meer dan f. 700.- per maand.
De Vereniging voor Volkshuisvesting heeft met onze instemming
het Rijk verzocht medewerking te verlenen aan een verlaging
van de huur van 19 woningen aan Wilgenroosje. Aangenomen mag
worden dat deze medewerking zal worden verleend.
De beide andere in Aldlan—Oost werkzame- corporaties zien
geen oplossing van het probleem door het toepassen van een
huurverlaging. üelet op het grote aantal leegstaande woningen
zou dit gedurende de gehele looptijd van de exploitatie -dus
tientallen jaren- aanzienlijke exploitatieverliezen
veroorzaken, die wellicht de leegstandsver 1iezen nog zullen
overtreffen.Dit te meer nu geen zekerheid bestaat omtrent de
vraag of bij een huurverlaging inderdaad alle woningen
blijvend zullen worden verhuurd.
V. hl an van aanpak verkoop woningwetwoningen WLL.
De WLL heeft bi.j brief van 10 maart ji. een nader onderbouwd
verzoek om toestemming tot verkoop van circa 33
woningwetwoningen ingediend.Dit verzoek ligt voor U ter
inzage.
De WLL wenst in principe uitsluitend leegstaande, dan wel
-in overleg met de bewoner- te ontruimen woningen te
verkopen.Met ander woorden, de WLL wenst de woningen te
verkopen voor een verkeerswaarde in onbewoonde staat. In een
aantal gevallen zal het voorkomen., dat nog één of meerdere
woningen zijn verhuurd. De WLL zal dan met de zittende
huurder overleg voeren over woningruii binnen het complex,
waarbij in principe een verhuis- en herinrichtingsvergoeding
in het vooruitzicht zal worden gesteld.
Uo basis van een voorlopige taxatie van een beëdigd
makelaar/taxateur en rekening houdend met de boekwaarde en te
maken kosten zou bij een verkoop van de bedoelde woningen een
positief resultaat van rond f.280.000.- naar de Algemene
Bedrijfsreserve kunnen worden geboekt. Daarnaast zou worden
bereikt dat de huurderving, welke thans rond f. 271.000.
bedraagt tot het verleden behoort, waardoor een dekkende
exp1o i tat ie mogelij k wordt
Het ligt in het voornemen van WLL om "gedoseerd" in kleine
aantallen -zo mogelijk per blokje woningen- de woningen op de
markt te brengen. Op een tekening heeft WLL aangegeven om
welke blokjes woningen het gaat. De stichting meent wel dat-
een en ander soepel moet worden bezien, zodat de mogelijkheid
bestaat in te spelen op wijzigende omstandigheden*!
bijvplotse 1inge toename van mutatie en leegstand in een
ander blok).
Verkoop aan zittende bewoners wordt door WLL niet overwogen,
aangezien de opbrengst in bewoonde staat minder zal bedragen
dan de boekwaarde. Een dergelijke verkoop strookt ook niet
met de bedoeling van de corporatie. Enerzijds niet omdat dat-
geen rechtstreeks effect heeft op de vermindering van de
leegstand en anderszijds niet omdat dit -in plaats van een
positief- een negatief effect heeft op de zwakke financiële
positie van WLL.
VI. Noo geen plan van aanpak van Beter Wonen.
De woningbouwvereniging Beter Wonen heeft nog geen nader plan
van aanpak ingediend. Het is ons wel bekend, dat WLL en Beter
Wonen hebben af gesproken-op identieke wijze de koopmark t- te
benaderen, waardoor gelijke "waar" voor dezelfde prijs wordt
aangeboden en eventuele te herhuisvesten bewoners op dezelfde
faciliteiten kunnen rekenen.
VII.Cr iter ia voor de beoordeling van verzoeken om
medewerking voor verk oop van won i ngwelwonngern_
Naar onze mening kunnen de hieronder volgende criteria een
handleiding zijn voor de beoordeling van de vraag of uit
vo 1 kshu i sveste1i j k e overwegingen medewer ki ng kan wo rden
gegeven aan verkoop van woningwetwoningen in nldlên—Uost.
a. de woningen dienen aantoonbaar geen functie meer te
(kunnen) vervullen op de sociale huurmarkt
Het- motief van het bestaande gemeentebeleid om niet
toestemming te verlenen voor de verkoop van woningwetwoningen
is met name gelegen in het streven tot behoud van de voorraad
goedkope huurwoningen. Gesteld kan worden dat in het algemeen
een woningwetwoning behoort tot de categorie goedkopere
huurwoningen
Met- name in de zeventiger jaren zijn echter veel sociale
huurwoningen gebouwd, die qua huurprijs het predikaat
goedkope woningwetwoningen niet of nauwelijks verdienen. Dit
laatste moet worden bezien in her. licht van oe ruimere
financiële mogelijkheden die het Rijk destijds ter
beschikking stonden en de in die tijd heersende verwachtingen
omtrent inkomensontwikkelingen, ten en ander mondde uit in
grotere en luxere woningwetwoningen.
Inmiddels worden mede onder druk van de budgettaire
problemen van het Rijk- thans weer nieuwbouwwoningen
gerealiseerd met huren, die beter passen bij de inkomens van
de doelgroep.
In Ald'iJm-Dost is sprake van langdurige leegstand in
huurwoningen die. qua huurstelling if.bOO. of meer per
maand) nauwelijks of niet meer kunnen worden beschouwd als
so c ia1e huurwoni ng
Toenemende langdurige leegstand van woningen in een
gecentreerde situatie leidt tot verslechtering van de
b.ds leegstand concentreert zich m een bepaald stadsdeel
danwei complex of deel van een complex.