- 22 - Tevens is toegezegd, dat indien de limieten voor de o.g.b. m.i.v. 1988 kunnen worden verruimd, de extra verhogingen 1987 van de ri oolrechten en de afvalstoffenheffing ongedaan zullen worden ge maakt In het kader van de aanvullende herwaardering hebben wij ons nader beraden of belastingmaatregelen onderdeel moesten uitmaken van de te treffen maatregelen. Volgens het collegeprogram komen belastingmaatregelen eerst aan de orde als vast staat, dat hier niet aan te ontkomen valt. Zo nodig dragen deze maatregelen een tijdelijk karakter, omdat wij ervan uitgaan, dat belastingmaatregelen teniet kunnen worden ge daan, zodra de financiële positie van de gemeente dit toestaat. Wij hebben helaas moeten vaststellen, dat aan belastingmaatregelen in dit stadium niet valt te ontkomen. In verband hiermee doen wij U de volgende voorstellen: 1. Versnelde inhaal in 1988 van de in 1988, 1989 en 1990 geraamde verliezen o.g.b. Dit betekent een incidentele meeropbrengst in 1988 van f 420.000,en in 1989 van f 210.000,De tarieven zullen hierdoor stijgen met rond 3%. 2. Het in 3 fasen, in de jaren 1988 t/m 1990 kostendekkend maken van de afvalstoffenheffing hetgeen leidt tot een structurele meeropbrengst met rond f 1.420.000,Het tarief stijgt daar door in fasen (1988 f 103,76; 1989 f 117,16; 1990 f 130,56) tot f 130,56. In dit verband stellen wij U voor het voornemen om de extra verhoging van de afvalstoffenheffing in 1987 ongedaan te maken en gelijktijdig de opbrengst van de onroerend-goedbelastingen met hetzelfde bedrag te verhogen, te heroverwegen. Indien deze extra verhoging van de afvalstoffenheffing ongedaan zou worden gemaakt, zou het daarna alsnog kostendekkend maken van de afvalstoffenheffing tot een grotere toename van de belasting druk leiden dan de hiergenoemde f 1.420.000, 3. Omtrent de vraag in hoeverre de in 1987 toegepaste extra ver hoging van de eigenarenheffing van het rioolrecht ongedaan dient te worden gemaakt stellen wij U voor bij de vaststelling van het Beleidsplan 1988-1992 een definitief standpunt in te nemen. Op dat moment zal ook een beter inzicht kunnen worden gegeven in de consequenties van de alternatieve maatregelen voor de belastingdruk bij de eigenaren. - 23 - INCIDENTEEL a. Uitstel van investeringen. De thans aan U voorgestelde maatregelen m.b.t. kapitaallasten be staan uit de volgende onderdelen: 1. Besparingen op kapitaallasten routine-investeringen. 2. Opschuiven van investeringen c.q. investeringsvolume. 3. Tijdelijke halvering budgetten kantoormeubilair, kantoor machines e.d. Ad 1. Besparingen op kapitaallasten routine-investeringen. In het voorstel tot incidentele herwaardering 1987-1991 hebben wij een besparing opgenomen als gevolg van bestedingsvertraging routine-investeringen voor de jaren 1987, 1988 en 1989. Gelet op de omvang van de mee- en tegenvallers stellen wij U voor de maatregel uit te breiden tot de jaren 1990 en 1991. De besparing welke ontstaat door (na het verkregen hebben van goed keuring van de desbetreffende begrotingswijzigingen van Gedeputeer de Staten) het bewust later afgeven van machtigingen tot besteding onzerzijds, leiden op begrotingsbasis tot een aanpassing van de post "Onderuitputting". Wij zijn ons ervan bewust dat stringente toepassing van de maatregel in een aantal gevallen aanleiding zal kunnen geven tot stagnatie in de dienstuitoefening. Om hieraan het hoofd te bieden, hebben wij voor de gemeente in totaliteit een reserve ingebouwd van 25%. Na verzoeken daaromtrent door de dienst hoofden zullen wij in voorkomende gevallen ons standpunt bepalen t.a.v. de vraag of al dan niet een beroep op de uitzondering kan- worden gedaan. Gelet op te verkrijgen opbrengsten en Rijksvergoedingen door de Dienst Sociale Werkvoorziening zijn wij van mening dat routine investeringen benodigd voor deze dienst, onder de uitzondering van 25% dienen te vallen. Met betrekking tot de zgn. rendabele investeringen merken wij op dat uit een oogpunt van de gemeentelijke financiën de vertraging niet strikt noodzakelijk is. Waar mogelijk stellen wij ons voor ter zake een enigszins terughoudend beleid te voeren. Nadere uitwerking (Electriciteitsbedrijf is thans buiten be schouwing gelaten) van de maatregel tot vertraging van de routine investering leidt tot de volgende incidentele besparingen over de beleidsperiode. 1987 f 247.000, 1988 f 254.000, 1989 f 315.000, 1990 f 303.000, 1991 f 338.000, In ons herwaarderingsvoorstel 1987-1991 was reeds geraamd 1987 f 195.000, 1988 f 295.000, 1989 f 380.000, Ad 2. Opschuiven van investeringen. In het voorstel tot incidentele herwaardering 1987-1991 hebben wij voor een aantal investeringen uitstel met één jaar voorgesteld. Geplaatst voor de noodzaak tot aanvullende herwaardering stellen wij U voor de reeds aangegeven investeringen nogmaals op te schor ten alsmede te besluiten tot aanwijzing van meerdere investerings-

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1987 | | pagina 160