Intrekking van het "aanvullende" voorbereidingsbesluit van 20 februari 1984 en het tegelijk nemen van een compleet nieuw voorbereidingsbesluit voor het gehele perceel de Polle 6 is niet mogelijk, omdat tegen laatstbedoeld besluit een beroep aanhangig is bij de Afdeling rechtspraak van de Raad van State In zodanig geval mag geen wijziging meer worden aangebracht in aanvankelijk genomen besluiten. Gelet op vorengeschetste omstandigheden stellen wij U voor te besluiten, dat een partiële herziening van het bestemmingsplan "Goutum" wordt voor bereid voor een deel van het perceel de Polle 6 te Goutum. Onlangs hebben wij een verzoek om vergunning ontvangen voor het verbouwen van de woonboerderij op het perceel Hounsdyk 5 te Goutum. Er zal onder meer een nieuw dak worden aangebracht (met een groter dakoverstek) waardoor een aanzienlijke volumevermeerdering ontstaat. In het geldende bestemmingsplan "Goutum" is aan dit perceel een woonbestemming gegeven (Eengezinshuizen - E1). Het bouwplan wijkt op enkele ondergeschikte punten af van de des betreffende planvoorschriften. Het bouwplan wijkt voorts af van het in pro cedure zijnde bestemmingsplan "Wiardaburen" (tegen de goedkeuring van dit bestemmingsplan is beroep ingesteld bij de Kroon). Ter plaatse is namelijk de bestemming "Recreatiegebied" aangegeven. De vraag rijst of het handhaven van de woonbestemming op deze plaats in ernstige mate afbreuk zal doen aan de bestemming "Recreatiegebied". Naar onze mening dient deze vraag ontken nend te worden beantwoord. De wijze waarop dit perceel en het naastgelegen perceel (nrs. 1 en 3) in de recreatieve zone zijn gesitueerd, zal weliswaar tot op zekere hoogte beperkingen opleggen aan de indeling van het recreatiegebied, maar aangezien ook de Hounsdyk in het bestemmingsplan "Wiardaburen" is gehandhaafd, ontstaat ter plaatse toch reeds een natuurlijke geleding in dit recreatiegebied. De beperkingen in de indeling zijn naar onze mening niet zodanig, dat onder andere deze woonbestemming niet zou kunnen worden gehandhaafd. Stedebouwkundig gezien zijn er dan ook geen bezwaren tegen het bouwplan. Hieraan kan eerst medewerking worden verleend indien voor dit perceel een voorbereidingsbesluit wordt genomen Alsdan wordt het mogelijk vrijstelling van de voorschriften van het geldende bestemmingsplan te verlenen, zulks nadat Gedeputeerde Staten heb ben verklaard dat tegen het verlenen van een dergelijke vrijstelling geen bezwaar bestaat. Hierna kan de bouwvergunning worden verleend. In Uw vergadering van 3 oktober 1983 (bijlage nr. 347) hebt U een voor bereidingsbesluit genomen voor het perceel Brédyk 40 te Wytgaard, zulks teneinde medewerking te verlenen aan de bouw van een bedrijfsruimte op dit perceel. De bedrijfsruimte zal dienst doen als werkplaats en opslagruimte voor een reeds op dit perceel gevestigd bouwbedrijf. Het overleg om te komen tot een bouwplan, dat zowel uit een oogpunt van welstand als in pla nologisch opzicht aanvaardbaar is, heeft nogal wat tijd in beslag genomen. Vandaar dat tot nu toe nog geen bouwvergunning kon worden afgegeven. Het ziet er evenwel naar uit, dat de bouwvergunningprocedure binnen afzienbare tijd kan worden afgerond. Aangezien het hiervoor genoemde besluit op 3 oktober a.s. vervalt en vrijstelling van de voorschriften van het geldende bestemmingsplan (Buitengebied) alleen mogelijk is indien er een voorbereidingsbesluit geldt, stellen wij U voor, voor dit perceel opnieuw een dergelijk besluit te nemen. - 3 - Onder mededeling dat de Commissie voor de Ruimtelijke Ordening omtrent het vorenstaande is gehoord, stellen wij U voor ten aanzien van de hiervoor omschre ven percelen een voorbereidingsbesluit te nemen, overeenkomstig bijgevoegd ontwerp-besluit Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden, mr. G.J. te Loo Burgemeester. mr. W.J.G. Reumer Secretaris.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1984 | | pagina 76