-8- 3. Burgemeester en Wethouders zenden binnen drie weken na het ontvangen van de volledige kennisgeving, bedoeld in lid 2, bericht: a. of en zo ja, welke veiligheidsmaatregelen van toepassing zijn; b. of voor het slopen vergunning is vereist krachtens artikel Só'van de Woningwet, krachtens artikel 14 van de Monumentenwet, krachtens een pro vinciale of gemeentelijke monumentenverordening dan wel krachtens een voorbereidingsbes luit of een bestemmingsplan ter bescherming van een beschermd stads- of dorpsgezicht in de zin van de Monumentenwet. 4. Met het slopen mag, behoudens het gepaalde in lid 5, niet worden begonnen binnen een maand nadat de kennisgeving, als bedoeld in lid 2, is ingediend, Voorts mag niet met slopen worden begonnen, voordat in de desbetreffende gevallen vergunning is verleend krachtens de in lid 3, onder b. vermelde regelingen. 5. De kennisgeving, bedoeld in lid 1, behoeft niet te worden gedaan: a. indien het slopen noodzakelijk is ter uitvoering van een bouwvergunning en de kennisgeving, als bedoeld in artikel 372, lid 2, onder b, is inge zonden; b. indien moet worden gesloopt op last van of op last vanwege Burgemeester en Wethouders. 6. Indien niet binnen zes maanden na de dagtekening van het bericht, bedoeld ii lid 3, met het slopen is begonnen, worden de kennisgeving, bedoeld in lid 1 en genoemd bericht geacht te zijn vervallen en moet een nieuwe kennisgeving worden ingediend. Artikel XVI. Toegevoegd worden de artikelen 334, 335, 336, 337, 338, 339, 340 en 341 luidend als volgt: Artikel 334. Toestand van sloten en andere wateren nabij gebouwen. Sloten en andere wateren nabij gebouwen mogen zich niet bevinden in een toestand, die nadeel voor de gezondheid of hinder voor de gebruikers van de gebouwen in de nabijheid of voor anderen oplevert, ten gevolge van: a. onvoldoende afvoer van water; b. gebrekkige staat; c. verontreiniging; d. stank; e. besmetting met ongedierte; f. nestelgelegenheid voor ratten. Artikel 335. Dempen van sloten en andere wateren nabij gebouwen. Als nadere eis kan worden gesteld, dat sloten en andere wateren nabij gebouwen worden gedempt tot een in die nadere eis te bepalen hoogte en zo nodig worden gerioleerd. Artikel 336. Toestand van niet—openbare riolen en putten buiten gebouwen. Niet-openbare riolen en putten buiten gebouwen mogen zich niet bevinden in een toestand die gevaar oplevert voor de veiligheid, nadeel voor de gezondheid of hinder voor de gebruikers van de gebouwen of anderen, ten gevolge van: -9- a. gebrekkige staat; b. onvoldoende hechtheid; c. ondeugdelijke materialen; d. onvoldoende samenstelling; e. besmetting met ongedierte; f. onvoldoende wering van ratten; g. onvoldoende inrichting; h. onvoldoende werking; i. stank. Niet van toepassing is de voorgaande bepaling ten aanzien van hinder voor de gebruikers van niet tot bewoning bestemde gebouwen. Artikel 337. Verwijderen enz. van buiten gebruik gestelde niet-openbare riolen en putten. Als nadere eis kan in het belang van de veiligheid of de gezondheid worden gesteld, dat buiten gebruik gestelde niet-openbare riolen en putten worden ver wijderd dan wel geruimd en met daartoe geschikt materiaal worden aangevuld. Artikel 338. Aanschrijvingen tot het treffen van voorzieningen en sloten en andere wateren nabij gebouwen en aan riolen en putten buiten gebouwen. 1. Indien: een sloot of een ander water nabij een gebouw, een niet-openbaar riool of een niet-openbare put buiten een gebouw, niet voldoet aan de bepalingen van dit hoofdstuk, kunnen Burgemeester en Wethouders degene, die als eigenaar of uit anderen hoofde tot het treffen van voorzieningen bevoegd is, aanschrij ven binnen een door hen te bepalen termijn de door hen aan te geven voor zieningen te treffen. 2. Degene tot wie een aanschrijving als in lid 1 bedoeld is gericht, is verplicht daaraan gevolg te geven. 3. Degene tot wie een aanschrijving als in lid 1 bedoeld is gericht, kan binnen veertien dagen na de dag, waarop de aanschrijving is verzonden, bij de Gemeenteraad in beroep komen. 4. De in de vorige leden bedoelde aanschrijving blijft, behoudens het bepaalde in artikel 340, lid 1, buiten werking gedurende de termijn voor en de behan deling van het beroep. Artikel 339. Bericht aan hypotheekhouders. Burgemeester en Wethouders zenden een afschrift van een aanschrijving als bedoeld in artikel 338 aan de hypotheekhouders aan de bij de inschrijving der hypotheek gekozen woonplaats. Artikel 340. Vervallen van termijnen in geval van gevaar en ernstige hinder. 1. Indien Burgemeester en Wethouders in een aanschrijving als bedoeld in arti kel 338 vermelden, dat de uitvaardiging plaats vindt met het oog op gevaar of ernstige hinder, is degene tot wie de aanschrijving is gericht verplicht daaraan te voldoen, ook wanneer de termijn voor het instellen van beroep niet is verstreken of wanneer omtrent een ingesteld beroep nog niet is bes list 2. Indien het beroep tegen een aanschrijving, als in het vorige lid bedoeld, gegrond wordt verklaard, vergoedt de gemeente de schade, die het gevolg is van het bij voorraad voldoen aan de aanschrijving.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1988 | | pagina 192