- 2 - 7. bij het einde van het opstalrecht op 31 december 2030 - dan wel op een later tijdstip bij een eventuele verlening van dit recht - vergoedt de gemeente Leeuwarden de waarde van het door de opstalhoudster gestichte deel van het clubhuis; de te vergoeden waarde wordt door Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden en de opstalhoudster in onderling overleg vastgesteld naar de staat, waarin de opstal zich bevindt bij het einde van het opstalrecht; indien hierover binnen een maand na dat einde géén overeenstemming wordt verkregen, geschiedt de waardevaststelling door drie deskundigen, waarva: binnen twee maanden na dat einde één wordt benoemd door Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden en één door de opstalhoudster, waarna de derde door de twee aldus benoemde deskundigen wordt aangewezen binnen drie maanden na het einde; komen de benoemde deskundigen niet overeen omtrent het bedrag van de te vergoeden waarde, dan zal daarvoor worden gehouden het bedrag van de door de deskundigen afzonderlijk bepaalde vergoeding dat noch het hoogste noci het laagste is; aan de waardevaststelling door de deskundigen zijn beide partijen gebon den 8. de akte van opstal zal worden opgemaakt door en verleden voor een door opstalhoudster aan te wijzen, te Leeuwarden gevestigde notaris; II. een subsidie te verlenen van maximaal 19-830,in de kosten van de bouw van een clubaccommodatie met inachtneming van het bepaalde in de Algemene Subsidieverordening en de Subverordening m.b.t. de stichting van clubhuizen Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van Voorzitter. Secretaris. Bodemsanering op de hoek Frittemastate/Idzerdastins. Bijlage no. 150 Leeuwarden, 26 maart 1987. Aan de Gemeenteraad. Enige tijd geleden heeft Hak-pijpleidingen B.V. tijdens controlewerkzaam heden van de stadsverwarming in Camminghaburen geconstateerd, dat op de hoek Frittemastate/Idzerdastins de buizen waren aangetast door een in de bodem aan wezige milieuvreemde stof. Uit onderzoek bleek, dat de verontreiniging bestond uit een verfverdunningsmiddel. Het is wel duidelijk, dat de verontreiniging onlangs veroorzaakt moet zijn, want een maand eerder was de bodem ter plaatse nog schoon. De ontgraven grond is in depot gezet en de bodemmonsters zijn geanalyseerd door de provincie Friesland. Uit de resultaten van deze analyse bleek, dat de grond kon worden afgevoerd naar de gecontroleerde stortplaats te Ouwsterhaule. Dit is in overleg met ons college zo snel mogelijk gebeurd. Vanwege het feit dat ter plaatse nogal veel kabels en leidingen liggen, moest het ontgraven van de verontreinigde grond grotendeels met handkracht gebeuren. In totaal is 110 m3 grond afgevoerd. Het is niet bekend wie de veroorzaker van de verontreiniging is, zodat kostenverhaal vooralsnog niet mogelijk is. Wij stellen U voor, de saneringskosten ten bedrage van 19.500,ten laste te brengen van de begrotingspost voor bodemsanering 1987. Onder mededeling dat de Commissie voor Openbare Werken en Milieu over ons voorstel is gehoord in haar vergadering van 23 maart 1987 stellen wij U voor overeenkomstig het hierna afgedrukte ontwerp-besluit te besluiten. Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden, mr. G.J. te Loo Burgemeester. mr. W.J.G. Reumer Secretaris.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1987 | | pagina 105