- 4 -
Juist dit argument hebben de gemeenten altijd gehanteerd tegen de zoge
naamde "profijtkortingen" waaromtrent dan ook uiteindelijk een herover
weging heeft plaatsgevonden. De toepassing van efficiencykortingen is
derhalve een zodanige aantasting van de gemeentelijke beleidsvrijheid,
dat wij hiertegen, met name in VNG-verband, krachtig protesteren.
Als gevolg van de moeilijke financiële positie waarin de gemeenten mo
menteel verkeren, hebben zij onvoldoende financiële flexibiliteit over
om adequaat op accentverschuivingen in het rijksbeleid in te spelen.
Het ontbreekt de gemeenten aan de benodigde financiële ruimte om (ook)
door het Rijk gewenste nieuwe dingen te doen. Het Rijk dient dan ook
bij het opzetten van nieuwe plannen met deze situatie bij de gemeenten
rekening te houden. In sommige gevallen stelt het Rijk voor één of
enkele jaren een startsubsidie ter beschikking. Na deze periode vervalt
het subsidie en dient de gemeente de lasten zelf te dragen. Op deze
wijze wordt een ongewenst camel-nose-effeet gecreëerd en zullen
verschillende gemeenten niet willen meewerken aan de uitvoering van de
hierop betrekking hebbende rijksvoornemenshetgeen in vele gevallen
betreurd moet worden. In andere gevallen zien gemeenten zich gedwongen
net opgebouwde voorzieningen weer af te breken vanwege het wegvallen
van rijkssubsidie. Wij zijn dan ook van mening dat de effectiviteit van
een dergelijk rijksbeleid in sterke mate verhoogd kan worden, indien
tot structurele subsidiëring wordt overgegaan.
1.2 Hoofdlijnen van het provinciaal beleid.
Stond het voorjaar van 1986 in het teken van de verkiezingen voor de
Tweede Kamer der Staten-Generaal en voor de Gemeenteraad, het voorjaar
van 1987 stond in het teken van de verkiezingen voor de Provinciale
Staten. Vandaar dat wij in dit beleidsplan de aandacht zullen richten
op de hoofdlijnen van het provinciaal beleid, voor zover relevant voor
de gemeente Leeuwarden.
De uitslag van de verkiezingen voor de Provinciale Staten in Friesland
heeft geresulteerd in een College van Gedeputeerde Staten, waarvan de
gedeputeerden afkomstig zijn uit de fracties van het CDA en de PvdA.
Het programma van dit college is naar onze mening een goed handvat om
in te gaan op de hoofdlijnen van beleid van de provincie Friesland;
bovendien zullen wij hierbij het ontwerp-streekplan betrekken.
Onze beschouwingen zullen aanvangen met een schets van de voor Leeuwar
den relevante aspecten van het provinciaal beleid, vervolgens zullen
wij onze visie op een aantal onderdelen geven.
Collegeprogramma GS
Het uitgangspunt voor het provinciaal beleid is de gelijkwaardigheid
van mensen. De provincie geeft hieraan mede inhoud door haar beleid met
name te richten op bevordering van gelijke kansen voor iedereen en
emancipatie van achtergestelde bevolkingsgroepen. Ontplooiing van men
sen in een zelf gekozen richting is daarbij uitgangspunt. Daarbij wor
den levens- en wereldbeschouwelijke aspecten nadrukkelijk gerespec
teerd. Het handhaven en bevorderen van de werkgelegenheid staan in het
provinciaal beleid centraal. Het behoud van de aantrekkelijke eigen
schappen van Friesland, liggend op het terrein van natuur, landschap en
- 5 -
milieu is van wezenlijk belang. Per saldo dient het provinciaal beleid
te resulteren in terugdringing van de verdere belasting van het milieu
en versterking van de natuurlijke en landschappelijke waarden. Door een
breed gericht beleid zet de provincie zich in voor verbetering van het
produktiemilieu en bevordering van het vestigingsklimaat. Bovendien is
het actief in stand houden van het eigen Friese karakter van wezenlijk
belang. De Friese taal en cultuur nemen daarin een bijzondere plaats in
en vereisen daarom extra aandacht in het provinciaal beleid.
Te zamen met de provincies Drenthe en Groningen wordt gestreefd naar
het ontwerpen van één strategische visie op de toekomstige ruimtelijke
en economische ontwikkeling van Noord-Nederland. Hierbij wordt uitge
gaan van een taakverdeling tussen de drie provincies op basis van de
sterke punten waarover zij thans c.q. in potentie beschikken.
Ten aanzien van de verschillende beleidssectoren zijn in het college
programma onder andere de volgende voornemens aangegeven. Met betrek
king tot de bestuurlijke organisatie wordt opgemerkt dat voor wat
betreft taken die gemeentelijk kunnen worden uitgevoerd de provincie
initiatief en beleidsvoering aan de gemeenten overlaat. Bij het afsto
ten van rijkstaken is het uitgangspunt voor de provincie dat decentra
lisatie naar een zo laag mogelijk bestuurlijk niveau geschiedt. De taak
van de regio's moet worden beperkt tot overleg en uitvoerende taken.
Omtrent het onderdeel Vrede en Veiligheid wordt onder andere opgemerkt
dat aan het plaatsen en vervoeren van kernwapens in Friesland geen me
dewerking wordt verleend. Gelet op het huidige aandeel in de overlast,
waarin de provincie reeds naar evenredigheid bijdraagt, mag Friesland
geen extra hinder ondervinden van militaire activiteiten. De provincie
zal dan ook niet meewerken aan de vestiging van een militaire helicop-
terbasis. Het vredesonderwijs wordt verder gestimuleerd en ondersteund.
Ten aanzien van de Friese taal wordt onder andere aangegeven dat er
actief uitvoering zal worden gegeven aan het rapport "Fan Geunst nei
Rjocht". Ten aanzien van het gebruik van de Friese taal door overheden
en burgers dient een wettelijke regeling tot stand te worden gebracht
waarin de principiële en praktische gelijkstelling van het Fries aan
het Nederlands het uitgangspunt vormt en op grond waarvan de provincie
bevoegd is zelfstandig volledig uitvoering te geven aan alle taken
betreffende het taalbeleid en wat daarmee samenhangt. Ten aanzien van
de gemeenten en overige publiekrechtelijke organen voert de provincie
in dit opzicht een stimulerend beleid. De ontwikkeling van een Europees
Instituut in Friesland voor onderzoek van minderheidstalen wordt gesti
muleerd.
Met betrekking tot de beleidssector Openbare Orde en Veiligheid wordt
opgemerkt dat de provincie niet voornemens is voorzieningen tegen de
gevolgen van kernrampen te treffen. De provincie stimuleert, coördi
neert en houdt toezicht op de totstandkoming van rampenplannen en het
bepalen van procedures. Ten behoeve van het vervoer van gevaarlijke
stoffen over water zorgt de provincie voor voldoende voorzieningen en
voor een goede coördinatie tussen de verschillende hulpverlenings
diensten.
Ten aanzien van de sector Verkeer en Vervoer wordt aangegeven dat de
verkeersveiligheid hoge prioriteit heeft en vooral is gericht op de
bescherming van kwetsbare verkeersdeelnemers. Het openbaar vervoer zal
worden bevorderd. Aanleg van nieuwe wegen mag in de optiek van de pro-