- 2 -
Artikel II.
Artikel 4, tweede lid wordt gewijzigd en gelezen als volgt:
"De omstandigheden bij het begin van het heffingstijdvak zijn beslissend voor de
heffing van het lesgeld. Wordt een leerling in de loop van het heffingstijdvak
ingeschreven, dan treedt te zijnen/haren aanzien het tijdstip van inschrijving
voor het begin van het heffingstijdvak in de plaats."
Artikel III.
Artikel 9, eerste lid wordt gewijzigd en gelezen als volgt:
"Behoudens het bepaalde in het tweede, derde vierde en vijfde lid, wordt geen
ontheffing van het lesgeld verleend indien een leerling in de loop van het hef
fingstijdvak het Muziekinstituut verlaat".
Artikel IV.
Artikel 9, vierde lid wordt gewijzigd en gelezen als volgt:
"Indien een leerling wegens ziekte het Muziekinstituut gedurende langer dan drie
kalendermaanden achtereen niet heeft kunnen bezoeken, wordt ontheffing van het
lesgeld verleend over zoveel volle kwartalen, als hij/zij gedurende het hef
fingstijdvak het Muziekinstituut niet heeft bezocht."
Artikel V.
Deze verordening treedt in werking met ingang van het heffingstijdvak 1986/1987,
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering
van
Voorzitter.
Secretaris.
Wijzigen Bijdrageregeling Gemeentelijk Muziekinstituut Leeuwarden.
Bijlage nr. 218 Leeuwarden, 12 juni 1986,
Aan de Gemeenteraad.
In verband met de wijziging van de School- en Cursusgeldwet 1972 in juli
1985 heeft in Uw vergadering van 11 november 1985 de Bijdrageregeling Gemeen
telijk Muziekinstituut Leeuwarden gewijzigd.
In ons hierop betrekking hebbend voorstel d.d. 31 oktober 1985 (nummer
18828) hebben wij reeds aangegeven dat voor het heffingstijdvak 1986/1987 de
bijdrageregeling, vanwege de eerdergenoemde wijziging van de School- en Cursus
geldwet 1972, opnieuw aangepast diende te worden.
Deze conclusie was echter prematuur, aangezien de huidige omschrijving van
artikel 4 met betrekking tot de vaststelling van de hoogte van de bijdrage,
voldoende is om deze ook voor de volgende heffingstijdvakken toe te passen.
Aan artikel 4 is echter de zinsnede toegevoegd, dat de regeling alleen van
toepassing is op het heffingstijdvak 1985/1986.
Deze zinsnede kan vervallen.
Voorts achten wij het gewenst in het kader van het vastgestelde eman
cipatiebeleid de formulering van de persoonsaanduidingen (artikelen 3 en 4)
zodanig te wijzigen, dat ze niet meer vrouwonvriendelijk zijn.
De Commissie voor het Gemeentelijk Muziekinstituut is inmiddels over dit
voorstel gehoord.
Onder mededeling, dat de Commissie voor de Financiën zal worden gehoord,
stellen wij U voor de Bijdrageregeling Gemeentelijk Muziekinstituut Leeuwarden
te wijzigen conform het bijgevoegde ontwerp-besluit.
Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden
mr. G.J. te Loo Burgemeester
mr. W.J.G. Reumer Secretaris.