Subsidiëring Stichting De Ooievaar, Stichting Opzet en Stichting Filmhuis.
Bijlage no. 267 Leeuwarden, 27 augustus 1987.
Aan de Gemeenteraad.
In Uw vergadering van 23 februari 1987 heeft U besloten aan de Stichtingen
Ooievaar en Opzet bijdragen van respectievelijk f 19.500,en f 4.550,
beschikbaar te stellen t.b.v. de uitvoering van podiumactiviteiten gedurende het
eerste halfjaar van 1987. Dit besluit tot gedeeltelijke subsidiëring kwam voort
uit het feit dat verwacht mocht worden, dat in die periode een nadere concreti
sering van de structurele verdeling van de middelen die beschikbaar zijn voor
instellingen op het terrein van de niet-traditionele kunstbeoefening gereed zou
zijn.
Deze werkzaamheden konden helaas niet tijdig worden afgerond.
Daar wij eraan hechten dat de hierbovengenoemde instellingen ook gedurende
het tweede halfjaar van 1987 hun activiteiten kunnen continueren, stellen wij U
onder verwijzing naar raadsbijlage nr. 75 van 12 februari 1987, voor aan de
Stichting Ooievaar een subsidie van f 20.400,en aan de Stichting Opzet een
bijdrage van f 4.550,beschikbaar te stellen.
Genoemde bijdragen van in totaal f 24.950,kunnen eenmalig worden gedekt
t.l.v. de post "niet-traditionele kunstbeoefening" (functie 540.04).
Ten aanzien van de subsidiëring van de Stichting Filmhuis kan het volgende
worden opgemerkt.
In Uw vergadering van 28 april 1987 heeft U in het kader van de aanvullende her
waardering en de voorstellen nieuw beleid (1987-1991) besloten voor 1988 en
volgende jaren een bedrag van f 30.000,te reserveren voor het jaarlijks sub
sidiëren van de huisvestingslasten van de Stichting Filmhuis.
Daarbij werd tevens aangegeven dat voor 1987 voor het beschikbaar stellen van
genoemd subsidiebedrag eenmalig dekking zou moeten worden gevonden t.l.v. de
post "niet-traditionele kunstbeoefening".
Gelet hierop stellen wij U voor een subsidie beschikbaar te stellen aan de
Stichting Filmhuis van f 30.000,
Dit bedrag kan eenmalig worden gedekt t.l.v. de post "niet-traditionele kunst
beoefening" (functie 540.04).
Omtrent de besteding van de resterende middelen op deze post ad f 37.000,
zullen wij U nog een nader voorstel voorleggen.
Onder vermelding dat de Commissie voor Welzijnsaangelegenheden zich in haar
vergadering van 6 juli 1987 akkoord heeft verklaard met ons voorstel, stellen
wij U voor te besluiten overeenkomstig het ontwerp-besluit
Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden,
mr. G.J. te Loo Burgemeester.
mr. W.J.G. Reumer Secretaris.
