RAADSADVIESCOMMISSIE VOOR DE BEROEP- EN BEZWAARSCHRIFTEN.
Advies inzake de beslissing op het beroepschrift ingevolge de Woningwet
van de heer mr. T.H. Pasma namens de heer M.M. Rurenga.
Bijlage no. 239 Leeuwarden, 27 nei 1?86»
Aan de Gemeenteraad.
1Inleiding.
Bij brief van 14 februari 1986, R.O.V. nr. 2259, verzonden 19 februari 1986,
hebben Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden de heer M.M. Rurenga te
Leeuwarden ingevolge de Woningwet aangeschreven tot het treffen van voor
zieningen aan de panden Joh. Semsstraat 10, 12 en 14. Daarbij werd tevens
ingevolge de Bouwverordening een sloopvergunning geweigerd voor de panden 10
en 14
Bij brief van 28 februari 1986 heeft de heer mr. T.H. Pasma, advocaat te
Leeuwarden namens de heer Rurenga, hiertegen ingevolge de Woningwet en de
Bouwverordening beroep bij de Raad ingesteld.
Overeenkomstig artikel 2 van de Procedureverordening Raadsadviescommissie
voor de beroep- en bezwaarschriften is het beroepschrift om advies in handen
gesteld van de Raadsadviescommissie voor de beroep- en bezwaarschriften.
2. Beroepschrift.
Het beroepschrift van de heer Pasma luidt, samengevat, als volgt:
1. Omstreeks 1970 heeft de heer Rurenga de panden aangekocht t.b.v. de uit
breiding van zijn bedrijf.
Met de gemeentelijke diensten was in principe reeds overeenstemming be
reikt over sloop van de panden en nieuwbouw t.b.v. het bedrijf en t.b.v.
de gemeente. Het Ministerie van Volkshuisvesting weigerde de gemeente
echter medewerking, zodat de gemeente op zijn beurt de heer Rurenga mede
werking weigerde. De heer Rurenga heeft met de gang van zaken tussen het
ministerie en de gemeente niets te maken. Nu de gemeente de sloopvergun
ning weigert en de aanschrijving heeft gedaan, handelt zij in strijd met
de beginselen van behoorlijk bestuur.
2. De woningen verkeren momenteel in een dusdanige staat, dat deze niet meer
te renoveren zijn. Er zou complete nieuwbouw moeten plaatsvinden. De wo
ningen zijn bovendien nooit voor de huur aangekocht.
3. Renovatie c.q. nieuwbouw heeft geen zin, want het is niet de bedoeling,
dat de panden ooit worden verhuurd.