- 8 - en een daarop afgestemde woningcontingenteringspolitiek; - het stimuleren van ontwikkelingen op het terrein-van het realiseren van aanleunwoningen en van beschermde woonvormen; - het in overleg met gemeenten stimuleren van de thuiszorg, de zorg op maat en de 7 x 24-uurs bereikbaarheid; - de planning en financiering van intramurale voorzieningen voor men sen die deze vorm van verzorging en behandeling beslist nodig heb ben. De provincie zal bovendien nagaan of in Friesland een financiële rege ling kan worden ingevoerd voor steun voor de bouw van experimentele woonvormen voor ouderen. Het beleid in de sfeer van de ruimtelijke ordening is gericht op het zoveel mogelijk versterken van het bestaande patroon van steden en dor pen met hun sociale en economische structuren, alsmede op het voorkomen van de aantasting van de open ruimte. De kleine kernen en het stadsge west blijven hoofdaandachtspunten voor het provinciaal ruimtelijk be leid. Omtrent de beleidssector volkshuisvesting wordt onder andere opgemerkt dat de provincie er bij het Rijk op zal aandringen de beschikbare con tingenten in de vorm van een provinciaal volkshuisvestingsbudget te verstrekken, waarbij de provincie bevoegd is een "eigen" volkshuis vestingsplan uit te voeren. Contingenten nieuwbouw worden in eerste instantie conform de groeicijfers uit het streekplan over de gemeenten verdeeld. Leeuwarden krijgt een bodemcontingent. Gemeenten dienen vol gens de provincie in hun volkshuisvestingsplannen aandacht te schenken aan voldoende nieuwbouw in de kleine kernen, waarbij voor kleine kernen met een basisschool een minimumtaakstelling dient te gelden. In het mo numentenbeleid zal een verschuiving naar de preventieve monumentenzorg plaatsvinden. De uitgangspunten van het financieel beleid zijn onder meer: het ontzien van de lasten voor de burger; het terugbrengen van de omvang van de incidentele middelen; begroting en rekening zullen sterker het karakter van een beleids instrument moeten krijgen. Het provinciaal beleid nader beschouwd. Gezien de samenstelling van het College van Gedeputeerde Staten zal het niet verbazen dat wij met de hoofdlijnen van dit programma kunnen in stemmen. Op een aantal punten willen wij echter in dit kader nader in gaan. Ab s o 1 u te_hoo fd pr io_r i te^t en Het verheugt ons dat het handhaven en bevorderen van de werkgelegenheid in het provinciaal beleid centraal zal staan. Ook in Leeuwarden is het werkgelegenheidsbeleid absolute hoofdprioriteit. De situatie op de ar beidsmarkt is van dien aard dat er op korte termijn een slagvaardig beleid zal moeten worden gevoerd. Dit vereist een actieve rol van zowel de provincie als de gemeenten. De vraag kan worden gesteld of het vol doende zal blijken te zijn het landelijk beleid aan te vullen en/of aan te sluiten bij gedachten en plannen die op lokaal niveau bij bedrijfs - 9 - leven, vakbeweging en maatschappelijke organisaties naar voren worden gebracht. Het hoofdaccent dient naar onze mening te worden gelegd op handhaving van de bestaande werkgelegenheid. Voorts dient er grote prioriteit te worden gehecht aan het aantrekken van nieuwe werkgele genheid naar Friesland in het algemeen en naar Leeuwarden in het bij zonder. Hierbij dient naar onze mening niet alleen te worden gedacht aan verdere spreiding van rijksdiensten, waar wij op zich een groot voorstander van zijn, maar ook aan het aantrekken van instellingen en bedrijven. Hiertoe is behalve een goede infrastructuur ook een goed vestigingsklimaat benodigd. Wij hopen en verwachten dat het provinciaal bestuur hiertoe de nodige initiatieven zal ontwikkelen. De centrale rol van Leeuwarden in het sociaal-economisch beleid is natuurlijk ook voor de provincie van belang. De versterking van de centrumpositie van Leeuwarden speelt daarbij een belangrijke rol. Wij gaan ervan uit dat de in dit verband door het provinciaal bestuur uitgesproken intenties in het te voeren beleid tot uitdrukking zullen komen. Wij kunnen instemmen met het feit dat de prioriteit in het werkloos heidsbeleid met name wordt gericht op het weer in het arbeidsproces brengen van langdurig werklozen en in het bijzonder op kansarme groe pen. Wij zijn daarbij van mening dat ook de categorie schoolverlaters tot de belangrijkste doelgroepen in het werkloosheidsbeleid behoort. Ten aanzien van het op de andere hoofdprioriteiten van ons beleid ge richte provinciale beleid, te weten het beleid met betrekking tot de stadsvernieuwing en de emancipatie van de vrouw, hebben wij gecon stateerd dat deze aspecten een minder prominente plaats in het pro vinciaal beleid lijken in te nemen dan in het Leeuwarder beleid. De rol van de provincie bij het Leeuwarder stadsvernieuwingsproces is echter beperkt. Wij zien derhalve geen aanleiding om nader op het provinciaal stadsvernieuwingsbeleid in te gaan. De potentiële rol van de provincie bij de emancipatie van de vrouw in Friesland is veel uitgebreider. De provincie spreekt in dit kader uit dat haar emancipatiebeleid erop ge richt is dat mannen en vrouwen door deelname aan betaalde arbeid een economisch zelfstandig bestaan kunnen leiden, ongeacht hun leefomstan digheden. Wij onderschrijven dat dit één van de belangrijkste middelen, zo niet het belangrijkste middel, is om de doelstellingen van de vrouwenemancipatie te bereiken. De provincie beschouwt, net als wij, emancipatiebeleid als facetbeleid, dat op alle beleidsterreinen aan dacht verdient. Wij zijn daarbij evenwel van mening dat het einddoel van het emancipatiestreven, te weten een pluriforme maatschappij waarin iedereen ongeacht sekse of burgerlijke staat de mogelijkheid heeft zich een zelfstandig bestaan te verwerven en waarin mannen en vrouwen ge lijke rechten, kansen en vrijheden kunnen realiseren, alleen bereikt kan worden als dat streven de hoogste prioriteit krijgt en derhalve bij alle beleidsterreinen betrokken zal worden. Het College van Gedepu teerde Staten doet dat op een aantal terreinen reeds expliciet of im pliciet. Wij voegen daar nog aan toe de problematiek rond sexueel ge weld tegen vrouwen en de plaats van vrouwen in het ruimtelijk beleid. Gezien het uitgangspunt van het provinciaal bestuur dat emancipatie beleid facetbeleid is, gaan wij ervan uit dat op alle beleidsterreinen initiatieven zullen worden ontwikkeld en uitgevoerd die gericht zijn op vrouwenemancipatie.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1987 | | pagina 435