Nr. 9904 DE RAAD DER GEMEENTE LEEUWARDEN; Gelezen het voorstel van Burgemeester en Wethouders van 3 juni 1987 (bijlage no. 226 BESLUIT: goedkeuring te verlenen aan het besluit van het bestuur van de Stich ting Medisch Centrum Leeuwarden om over te gaan tot het sluiten van een erfpachtovereenkomst met de Stichting Klinisch Chemisch Laborato rium Centrum Leeuwarden ten behoeve van de nieuwbouw van laatstgenoem de Stichting op het terrein van locatie Zuid overeenkomstig de daartoe opgestelde en door het bestuur overgelegde ontwerp-overeenkomst Aldus vastgesteld in de openbare verga dering van Voorzitter. Secretaris. Wijziging Algemeen Ambtenarenreglement. Bijlage no. 227 Leeuwarden, 18 juni 1987. Aan de Gemeenteraad. Door een onvolkomenheid in artikel E 15, lid 3, A.A.R., kan een benadeling plaatsvinden van de (gedeeltelijk) arbeidsongeschikte ambtenaar die niet tot de datum van ontslag maar wel gedurende langere tijd ten minste 45% van zijn werk tijd heeft vervuld. Krachtens genoemd artikellid wordt bij de ambtenaar die "na aanvang van zijn ongeschiktheid zijn betrekking nog voor ten minste 45% van de voor hem geldende werktijd tot de datum van ontslag heeft vervuld" de datum van het begin van de ongeschiktheid gesteld op de datum van het ontslag. Dat wil zeggen dat eerst dan de (maximum-)periode van 18 maanden 100% doorbetaling van de bezoldiging en ver volgens 6 maanden 80% (zie artikel E 15, lid 2, A.A.R.) aanvangt. Wanneer de ambtenaar geen recht op een A.B.P.-invaliditeitspensioen heeft, kan hij aanspraak maken op maximaal 12 maanden 100% doorbetaling van de bezoldiging (zie artikel E 15, lid 1, A.A.R. Wanneer nu een ambtenaar 1 week 100% arbeidsongeschikt is, vervolgens 1 jaar voor 80% zijn functie vervult en vervolgens 1 week (tot aan de datum van zijn ontslag) weer 100% arbeidsongeschikt is, dan beginnen eerdergenoemde termijnen van 24 maanden (18 6) resp. 12 maanden te lopen met ingang van de eerste 100% arbeidsongeschiktheidsperiode Wanneer de ambtenaar echter 1 week 100% arbeidsongeschikt is geweest en ver volgens tot de datum van het ontslag voor 50% zijn functie vervuld heeft, dan heeft hij vervolgens nog recht op (maximaal) 24 maanden (18 maanden 100% en 6 maanden 80%) uitkering krachtens artikel E 15, lid 2. In dit laatste geval heeft de werkgever in de praktijk veel minder aan de amb tenaar gehad, terwijl deze toch gedurende een veel langere tijd verzekerd is van aanvulling op zijn inkomen. Dit is nooit de bedoeling van deze bepaling geweest. Voorkomen dient te worden dat de ambtenaar benadeeld wordt door het feit dat hij niet tot de datum van ontslag voor ten minste 45% heeft gewerkt. Redelijkerwijs mag het natuurlijk niet uitmaken wanneer de ambtenaar voor 45% of meer zijn functie heeft uitge oefend. In een dergelijk geval dienen de periodes van 100% arbeidsongeschiktheid bij elkaar te worden opgeteld om vervolgens te worden afgetrokken van de meerge noemde termijn van 24 respectievelijk 12 maanden. Om de geconstateerde onvolkomenheid in de toekomst te voorkomen wordt voor gesteld om artikel E 15, lid 3, A.A.R. te wijzigen conform bijgaand ontwerp-wij- zigingsbesluit. Het overleg met de centrales van overheidspersoneel over deze aldus te wijzigen bepaling heeft tot overeenstemming geleid, zodat plaatselijk overleg achterwege kan blijven indien de bepaling ongewijzigd wordt overgenomen. Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden, mr- G.J. te Loo Burgemeester, mr. W.J.G. Reumer Secretaris.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1987 | | pagina 327