-2-
Variant 2.
Als variant 1, aangevuld met het verbeteren van de condities
voor het beheer.
Variant 3.
Als variant 2, aangevuld met aanpassingen van de
bereikbaarheid van de buurt met ingrepen in de woonomgeving.
Variant 4.
Als variant 3, aangevuld met aanpassing van de ontsluiting
van de flatblokken middels compartimentering.
Variant 5.
Als variant 4. aangevuld met aanpassingen in de indeling en
kwaliteit van de woningen.
Variant 6,
Deze variant is van een geheel andere orde, dan de voorgaande
5 varianten en komt pas in beeld als een van de voorgaande
varianten, niet succesvol zijn. Deze variant bestaat namelijk
uit het slapen van één of meer van de flatcomplexen,
stedebouwkundige herstructurering van de buurt en vervangende
nieuwbouw.
Voor een complete beschrijving van de varianten en de
daarmee samenhangende investeringsbedragen, verwijzen wij U
kortheidshalve naar het bij dit voorstel behorende "Plan van
aanpak"
In de aanbiedingsbrief van de plangroep bij het Plan van
aanpak werd aangedrongen op het direkt starten van de
uitvoering van de voorgestelde variant 1 van het plan van
aanpak en het zoveel als mogelijk naar voren halen in de tijd
van voorstellen uit de volgende 4 varianten (fasen).
3. Reactie bewoners op het plan van aanpak.
De bewonerwerkgroep van de Meenthe kan zich grotendeels
vinden in het plan van aanpak. Het plan van~~aanpak is op 6
bewonersavonden met de bewoners van de buurt besproken.
Kortheidshalve verwijzen wij IJ naar het voor U ter inzage
gelegde verslag van deze avonden en het rondschrijven "nu of
nooit!" Tijdens deze avonden is gebleken, dat slechts door
aantoonbare inspanning van de gemeente en VLL het vertrouwen
van de bewoners in een verbeterd woon- en leefklimaat in de
toekomst kan worden gewonnen. Veel waarde wordt gehecht aan
het eerder realiseren van een aantal maatregelen, die
tastbare resultaten opleveren, zoals het nemen van
snelheidsbeperkende maatregelen voor het verkeer en het
inrichten en verbeteren van speelvoorzieningen voor kinderen.
In overleg inet de bewoners is met het onderzoeken van de
mogelijkheden en het treffen van voorbereidingen hiertoe een
begin gemaakt. Op korte termijn kunt U hieromtrent nadere
voorstellen verwachten.
-3-
4. Afwijkend bestuurlijk standpunt VLL met betrekking tot
de uitvoering van variant 1. van het plan van aanpak,
Inhoudende de sloop van het flatgebouw langs de Dokkumer Be.
Aanvankelijk leek het SOAB-rapport -zij het met enige
nuanceringen- onderschreven te worden door alle partijen,
welke in de plangroep de Meenthe waren vertegenwoordigd. Vij
betreuren het, dat het bestuur van VLL gedeeltelijk afstand
van het plan van aanpak heeft genomen. VLL geeft namelijk de
voorkeur aan het direkt toepassen van de sloopvariant voor
het flatgebouw langs de Dokkumer Ee (voortaan aangeduid met
S8-flat) Het betreft hier 109 woningen. Dit besluit is
ingegeven door het trekken van andere conclusies uit het
beschikbare cijfermateriaal en het niet onderschrijven van de
in het SOAB-rapport naar voren gebrachte verhuurperspectieven
voor de kortere termijn,
In gesprekken op bestuurlijk niveau hebben wij gepoogd de
verschillen van inzicht te overbruggen. Over de interpretatie
van het thans beschikbare cijfermateriaal bestaat geen
verschil van inzicht meer, maar nog wel ten aanzien van de
daaraan te verbinden conclusies. Volgens VLL zijn met name de
problemen in de S8-flat dusdanig groot, dat een ommekeer ten
goede niet mag worden verwacht.
5. Consequenties van de eventuele sloop van de S8-flat
volgens het voorstel van VLL.
Vastgesteld moet worden, dat de afboeking van het verlies van
het te slopen complex-gedeelte (de boekwaarde bedraagt thans
ongeveer f 4,5 miljoen) niet geheel ten laste van de Algemene
Bedrijfsreserve (ABR) van VLL kan plaatsvinden, hetgeen
vanuit een oogpunt van gezond en verantwoord financieel
beheer in het licht van de verschaffing van een helder
inzicht in de financiële positie wel zou dienen te
geschieden. In verband met de moeilijke financiële positie
stelt VLL daarom voor de sloop te financieren met een lening,
waarvan de kapitaallasten uiteindelijk worden afgeboekt ten
laste van de ABR. De Gemeente zal deze geldlening moeten
garanderen. Het risico dat de Gemeente terzake loopt,
rechtvaardigt een intensieve bemoeienis ten aanzien van de te
maken keuze.
Vij tekenen hierbij aan, dat wij op zich begrip hebben voor
de houding van VLL, die een besluit tot sloop van de S8-flat
met acceptatie van een verlies van deze omvang
vanzelfsprekend na een zorgvuldige intensieve afweging heeft
genomen. Tevens moet echter worden onderkend, dat een
eenzijdig genomen besluit geen recht doet aan de
gemeentelijke belangen en verantwoordelijkheden, die onder
meer samenhangen met de reeds verstrekte financiële steun
(verstrekte leningen en garanties) aan deze corporatie.
6. Standpunt College van Burgemeester en Vethouders.
Vij erkennen dat uit een oogpunt van volkshuisvesting op dit
moment het woon- en leefklimaat in het S8-flatgebouw beneden