-2-
Door middel van onder meer het provinciaal sociaal-economisch beleid
wordt getracht deze doelstelling te verwezenlijken, conform de intentie
van het herziene Streekplan. Aansluitend bij het regionaal sociaal-
economische rijksbeleid tracht de provincie hiertoe een tweesporenbe
leid te voeren. Enerzijds wordt een stimuleringsbeleid noodzakelijk ge
acht dat aandacht besteedt aan regio's die achterblijven bij de econo
mische ontwikkeling, anderzijds moet een ontwikkelingsbeleid kansen
bieden voor een verdere ontwikkeling van de sterke kanten voor de Frie
se economie.
Het is onzes inziens zeer de vraag of deze mix van stimulerings- en
ontwikkelingsbeleid, in zijn uitvoering op provinciaal niveau, niet tot
een zodanige versnippering leidt van de beperkte mogelijkheden, taken
en middelen, dat een vertaling in daadwerkelijk struktuurversterkende
effekten grote kans loopt niet van de grond te komen.
Wij hebben waardering voor de aandacht die in het voorontwerp wordt ge
geven aan maatregelen die erop gericht zijn om de positie en de werkge
legenheid van specifieke groepen in de Friese samenleving te verbete
ren. Het door de provincie geformuleerde beleid terzake ten aanzien van
vrouwen, etnische groepen en gehandicapten spoort volkomen met de aan
dacht die deze groepen hebben in het gemeentelijke beleid. Het voorge
stane beleid en de concrete beleidsvoornemens terzake worden door ons
dan ook onderschreven.
Aandachtsgebieden en -kernen
Het tweesporenbeleid van de provincie richt zich concreet op een drie
tal gebieden en een zestal kernen die speciale aandacht krijgen. De
vraag dringt zich wel op waarom Leeuwarden als één van deze kernen op
één lijn wordt gesteld met Drachten, Heerenveen, Sneek, Dokkum en Har-
lingen/FranekerDe centrumpositie van Leeuwarden in Friesland en de
trekpaardfunktie die Leeuwarden op het sociaal-economisch terrein voor
de provincie heeft, komt in het onderhavige beleidsplan onvoldoende tot
uitdrukking. Uit het plan blijkt op geen enkele wijze dat de provincie
in haar eigen sociaal-economisch beleid een voorrangspositie aan het
stadsgewest geeft. Verwezen wordt naar de rijksinstrumenten waarvoor
Leeuwarden als stadsgewest in aanmerking komt, mits voor een projektma-
tige aanpak wordt gekozen. De provincie ziet slechts een rol voor haar
weggelegd in het mede vormgeven van een struktuurvisie op de ontwikke
lingen van het stadsgewest, enkel en alleen om de mogelijkheid van
rijksinstrumenten te kunnen benutten. Onzes inziens is het een omissie
dat de provincie daarop in haar sociaal- economisch beleid zelf niet
anticipeert, hetgeen de invulling van het stadsgewest en de daartoe be
nodigde stappen naar Den Haag niet ten goede komt. Een krachtiger en
meer uitgesproken stellingname van de provincie ten aanzien van het
stadsgewest op het sociaal-economisch terrein achten wij noodzakelijk.
In dit verband willen wij wijzen op mogelijkheden die er zijn om het in
te stellen provinciale fonds voor de uitvoering van het sociaal-econo
mische beleidsplan in te zetten voor aktieprogrammas (dit in nauw
overleg met de betrokken gemeenten en het bedrijfsleven).
Wat betreft de van provinciezijde genoemde struktuurvisie kunnen wij u
mededelen dat deze in de vorm van een herschreven versie van het "rap
port stadsgewest Leeuwarden" inmiddels is uitgebracht. Hierover wordt
thans overleg gevoerd met de regio/buurgemeenten en de provincie. In
dit rapport wordt de relatie die Leeuwarden op het sociaal-economisch
vlak met het Westelijk en Noordelijk gebied van Friesland heeft beklem
toond
-3-
Naast de algemene struktuurvisie inzake het stadsgewest, is inmiddels
ook een investeringsplan infrastrukturele voorzieningen uitgebracht,
teneinde te kunnen voldoen aan voorwaarden die het aantrekkelijk maken
om in de marktsektor te investeren.
Aan investeringsplannen op economisch, sociaal-cultureel en recreatief
gebied wordt gewerkt.
Tenslotte willen wij hier nog opmerken dat de extra aandacht voor het
stadsgewest Leeuwarden zich heel wel verhoudt met de aandacht die het
provinciaal bestuur wil geven aan de gebieden in Noord-oost en Weste
lijk Friesland..
De verwevenheid van deze gebieden met het stedelijk agglomeraat Leeu
warden en de wederzijdse afhankelijkheid komt tot uitdrukking in de
aanwezigheid van vele industriële en dienstverlenende aktiviteiten, ge
baseerd op aktiviteiten. in de verschillende gebieden, binnen het stede
lijk gebied. In de wegenstruktuur wordt de interdependentie tevens na
drukkelijk weerspiegeld.
In het kader van de distributieve funktie van ons land, vormen de we
genstruktuur en communicatielijnen belangrijke elementen van een gun
stig produktiemilieuIn dit opzicht kan in het bijzonder het gebied
rond de as Harlingen-Franeker-Leeuwarden genoemd worden. Diverse hoog
waardige produktiemilieufaktoren zijn in het gebied behorende tot deze
as aanwezig en bij het optimaal benutten daarvan kan een economische
ontwikkeling, ten goede komend aan geheel Friesland, worden bevorderd.
Het gebied beschikt over een uitstekende verbinding met het Westen van
het land. Aan deze verbinding liggen de drie kernen, die eveneens aan
grootscheeps vaarwater zijn gelegen. De aanwezige conglomeratie van in
dustriële en dienstverlenende aktiviteiten op deze lijn biedt een uit
stekende basis voor het deelnemen in grotere ontwikkelingen, nationaal
en internationaal gezien. In dat licht gezien is de aanwezigheid van
een open zeehaven in het gebied met zijn uitstraling voor geheel Fries
land van belang. Qua woon- en leefklimaat biedt het gebied zeer veel
mogelijkheden, mede dankzij een aantrekkelijk cultureel klimaat; en op
het terrein van het Hoger Beroepsonderwijs vervult Leeuwarden de funk
tie van het Noordelijk centrum, waarmee aan een belangrijke voorwaarde
wordt voldaan ten aanzien van mogelijkheden tot nieuwe ontwikkelingen
en innovatieprocessen.
Belangrijke sektoren binnen de Friese economie
Ten aanzien van een aantal sektoren is de provincie voornemens aktivi
teiten te ontplooien die aansluiten op initiatieven uit het bedrijfsle
ven zelf en onderzoek te verrichten naar de sterke en zwakke kanten.
Voor de sektor land- en tuinbouw wordt de bevordering van de tuinbouw
in het kader van de landbouwpolitiek en werkgelegenheidsbevordering als
belangrijke stimuleringsaktiviteit onderkend. Daarbij zal de afzet en
verwerking en daarmee samenhangend de prijsvorming een doorslaggevende
rol spelen.