Nr. 14332
DE RAAD DER GEMEENTE LEEUWARDEN;
gezien het verzoek om gemeentegarantie inzake richtige betaling van rente en
aflossing van een geldlening, groot 437.000,voor de financiering van de
bouw van 7 woonruimten (in de non-profit premiehuursector) in het pand Zwitsers-
waltje 3 door de Woningstichting Patrimonium;
overwegende, dat de stichtingskosten van de woningen door de stichting voor
noemd zijn geraamd op 436.390,(na aftrek van een gemeentelijke monumenten-
bijdrage)
dat de Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer
bij beschikking van 13 december 1985, nr. BPNE-000219-85 heeft verklaard bereid
te zijn voor de bouw van 7 woonruimten in genoemd pand geldelijke steun te
verstrekken op voet van de Beschikking geldelijke steun huurwoningen 1975;
gelezen het voorstel van Burgemeester en Wethouders van 28 augustus 1986
(bijlage nr. 312)
gelet op de artikelen 60, 65 en 67 van de Woningwet, artikel 16 van het
Besluit geldelijke steun volkshuisvesting en op artikel 3 van de Beschikking
deelneming van het Rijk in garanties van de gemeente, voor de bouw van woningen
en woongebouwen door toegelaten instellingen en andere rechtspersonen, die geen
winst beogen;
BESLUIT
I. overeenkomstig de voorwaarden en bepalingen, vervat in de Beschikking
deelneming van het Rijk in garanties van de gemeente, voor de bouw van
woningen en woongebouwen door toegelaten instellingen en andere rechtsper
sonen, die geen winst beogen, rente en aflossing te garanderen van de aan
de Woningstichting Patrimonium door VVAA Levensverzekering N.V. te Utrecht
te verstrekken geldlening, groot 437.000,rente 7?, koers 100?, bemid
delingsprovisie 1/8?, ten behoeve van de financiering van de bouw van
7 woonruimten (in de non-profit premiehuursector) in het pand Zwitsers-
walt je 3, zulks overeenkomstig de ontwerp-overeenkomst ter zake;
II. te bepalen dat de onder I. bedoelde garantie wordt verleend onder de voor
waarde dat de aldaar omschreven overeenkomst tot stand komt en voorts onder
de voorwaarde dat geldelijke steun van het Rijk wordt verleend;
III. aan de Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer
te verzoeken het verlies, dat voor de gemeente zou kunnen voortvloeien uit
het garanderen van rente en aflossing van eerdergenoemde lening, voor hon
derd procent ten laste van het Rijk te nemen;
IV. uit 's Rijks kas een zo hoog mogelijke jaarlijkse bijdrage in de exploita
tie van de onder I. bedoelde woningen aan te vragen en te aanvaarden;