Nr. 19798 DE RAAD DER GEMEENTE LEEUWARDEN; gelezen het voorstel van Burgemeester en Wethouders van 20 november 1986 (bijlage no. 413); gelet op het bepaalde in de artikelen 170 en 228 van de Gemeentewet; BESLUIT I. een krediet voor 49.000.000,beschikbaar te stellen voor het in 1987 buitengewoon aflossen van geldleningen om in de plaats daarvan geldleningen aan te trekken tegen een lager rentepercentage, afhankelijk van de ont wikkelingen op de kapitaalmarkt; II. voor het jaar 1987 met inachtneming van het "Besluit leningvoorwaarden lager overheid" voor de financiering van buitengewoon af te lossen vaste geldleningen, nieuwe kapitaaluitgaven, onderhanden zijnde werken alsmede voor de consolidatie van vlottende schuld vaste geldleningen aan te gaan tot een bedrag van ten hoogste 85 miljoen; III. te bepalen, dat van elk afzonderlijk door Burgemeester en Wethouders ter uitvoering van het gestelde onder II te nemen besluit en van de daarop betrekking hebbende goedkeuring van Gedeputeerde Staten van Friesland mede deling zal worden gedaan aan de Raad. Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van Voorzitter. Secretaris. Sluiten van kasgeldleningen. Bijlage nr. 414 Leeuwarden, 20 november 1986. Aan de Gemeenteraad. Het is gebruikelijk, dat tegen het einde van het jaar een besluit wordt genomen tot vaststelling van het bedrag, dat in het volgende jaar, ter voor ziening in de behoefte aan kasgeld, aan tijdelijke financieringsmiddelen kan worden opgenomen. Dit bedrag werd tot en met 1984 bepaald op 16$ van de inkomsten van de gewone dienst van de gemeentebegroting voor het komende dienst jaar, verminderd met die van de hoofdstukken XII (kasvoorzieningen) en XIV (Verrekeningen) In verband met de invoering van de nieuwe comptabiliteitsvoorschriften is voor 1985 en 1986 een variant op dit systeem toegepast omdat anders de kas geldlimiet een onaanvaardbare hoogte zou bereiken en derhalve niet meer toepas baar zou zijn. Op 1 januari 1987 treedt in werking de Wet financiering lagere overheid. Volgens artikel 2 van deze wet is de kasgeldlimiet het bedrag dat een bij ministeriële regeling vast te stellen percentage uitmaakt van het totaal van de vaste schuld en de ontvangen waarborgsommen (door derden ter bewaring in de kas gestort voor een termijn niet korter dan 2 jaar) bij de aanvang van het kalenderjaar vermeerderd met de reserves en de voorzieningen zoals opgenomen als beginstand in de begroting van het openbare lichaam voor dat kalenderjaar. Voor 1987 komt dit neer op een bedrag van 4,3$ van 950.243.966,is afgerond 41.000.000,--. In verband hiermee kan voor 1987 worden gerekend op het aantrekken van tij delijke financieringsmiddelen tot een bedrag van maximaal 41.000.000,voor het financieren van de lopende uitgaven en voor het voorfinancieren van kapi taaluitgaven en investeringssubsidies. Van het bedrag van 41.000.000,kan maximaal 13.000.000,in rekening courant worden opgenomen, waarvan 11.000.000,bij de N.V. Bank voor Nederlandsche Gemeenten en 2.000.000,bij de Coöperatieve Vereniging Friesland Bank b.a., alhier. De Commissie voor de Financiën wordt op 27 november 1986 ter zake gehoord. Wij stellen U voor te besluiten overeenkomstig het hierbij gevoegde ontwerp. Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden, mr. G.J. te Loo Burgemeester. mr. W.J.G. Reumer Secretaris.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1986 | | pagina 266