Het vaststellen van de bedragen bedoeld in artikel 88, le lid van de Wet op het voortgezet onderwijs over het jaar 1983 en artikel 88, 2e lid van genoemde wet over het vijfjarig tijdvak 1979 tot en met 1983 voor: a. de gemeentelijke scholen voor voorbereidend wetenschappelijk onderwijs, hoger algemeen voortgezet onderwijs en .middelbaar algemeen voortgezet onderwijs; b. de Gemeentelijke Opleidingsschool voor Kleuterleidsters. Bijlage no. 296 Leeuwarden, 27 augustus 1987. Aan de Gemeenteraad. Ingevolge artikel 88, le lid van de Wet op het voortgezet onderwijs, dient de Gemeenteraad jaarlijks voorlopig vast te stellen: a. de bedragen, die in het voorafgaande kalenderjaar zijn uitgegeven ter zake van de exploitatiekosten voor gemeentelijke scholen voor voorbereidend wetenschappelijk onderwijs, hoger algemeen voortgezet onderwijs en mid delbaar algemeen voortgezet onderwijs en voor de Gemeentelijke Opleidingsschool voor Kleuterleidsters; b. het bedrag, dat door het Rijk in dat jaar voor de genoemde soorten van onderwijs beschikbaar is gesteld. De voorlopige vaststelling van deze bedragen over het jaar 1983 kan nu plaatsvinden. Bovendien moet de Gemeenteraad, ingevolge artikel 88, 2e lid van eer dergenoemde wet, om de vijf jaren tevens voorlopig vaststellen: 1. de som van de bedragen, bedoeld onder a, over de vijf voorafgaande jaren; 2. de som van de bedragen, bedoeld onder b, over de vijf voorafgaande jaren; 3. indien de som bedoeld onder 1, de som bedoeld onder 2 overschrijdt, het bedrag der overschrijding, gedeeld door het gemiddelde van de aantallen leerlingen van de desbetreffende soort van gemeentelijke scholen over de voorafgaande vijf jaren. Voor het vijfjaarlijkse tijdvak 1979 tot en met 1983 kan deze voorlopige vaststelling nu plaatsvinden. Voorts dient ingevolge van artikel 89 van de Wet op het voortgezet onderwijs het onder 3 genoemde overschrijdingsbedrag per leerling, vermenigvuldigd met het gemiddelde van de aantallen leerlingen van de overeenkomstige bijzondere scholen over het desbetreffende tijdvak van vijf jaren, aan deze scholen te worden uitgekeerd. Met deze uitkering is een totaalbedrag gemoeid van f 275.000, De benodigde middelen hiertoe zijn reeds gereserveerd. Op grond van het bovenstaande stellen wij U voor te besluiten zoals is aangegeven in de hierbijgaande ontwerp-besluiten. Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden, mr. G.J. te Loo Burgemeester. mr. W.J.G. Reumer Secretaris.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1987 | | pagina 290