-4-
bureau wordt door de betreffende opdrachtgever in de sociale
huursector ingeschakeld als kostendeskundige. Het plan
waarvoor ten laste van het budget financiële steun wordt
aangevraagd, dient te zijn voorzien van een
kosten/kwaliteitsverklaring. Het bureau adviseert de gemeente
voorts ten aanzien van de toets sober en doelmatig, alsmede
ten aanzien van het budgetbeheer.
III.CONTINGENT EN BUDGET.
Contingent.
De Provinciale Commissie voor de Volkshuisvesting heeft bij
brief van 10 december 1987 de verdeling van de contingenten
gesubsidiëerde woningbouw bekendgemaaktDaarbij zijn aan
Leeuwarden de onderstaande contingenten toegewezen:
- sociale huursector (premiehuur non-profit) 184
- premiekoopwoningen (uitsluitend premie- A) 95
- vrije sectorwoningen met eenmalige bijdrage(premie- C) 50
totaal contingent 329
Bij deze verdeling wordt opgemerktdat
- in de sociale huursector de woningwetwoning
met Rijkslening is vervallen;
dit betekent, dat sociale huurwoningen uitsluitend
kunnen worden gefinancierd met door de gemeente te
garanderen kapitaalmarktleningen, in welke garantie
het Rijk voor 100% deelneemt;
- de premiekoop-B-regeling is komen te vervallen;
- er geen specifiek contingent vrije sector D (verhoogde
bijdrage voor bouw in stadsvernieuwingsgebieden) meer
is;indien een vrije sector C woning in een
stadsvernieuwingsgebied wordt gerealiseerd is in principe
een extra bijdrage van f. 7000,- mogelijk.
- in de provincie 150 sociale huurwoningen zijn gereserveerd
als knelpuntcontingent voor de realisatie van specifieke
bej aarden-woningen.
Voor de beoordeling van de contingentering wordt verwezen
naar het raadsvoorstel van 12 oktober 1987 (Bijlage nr 304)
inzake de planning en programmering 1988-1992 .De hierin
genoemde uitgangspunten en conclusies zijn van toepassing op
de behandeling van het thans voorliggende jaarprogramma.
Bedoelde raadsbrief ligt voor U bij de stukken ter inzage.
Vij zijn voornemens op basis van ondermeer de uitkomsten van
het kwantitatief woningbehoefte-onderzoek nog vaar het
zomerreces een nota uit te brengen over het woningbouwbeleid
-5-
voor de jaren negentig. Gezien dit voornemen zal op deze
plaats niet nader worden ingegaan op de beoordeling van de
omvang van het contingent.
Budget.
Op basis van het contingent sociale huurwoningen (184), de
landelijk gehanteerde gemiddelde woninggrootte van 75 m2 BKÜ
en de door ons college opgegeven gemiddelde normgrondkosten,
paalfunderingen en projecten waaraan geluidwerende
voorzieningen dienen te worden getroffen, heeft de HID bij
brief van 15 januari jl de gemeente een budget toegekend van
totaal f. 20.980.887.-. Dit is gemiddeld per woning
f114.027.-.
De acceptabele stichtingskosten bedragen f. 19.504.000. De
acceptabele stichtingskosten worden gevormd door de - uit de
gemiddelde woninggrootte voortvloeiende- normbouwkosten en de
gemiddelde normgrondkosten te vermenigvuldigen met het aantal
woningen waarvoor contingent is verleend. Voor dit bedrag is
het Rijk bereid voor 100% deel te nemen in gemeentegaranties
voor door de corporaties aan te trekken kapitaalmarkt leningen
ter financiering van de bouwprojecten. Met ingang van 1988
worden geen Rijksleningen meer verstrekt.
Het bedrag voor kopkosten (kosten in verband met fundering,
bouwplaats en geluidwerende voorzieningen) t.w. f. 1.476.887.-
wordt uitgekeerd in bijdragen in-eens aan de gemeente, welke
bedragen worden doorgegeven aan corporaties naar gelang de
toekenning daarvan in het kader van de verstrekking van
geldelijke steun voor de concrete projecten.
Evenals in voorgaande jaren is het aantal woningen waarvoor
een stadsvernieuwingstoeslag kan warden toegekend bepaald op
79. Deze toeslag op de jaarlijkse exploitatiebijdrage
bedraagt f. 695.-, hetgeen inhoudt dat de maandhuur voor de
betreffende woning rond f. 58.lager zal zijn dan normaal.
Op basis van dit aantal woningen met verlaagde aanvangshuren
is tevens een bedrag van f,180.000.- beschikbaar gesteld voor
het verstrekken van een tegemoetkoming in verhuis- en
herinrichtingskosten aan bewoners in het kader van de
uitvoering van bouwprojecten ter uitvoering van
stadsvernieuwing. Dit bedrag wordt gestort in het daarvoor
ingestelde gemeentelijke fonds. Uitkering aan bewoners vindt
plaats door middel van toepassing van hoofdstuk 5 van de
subsidieverordening Stads- en Dorpsvernieuwing 1986.
IV. VQNINGBOUVPROGRAMMA SOCIALE HUURSECTOR 1988
Bij het raadsbesluit van 26 oktober 1987 inzake de planning
en programmering 1988-1992 is een voorlopige lijst van
pioriteiten voor kennisgeving aangenomen.Bedoeld besluit met
bijlagen ligt voor u ter inzage.