- 1 -
Bijlagenr. 265.
Hoofdstuk 0. Inleiding.
Hierbij bieden wij U het beleidsplan voor de periode 1988 tot en met
1992 aan, alsmede de ontwerp-begroting van de Algemene Dienst voor het
dienstjaar 1988 en de ontwerp-begrotingen van de diensten en bedrijven
die als takken van dienst in de zin van artikel 252 van de Gemeentewet
zijn aangewezen.
Hoofdstuk I van dit beleidsplan bevat de algemene aspecten van het be
leid. Hierin gaan wij op een aantal algemene onderwerpen in, alsmede op
de interne middelenfuncties.
In hoofdstuk II worden de beleidsvoornemens per hoofdfunctie aan de
orde gesteld. Elke hoofdfunctie vangt aan met een inleidende paragraaf,
waarin een aantal algemene aspecten met betrekking tot deze hoofdfunc
tie wordt beschreven en/of een korte samenvatting van de belangrijkste
beleidsvoornemens op het desbetreffende terrein wordt gegeven.
In hoofdstuk III wordt aandacht geschonken aan de financiële toestand
van de gemeente. Voor een beschrijving van de inhoud van deze hoofd
stukken verwijzen wij U naar de desbetreffende inleidingen.
Hoofdstuk IV bevat de meerjarenramingen 1988-1992. Gezien de opgedane
ervaringen hebben wij gemeend dat het praktischer is om de meerjaren
ramingen in een apart boekwerk te bundelen. Aangezien in de hoofdstuk
ken I, II en III reeds op de aan de cijfers ten grondslag liggende
ontwikkelingen is ingegaan, is in dit hoofdstuk geen verbale toelich
ting opgenomen.
Hoofdstuk I. Algemene aspecten van het beleid.
1.0 Inleiding.
In dit hoofdstuk zullen wij aandacht besteden aan de algemene aspecten
van het beleid: in de eerste paragraaf aan de sociaal-economische
situatie en voorts aan enkele aspecten van de (financiële) verhouding
met de rijksoverheid.
De in 1987 gehouden verkiezingen voor Provinciale Staten hebben geleid
tot een nieuw provinciaal bestuur. Vandaar dat wij de aandacht in
paragraaf twee zullen richten op het provinciale beleid. Wij zullen in
dit verband ingaan op het Collegeprogramma van Gedeputeerde Staten en
op de herziening van het Streekplan.
De financiële situatie van de gemeente komt in paragraaf drie aan de
orde. Hoewel wij U geen voorstellen tot nadere herwaardering zullen
doen, mag hieruit zeker niet worden geconcludeerd dat de financiële
situatie van de gemeente als rooskleurig kan worden beschouwd.
Paragraaf vier van dit hoofdstuk is gewijd aan de versterking en uit
bouw van de centrumpositie van Leeuwarden. In deze paragraaf besteden
wij onder andere aandacht aan ontwikkelingen in het op rijksniveau
geformuleerde regionaal beleid, stimulering van een aantal speerpunten,
de nadere invulling van de status van stadsgewest en aan' de ontwikke
lingen met betrekking tot het spreidingsbeleid.
In paragraaf vijf besteden wij expliciete aandacht aan de emancipatie
van de vrouw. Aangezien dit beleidsterrein het karakter van facetbeleid