- 101 -
.Rente.
Bij de opstelling van de ontwerp-begroting en het ontwerp-beleidsplan
is uitgegaan van een rentepercentage van 6| voor lang geld en van 5|
voor kort geld. Hoewel de rente dit niveau nog niet heeft bereikt, me
nen wij dat de verwachtingen op middellange termijn ten aanzien van de
rente-ontwikkeling handhaving van dit percentage rechtvaardigen.
Re^tje-omslagp^ercentag^e^
Het is gebruikelijk dat niet voor elke uitgaaf op de kapitaaldienst een
afzonderlijke geldlening wordt aangetrokken. De gemeente leent naar
behoefte. De door de gemeente te betalen c.q. intern te verrekenen ren
te wordt deels naar vaste rentepercentages toegerekend, deels op basis
van een omslag.
Vaste rentepercentages worden toegerekend aan investeringen in de wo
ningbouwsector, aan niet regelmatig terugkerende investeringen van gro
te omvang etc.
Voor zover de rentelasten niet afzonderlijk worden toegerekend, worden
deze toegerekend op basis van een omslagstelsel dat gerelateerd wordt
aan de boekwaarden (netto aanschafwaarde minus gecumuleerde afschrij
ving). Het omslagpercentage is een gemiddelde van alle percentages die
voor reeds aangegane en nog aan te gane geldleningen worden berekend.
Bij de berekening van het omslagpercentage wordt uitgegaan van de ver
onderstelling, dat voor nieuw aan te trekken vast geld 61% moet worden
betaald. Bij de opstelling van de ontwerp-begroting voor 1988 bedroeg
het zogenaamde financieringstekort - gerekend naar de toestand van
1 januari 1987 - f 59,9 miljoen. De rente over dit bedrag wordt geraamd
op f 3,5 miljoen. Bij de raming van dit bedrag is ervan uitgegaan dat
f 36 miljoen (de zogenaamde kas geldlimietvan het financieringstekort
wordt gefinancierd met kort geld tegen een rentepercentage van 5|.
Rentec^rrectie^
Op basis van het in het kader van de richtlijnen van de begroting voor-
gecalculeerde rente-omslagpercentage wordt rente aan de investeringen
toegerekend. Als de ontwerp-begroting gereed is, blijkt dat de werke
lijk toe te rekenen rente altijd afwijkt van de in eerdere instantie
geraamde toe te rekenen rente. Het calculatieverschil wordt dan over
geboekt naar hoofdfunctie 9. Dit calculatieverschil dient enerzijds te
worden toegerekend aan investeringen, waarvan de rentelasten de budget
taire positie van de gemeente beïnvloeden (in hoofdzaak in de sector
overheid) en anderzijds aan investeringen, waarvan de rentelasten de
budgettaire positie van de gemeente niet beïnvloeden i.e. rendabele
investeringen (in hoofdzaak investeringen in de zogenaamde bedrijven-
sector
Gebleken is dat de toegerekende rente lager is dan de in eerdere instan
tie voorgecalculeerde rente. Dit betekent uiteindelijk een rentecorrec
tie van f 728.000,B.
- 102 -
Functie 911: Geldleningen.
Vlotjtende finnnc^eririg^
De financiering van de gemeentelijke kapitaaluitgaven vindt per
1 januari 1987 plaats onder de vigeur van de Wet financiering lagere
overheden (Filo).
Op grond van deze nieuwe wet bedraagt de zogenaamde kasgeldlimiet
- bedrag waarbinnen de gemeente kapitaaluitgaven met vlottende middelen
kan financieren - 4,3% van het totaal van de vaste schuld en de ont
vangen waarborgsommen vermeerderd met de reserves en de voorzieningen
zoals opgenomen als beginstand in de begroting van een bepaald jaar.
Voor onze gemeente betekent dat voor 1988 een bedrag van 4,3% van
f 840 miljoen is afgerond f 36 miljoen. In het Beleidsplan 1987-1991
deelden wij U mede, dat er sprake zou zijn van een overgangsperiode van
maximaal twee jaar. De omstandigheden op de kapitaalmarkt geven naar
onze mening geen aanleiding om te veronderstellen, dat de overgangspe
riode na 1987 zal voortduren. Voor 1988 zal dan ook met de lagere kas
geldlimiet rekening moeten worden gehouden.
Vaste financiering^
Ook in 1987 worden wederom belangrijke bedragen aan in het verleden
aangegane vaste geldleningen omgezet in leningen tegen lagere renteper
centages en wel voor in totaal f 25.000.000,Voor de komende jaren
zal onverminderd worden nagegaan welke langlopende leningen voor con
versie in aanmerking komen en zullen overeenkomstig de bevindingen
voorstellen worden gedaan.
Hierbij zullen wij overigens behoedzaam rekening houden met ontwikke
lingen ten aanzien van het renteniveau.
De herfinanciering van nog niet aflosbare langlopende leningen, afge
sloten in de jaren 1980 t/m 1982 met rentetypen variërend van 10 1/4%
tot 12 3/4%, heeft eveneens de aandacht.
Door toepassing van de zogenaamde Wychense constructie kan het risico
van rentestijging in de toekomst afgedekt worden. Het effect hiervan
was tot en met 1991 reeds in het Beleidsplan 1987-1991 verwerkt.
Voor het onderhavige beleidsplan kan hier nog eens netto
f 660.000,voor 1992 aan toegevoegd worden.
Tenslotte zij opgemerkt dat inmiddels op grote schaal buitengewone af
lossing van door het Rijk verstrekte geldleningen voor woningbouw heeft
plaatsgevonden
Garanderen van rente en a_flossijig van door de£den_aan__tj2 gan.e_geld-
^enlrigen
Uit de tot de begroting voor 1988 behorende staat F blijkt, dat de ge
meente per 1 januari 1988 rente- en aflossingsverplichtingen heeft ge
garandeerd over een leningsbedrag van f 925 miljoen. Van dit bedrag
heeft f 325 miljoen betrekking op leningen, die door derden zijn aange
gaan voor de financiering van de aankoop c.q. de bouw van woningen. In
de beleidsperiode 1988-1992 wordt van de veronderstelling uitgegaan,
dat het bedrag waarvoor de gemeente ten behoeve van de hiervoorgenoemde