Nr. 8098
DE RAAD DER GEMEENTE LEEUWARDEN;
gelezen het voorstel van Burgemeester en Wethouders van 7 mei 1987 (bijlage
nr. 197);
gelet op artikel 177, eerste lid, van de Gemeentewet;
BESLUIT
tegen de heer L. Smit, Apolloweg 17 te Leeuwarden, een rechtsgeding te voeren
ter nakoming en uitvoering van de erfpachtsovereenkomst betreffende een in het
bestemmingsplan "Hemrik" ten noorden van de Apolloweg gelegen perceel grond ter
grootte van plm. 1.450 m2.
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering
van
Voorzitter.
Secretaris.
RAADSADVIESCOMMISSIE VOOR DE BEROEP- EN BEZWAARSCHRIFTEN.
Advies inzake het beroepschrift van mr. U. van Houten, namens mevrouw
F.G.C.K. van den Meer inzake de aanschrijving tot het treffen van voorzieningen
aan de woning Jouwsmastraat 34 te Leeuwarden.
Bijlage no. 198 Leeuwarden, 28 april 1987
Aan de Gemeenteraad.
IInleiding.
Bij brief d.d. 9 januari 1987, kenmerk R.O.V. nr. 23068 MG/GS hebben Burge
meester en Wethouders mevrouw F.G.C.K van den Meer aangeschreven tot het
treffen van voorzieningen aan de woning Jouwsmastraat 34 te Leeuwarden.
Burgemeester en Wethouders hebben zich hierbij op artikel 25, eerste lid
onder b van de Woningwet gebaseerd.
Tegen deze aanschrijving heeft mr. U van Houten namens mevrouw Van den Meer
bij de Raad een beroepschrift ingediend.
Overeenkomstig artikel 2 van de Procedureverordening Raadsadviescommissie
voor de beroep- en bezwaarschriften is het beroepschrift om advies in han
den gesteld van de Raadsadviescommissie voor de beroep- en bezwaarschrif
ten.
IIBeroepschrift.
Het beroepschrift van de heer U. van Houten luidt samengevat, als volgt:
Zijn cliënte mevrouw F.G.C.K. van den Meer, is bereid de in de onderhavige
aanschrijving opgesomde vereiste voorzieningen te treffen. De voorzieningen
vermeld onder 2 en 7 zijn reeds getroffen. Het ontbreekt haar aan finan
ciële middelen om deze reden moet een familielid van haar, die timmerman is
de werkzaamheden verrichten. Zij kan daarom aan hem geen termijn stellen.
Zij hoopt echter dat voor 1 januari 1988 de werkzaamheden gereed zijn.
III. Reactie van Burgemeester en Wethouders.
Bij brief van 4 maart 1987, kenmerk R.O.V. 3994 FH/TH hebben Burgemeester
en Wethouders op het beroepschrift gereageerd. Hun reactie luidt, samenge
vat, als volgt:
M.b.t. ontvankelijkheid:
Het beroepschrift is tijdig ingediend en moet derhalve ontvankelijk worden
verklaard.
M.b.t. de materiële bezwaren:
Mevrouw Van den Meer heeft inmiddels voldaan aan de punten 2 en 7 van de
aanschrijving. Financiële belemmeringen bij betrokkene kunnen geen grond
vormen voor het achterwege laten van een aanschrijving, als bedoeld in
artikel 25, eerste lid onder b van de Woningwet Burgemeester en Wethouders
hebben er geen bezwaar tegen als mevrouw F. van den Meer nog gedurende een
periode van drie maanden na verzenddatum van het raadsbesluit met betrek
king tot het onderhavige beroepschrift de gelegenheid wordt gegeven om
alsnog aan de aanschrijving te voldoen.