Verkoop erfpachtsgrond.
- 2 -
4. van het pad zal buiten de eigenares van het heersend erf dan wel haar ver
tegenwoordigers, personeel, leveranciers, bezoekers, daartoe gemachtigden en
diegenen die van haar met betrekking tot het heersend erf enig recht van
gebruik hebben verkregen, tevens gebruik mogen worden gemaakt door de eige
nares van het lijdend erf, dan wel haar vertegenwoordigers, personeel,
leveranciers, bezoekers, daartoe gemachtigden en diegenen die van haar met
betrekking tot het lijdend erf enig recht van gebruik hebben verkregen;
5. het is zowel aan de eigenares van het heersend erf als aan de eigenares van
het lijdend erf en verder aan alle personen, die van het pad gebruik maken,
verboden om vervoermiddelen van welke aard ook of andere zaken of goederen
op het pad te plaatsen anders dan voor het directe gebruik van het pad als
zodanig vereist zal zijn, zodat dit gebruik ongehinderd en onverminderd zal
kunnen plaatshebben;
indien in strijd met deze bepaling mocht zijn gehandeld, zal ieder van par
tijen of haar gemachtigden bevoegd zijn datgene wat zich op het pad bevindt,
zonder enige aanmaning te verwijderen door zulks op de genoemde openbare weg
of elders te plaatsen;
6. de eigenares van het heersend erf is verplicht het pad op haar eigen kosten
ten genoegen van de eigenares van het lijdend erf af te sluiten van het
resterende gedeelte van het lijdend erf; uitdrukkelijk wordt bepaald dat het
tot afsluiting dienende werk uitsluitend mag bestaan in een laag hekwerk
dan wel een lage muur, dan wel een haag; in dit tot afsluiting dienende werk
zal, ten einde het bovenvermelde gebruik van het pad door de eigenares,
enzovoort, van het lijdend erf mogelijk te maken, op een door de eigenares
van het lijdend erf te bepalen plaats een opening ter breedte van één meter
moeten worden gelaten;
het onderhouden (herstel en vernieuwing daaronder begrepen) van het tot
afsluiting dienende werk komt geheel voor rekening van de eigenares van het
heersend erf;
7. de eigenares van het heersend erf is verder verplicht het pad op haar kosten
te voorzien van een uit trottoirtegels bestaande verharding; het onderhoud
en het schoonhouden van deze verharding - welke verharding eigendom zal zijn
van de eigenares van het lijdend erf - dient vervolgens te geschieden door
en voor rekening van de eigenares van het heersend erf;
8. uitdrukkelijk wordt bepaald dat de erfdienstbaarheid ongewijzigd zal blijven
voortbestaan, ook al mocht het heersend erf verder worden bebouwd, gesplitst
of van aard'of bestemming worden veranderd, ongeacht de eventueel daardoor
veroorzaakte verzwaring;
9. iedere actie tot ontbinding of vernietiging van de overeenkomst tot
vestiging der erfdienstbaarheid, zomede alle beroep op de artikelen 1302 en
1303 van het Burgerlijk Wetboek, zal zijn uitgesloten.
10. de kosten welke op de overeenkomst vallen, daaronder begrepen de kosten van
de benodigde notariële akte en die van de levering van een afschrift van
deze akte ten behoeve van het gemeente-archief, komen geheel voor rekening
van de eigenares van het heersend erf.
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering
van
Voorzitter.
Secretaris.
Bijlage no. 181 Leeuwarden, 16 april 1987.
Aan de Gemeenteraad
Wij hebben met 6 erfpachters overeenstemming bereikt over de verkoop aan hen
van eerder in erfpacht uitgegeven percelen grond.
De stukken, waaruit deze overeenstemming blijkt, zijn voor U ter inzage
gelegd.
Wij geven U in overweging te besluiten tot het verkopen van de grond
overeenkomstig het hierna afgedrukte ontwerp-besluit
Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden,
mr. G.J. te Loo Burgemeester.
mr. W.J.G. Reumer Secretaris.