val van plm 202). Uit het bovenstaande kan worden afgeleid, dat het totale aantal uren sporthalgebruik waarin niet kan worden voorzien thans 2040 (1260 780) bedraagt. Gelet op de capaciteit van een sporthal, impliceert het vorenstaande dat er behoefte is aan een nieuwe sporthal en dat deze volledig kan worden benut. Wij merken hier bij nog op, dat uit landelijke ontwikkelingen blijkt dat er een verschuiving van veld- naar zaalsporten is te constateren die naar verwachting ook in de toekomst leidt tot een toenemende vraag naar het gebruik van overdekte sportaccommodaties. Gelet hierop kan worden gesteld, dat een nieuwe sporthal in een be hoefte voorziet en dat niet of nauwelijks behoeft te worden ge vreesd voor leegloop van de bestaande (gemeentelijke) sporthal len. Vanuit dit oogpunt beschouwd menen wij dat om sporttechnische redenen de uitbreiding van het aantal sporthallen door het par ticulier initiatief moet worden toegejuicht. 2. Het verlenen van een zakelijk recht Het is gebruikelijk sportorganisaties een zakelijk recht te ver lenen op de voor de bouw/aanleg van sportaccommodaties benodigde grond. Aangezien wij het wenselijk achten, dat de gemeente, gelet op de ligging binnen een sportcomplex, een zekere zeggenschap blijft houden over de grond en de daarop te bouwen opstal, en het recht van erfpacht terzake meer mogelijkheden biedt dan het recht van opstal zijn wij van mening dat niet het gevraagde recht van opstal moet worden verleend doch in dit geval de benodigde grond in erfpacht uitgegeven zou kunnen worden. Omdat het gebruikelijk is dit zakelijke recht aan sportorganisa ties te verlenen zonder daarvoor een vergoeding te vragen, stel len wij U voor de ten behoeve van de bouw van de sporthal beno digde grond in het sportpark "Kalverdijkje" aan de Stichting Korfbalhal Leeuwarden in erfpacht af te staan tegen een symbo lische canon van 1,00 per jaar en overigens onder nog nader overeen te komen voorwaarden. Omtrent deze voorwaarden is nog geen overeenstemming met de stichting bereikt. Desalniettemin dringt de stichting er bij ons op aan thans een beslissing te nemen, opdat nog dit jaar - zo mogelijk in september/oktober - van de sporthal gebruik kan worden gemaakt. Wij stellen U voor overeenkomstig ons voorstel het recht van erf pacht aan de stichting te verlenen en ons te machtigen in nader overleg met de stichting de erfpachtsvoorwaarden vast te stellen. 3. Het verlenen van een eenmalige bijdrage Ten behoeve van de financiering van de kosten van de bouw van de sporthal zal de stichting geldleningen afsluiten voor een bedrag van totaal 610.000,= (een hypothecaire geldlening van 550.000,= en een rekening-courant krediet van 60.000,=). De lasten voortvloeiende uit deze geldleningen alsmede de overige lasten kunnen worden gedekt uit de te verwachten inkomsten zoals is gebleken uit de ingediende exploitatiebegroting. De stichting ziet evenwel geen kans, uitgaande van een sluitende exploitatiebegroting, de financiering van de bouwkosten geheel 3 voor eigen rekening te nemen. Hoewel de ingediende exploitatiebe groting nog een voordelig saldo aangeeft lijkt het ongewenst nog hogere kapitaallasten aan te gaan omdat nog geen rekening is ge houden met aanloopverliezen en kosten van (los) personeel. Gelet daarop verzoekt de stichting aan de gemeente de ontbrekende middelen ad 195.000,= beschikbaar te stellen. Aangezien wij van mening zijn, dat de sporthal in een behoefte voorziet, door middel van dit initiatief met relatief weinig mid delen een sporthal kan worden gerealiseerd, en de stichting fi nancieel in staat is deze accommodatie op kostendekkende basis te exploiteren, stellen wij U voor de stichting een subsidie te verlenen van 195.000,=. 4. De dekking van de kosten voortvloeiende uit de gemeentelijke bi idrage Met betrekking tot de lasten voortvloeiende uit het te verlenen subsidie en de dekking van deze lasten merken wij het volgende op. De uit het subsidiebedrag van 195.000,= voortvloeiende las ten kunnen op basis van 25 jaar afschrijving en 6,52 rente wor den berekend op 20.475,=. Voor de dekking van deze lasten zijn in de gemeentebegroting geen financiële middelen beschik baar. Dit gegeven was voor ons in eerste instantie aanleiding om in het ontwerp-beleidsplan 1988-1992 aan te geven dat geen ge meentelijke medewerking zou kunnen worden verleend bij het rea- liser'en van een sporthal door de Stichting Korfbalhal Leeuwar den. Naar aanleiding van vragen, gesteld in de afdelingsvergadering ter voorbereiding van de behandeling van de gemeentebegroting 1988 en het beleidsplan 1988-1992 hebben wij evenwel toegezegd na te gaan in hoeverre het mogelijk is door een herverdeling van de voor de sector "Sport" beschikbare middelen alsnog de beno digde bijdrage te kunnen leveren. Wij menen een mogelijkheid te hebben gevonden door de subsidie regeling amateursport te wijzigen. Op basis van deze regeling ontvangen de sportverenigingen jaarlijks een subsidie gelijk aan 4,00 per ingeschreven jeugdlid en 2,00 per ingeschreven seniorlid. Het subsidie dat wordt uitgekeerd voor ingeschreven seniorleden bedraagt in totaal 16.000,=. Door in het vervolg geen subsidie meer aan sportverenigingen te verstrekken op basis van het aantal seniorleden kan derhalve voldoende geld worden vrijgemaakt voor de dekking van de lasten voortvloeiende uit de reeds genoemde eenmalige bijdrage. Met betrekking tot de wijziging van de subsidieregeling amateur sport merken wij nog het volgende op. De wijziging van de bovengenoemde subsidieregeling betekent, dat de voor een subsidie uit deze regeling in aanmerking komende verenigingen minder subsidie ontvangen. Wij zijn echter van me ning, dat het voordeel om op deze wijze een financiële bijdrage te kunnen leveren aan de realisering van een uit sportief oog punt wenselijke nieuwe overdekte sportaccommodatie ruimschoots opweegt tegen dit nadeel. Wij hebben onze zienswijze aan het overkoepelend orgaan van de Leeuwarder sportverenigingen, het Leeuwarder Sportcentrum, voorgelegd en hen verzocht hun mening omtrent de wijziging van de onderhavige subsidieregeling aan ons kenbaar te maken. Zowel het bestuur van het sportcentrum als

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1988 | | pagina 128