- 7 -
- 8 -
bestuur te zijner verantwoording dienstig acht.
2. Binnen twee maanden na ontvangst kunnen de Raden van hun gevoelen doen
blijken. Het dagelijks bestuur legt de commentaren bij de voorlopige
vaststelling aan het algemeen bestuur voor«
3. het algemeen bestuur onderzoekt de jaarrekening en stelt haar voorlopig vast I
uiterlijk 1 juli volgende op het jaar, waarvoor de rekening geldt.
4. Zij wordt terstond daarna met alle bijbehorende stukken aan Gedeputeerde
Staten ter vaststelling aangeboden. Van de vaststelling doet het dagelijks
bestuur mededeling aan de Raden van de gemeenten, onder toezending van een
exemplaar van de rekening.
Nadelig/batig saldo
Artikel 24
1. Het nadelig saldo van de vastgestelde rekening wordt jaarlijks omgeslagen
over de gemeente naar evenredigheid van het inwonertal op 1 januari van het
betrokken dienstjaar.
Voor de vaststelling van de inwonertallen worden aangehouden de door het
Centraal Bureau voor de Statistiek bekend gemaakt bevolkingscijfers.
2. Het batig saldo van de vastgestelde rekening wordt naar evenredigheid van het Ij
inwonertal aan de gemeenten uitbetaald.
XI. Archiefbepalingen.
Artikel 25
1Het dagelijks bestuur is belast met de zorg voor de bewaring en het beheer
van de archiefbescheiden van het Taxivervoer Noord-Friesland overeenkomstig
een door het algemeen bestuur, met inachtneming van artikel 37, tweede lid,
van de Archiefwet 1962 vast te stellen regeling.
2. De secretaris is belast met de bewaring en het beheer van de archief
bescheiden, bedoeld in het eerste lid, overeenkomstig de door het algemeen
bestuur vast te stellen regeling.
3. Bij opheffing van deze regeling worden de archiefbescheiden overgebracht naai I
de archiefbewaarplaats van de Regio Noord-Friesland.
4. Gedeputeerde Staten oefenen overeenkomstig het bepaalde in het archief besluit I
het toezicht uit op de zorg en het beheer van de archiefbescheiden.
XII. Toetreding, uittreding, wijziging en opheffing.
Artikel 26
1. Toetreding door andere gemeenten vindt plaats indien vijf Raden daarmee kun
nen instemmen.
2. Het algemeen bestuur zendt het verzoek als bedoeld in het eerste lid binnen
drie maanden door aan de Raden onder overlegging van zijn advies omtrent de
toetreding en de eventueel daaraan te verbinden voorwaarden.
3. Aan de toetreding kunnen door de Raden voorwaarden worden verbonden.
4. De toetreding gaat in op 1 januari van het jaar volgende op dat waarin de
voor de toetreding noodzakelijke wijziging van de regeling in werking is
getreden.
Artikel 27
1. Een deelnemende gemeente kan uittreden als vijf Raden daarmee instemmen.
2. De uittreding kan slechts plaatsvinden met ingang van de dag waarop de
nieuwe zittingsperiode van het algemeen bestuur aanvangt, met dien verstande
dat de voor de uittreding noodzakelijke wijziging van de regeling in werking
moet zijn getreden voor 1 januari van het desbetreffende jaar.
3. Het algemeen bestuur regelt, onder goedkeuring van Gedeputeerde Staten, de
financiële gevolgen, alsmede de overige gevolgen van de uittreding.
Artikel 28
1. Deze regeling kan worden gewijzigd indien vijf Raden daartoe besluiten, met
uitzondering van de artikelen 4 en 5. Voor wijziging van de hiervoor genoemde-
artikelen is unanimiteit vereist.
2. Indien het algemeen bestuur of tenminste een Raad wijziging wenselijk acht,
doet het een daartoe strekkend voorstel aan de Raden. Een Raad, die wijziging
wenselijk acht, richt het daartoe strekkende voorstel aan het algemeen
bestuur
Artikel 29
1. Deze regeling kan worden opgeheven indien alle Raden daartoe besluiten.
2. Een besluit tot opheffing van de regeling treedt niet eerder in werking dan
met ingang van 1 januari van het jaar volgende op dat, waarin het besluit
door Gedeputeerde Staten is goedgekeurd.
3. In geval van opheffing wordt het dagelijks bestuur met de liquidatie van het
Taxivervoer Noord-Friesland belast. Het liquidatieplan wordt door het alge
meen bestuur, de Raden gehoord, vastgesteld.
4. Ter uitvoering van de liquidatie blijft het dagelijks bestuur zo nodig na het
tijdstip van opheffing van de regeling in functie.
5. Een batig saldo komt ten bate, een nadelig saldo komt ten laste van de
deelnemende gemeenten. Dit batig dan wel nadelig saldo wordt naar verhouding
van het inwonertal van de gemeenten op 1 januari van het jaar, voorafgaande
aan het jaar waarop de regeling wordt opgeheven, vastgesteld. Voor de
vaststelling van de aantallen inwoners worden aangehouden de door het
Centraal Bureau voor de Statistiek bekend gemaakte bevolkingscijfers.
XIII. Overgangs- en slotbepalingen.
Artikel 30
1. De eerste aanwijzing van leden en plaatsvervangende leden voor het algemeen
bestuur dient binnen een maand na de inwerkingtreding van de regeling plaats
te vinden.
2. De Burgemeester van Leeuwarden roept binnen een maand na de in het eerste lid
bedoelde aanwijzing de leden van het algemeen bestuur in vergadering bijeen
ter aanwijzing van de leden van het dagelijks bestuur.
3. De voor deze regeling vereiste goedkeuring van Gedeputeerde Staten wordt
aangevraagd door het college van de gemeente Leeuwarden.