op het bezwaarschrift, beroep worden aangetekend bij de afdeling Rechtspraak van de Raad van State. Aangezien de ASV uitgaat van het principe dat de Raad bevoegd gezag is bij beslissingen over het toekennen van subsidies, zal een bezwaarschrift dan ook in de regel bij de Raad moeten worden ingediend. Alleen waar sprake is van uit voering van reeds eerder door de Raad genomen beslissingen of waar de Raad zijn bevoegdheid heeft gedelegeerd aan het College, is het College bevoegd gezag. In die gevallen zal bij het College bezwaar moeten worden gemaakt. Overigens zal zoals reeds gebruikelijk, in elke voor AROB-bezwaar vatbare beschikking op de mogelijkheid terzake worden gewezen, met vermelding van het orgaan waarbij het bezwaarschrift kan worden ingediend. 7. Datum van invoering. Met uitzondering van de paragrafen 10 en 12 van de SSW, waarvoor in latere instantie een eventuele invoeringsdatum zal moeten worden vastgesteld, kan de ASV met de bijbehorende Sub-verordeningen en Uitvoeringsregelingen per 1 januari 1985 van kracht worden. Bij de voorbereiding van het Programma Sociaal-cultureel Werk 1985, waarvan het ontwerp inmiddels ter visie is gelegd, is met die datum van invoering ook rekening gehouden. Wel zal het nodig zijn om t.a.v. sommige onderdelen een overgangstermijn van 1 of 2 jaar in acht" te nemen, waarin op een soepele wijze wordt omgegaan met de toepassing van enkele nieuwe regels en sub sidiëringsmethoden en waarin de instellingen de gelegenheid krijgen om geleide lijk in de nieuwe situatie te groeien. In het Programma Sociaal-cultureel Werk 1985 wordt nader aangegeven welke gevallen dit betreft. 8. Adviezen Commissies voor Welzijnsaangelegenheden en voor Financiën. Zoals in het voorgaande reeds vermeld is, is de tekst van de sub sidieverordening aan de orde geweest in een gecombineerde vergadering van de Commissies voor Welzijnsaangelegenheden en voor Financiën. Bij die gelegenheid zijn vragen gesteld en opmerkingen gemaakt, die ons aanleiding hebben gegeven om de tekst van de verordening of de toelichting daarop op een aantal punten te verduidelijken of te wijzigen. Wij hebben daarvoor dezelfde artikelgewijze behan delingsmethode gekozen als die wij ook in de Nadere Standpuntbepaling hebben gebruikt. A.S.V.-art. 6 wijzigingsvoorstel - het gestelde in het artikel onderbrengen in een eerste lid en het woord "en" vervangen door "of indien". - een tweede lid toevoegen, dat als volgt luidt: "Indien geen subverordening van kracht is en er naar het oordeel van bevoegd gezag bijzondere omstan digheden zijn, kunnen ontheffingen van de bepalingen van deze verordening worden verleend.". - 6 - - 7 - Toelichting: De beide situaties, die worden genoemd en die kunnen leiden tot het stellen van bijzondere voorwaarden, zouden ook onafhankelijk van elkaar een grond daarvoor moeten kunnen opleveren.. Met het oog daarop is boven staande tekstwijziging (eerste lid) aangebracht. Overigens is opgemerkt dat het artikel erop gericht lijkt te zijn om extra-voorwaarden aan het subsidie te kunnen verbinden, hoewel er ook omstandigheden denkbaar zijn, waarin lichtere voorwaarden gesteld, dan wel ontheffingen gegeven zou den moeten kunnen worden. Wij merken op dat in de ASV en in de subver ordeningen uitdrukkelijk per artikel of per paragraaf is aangegeven of en zo ja, waarvan ontheffing kan worden verleend. Er is derhalve niet gekozen voor een algemene ontheffingsmogelijkheid,. Desondanks kan het gewenst zijn om voor een instelling of voor een categorie instellingen bepalingen van de ASV buiten werking te stellen. Deze mogelijkheid wordt geboden via art. 5, lid 2 voor die gevallen, waarin een subverordening van kracht is. Immers, in een subverordening kan een van de ASV afwijken de regeling worden getroffen. Wanneer het wenselijk zou zijn om een niet in ASV voorziene ontheffing te verlenen aan een instelling waarvoor geen subverordening van kracht is, kan gebruik gemaakt worden van het nu toe gevoegde tweede lid van artikel 6 Ontheffing zou dan alleen gegeven kunnen worden indien aan beide (in het eerste lid van elkaar losgekoppelde) condities is voldaan. ASV-art. 8 wijzigingsvoorstel - de woorden "of het algemeen belang" laten vervallen. Toelichting: Opgemerkt is dat het begrip "algemeen belang" zeer ruim is, terwijl de concrete invulling ervan afhankelijk is van een politiek oordeel en der halve zeer uiteenlopend kan zijn. Van verschillende zijden^is derhalve twijfel uitgesproken over de. praktische toepasbaarheid van het betreffen de begrip, nog afgezien van de onzekerheid die eruit voortvloeit voor ge subsidieerde of te subsidiëren instellingen. Gelet op een en ander hebben wij er geen bezwaar tegen om de betreffende woorden uit het artikel te schrappen. Daarbij hebben wij ook overwogen dat de ASV voldoende andere mogelijkheden biedt voor het tot uitdrukking brengen van een "politiek oordeel" (zie ook art. ll.a.). ASV-art.. 11 wijzigingsvoorstel sub a. - aan de toelichting toevoegen: "In het sub a. gestelde moet de formu lering "plaatselijke gemeenschap" overigens niet gelezen worden in de zin van: de geheleplaatselijke bevolking. Ook activiteiten die in het belang geacht worden van bepaalde groepen uit de lokale bevolking, kunnen in principe tot de subsidiabele activiteiten worden gerekend". Toelichting: De aangegeven toelichting spreekt voor zich. ASV-art. 12 Opmerkingen: 1 j -| Door de beide raadsadviescommissies is erop aangedrongen de mogelijkheden na te gaan om de datum van indiening van het subsidieverzoek te ver schuiven van 1 maart (voorafgaand aan het jaar waarvoor het subsidie wordt gevraagd) naar een datum, die dichter ligt bij het betreffende begrotings jaar of bij de startdatum van het werkseizoen van instellingen. Reeds in de Nadere Standpuntbepaling (pag. 1-10/11) zijn wij uitvoerig ingegaan op deze zaak en hebben wij aangegeven daarvoor niet meer dan de gecreëerde ruimte van 1 maand te kunnen scheppen, waarmee de datum op 1 maart is gebracht.. Ook bij een nadere afweging menen wij bij die datum te moeten blijven.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1984 | | pagina 68