Nr. 9071.
DE RAAD DER GEMEENTE LEEUWARDEN;
gelezen het verzoek van de Stichting Kabeltelevisie Leeuwarden van
6 januari 1988 om gemeentegarantie inzake de correcte betaling van rente
en aflossing van een geldlening, groot 3.450.000,aan te gaan voor
de consolidering van het tekort aan langlopende middelen;
gelezen het voorstel van Burgemeester en Wethouders van 25 mei 1988
(bijlage nr. 175)
gelet op de artikelen 170 en 228 van de Gemeentewet;
BESLUIT:
I. de gemeente, onder afstanddoening van de voorrechten van uitwinning
en schuldsplitsing en van alle andere voorrechten en excepties bij
de wet aan borgen toegekend of nog toe te kennen, speciaal ook van
de voorrechten, welke zij te harer bevrijding zou kunnen ontlenen
aan het bepaalde in de artikelen 1466, 1885 en 1887 van het Burger
lijk Wetboek, te stellen tot borg van de Stichting Kabeltelevisie
Leeuwarden, gevestigd te Leeuwarden, tot zekerheid van de nakoming
van al de verplichtingen van genoemde vereniging voortvloeiende uit
een door haar met NV Bank voor Nederlandsche Gemeenten gevestigd te
s-Gravenhage te sluiten overeenkomst van geldlening, groot
3.450.000,-- tegen een koers van 1002 en verder onder de voor
waarden, welke door de partijen in de van de overeenkomst van geld
lening op te maken akte zullen worden overeengekomen, als onder
meer:
- dat het leningsbedrag zal worden opgenomen op 1 juli 1988;
dat de looptijd van de lening 10 jaar bedraagt;
- dat de rente 6,652 per jaar bedraagt;
dat de voldoening van rente jaarlijks en de aflossing in 10
jaarlijkse annuïteiten zal plaatsvinden;
dat vervroegde aflossing gedurende de looptijd niet wordt toege
staan;
zulks overigens geheel conform de ter zake opgemaakte concept-over
eenkomst van geldlening;
II. te bepalen dat de onder I bedoelde garantie wordt verleend onder de
voorwaarde, dat de aldaar omschreven overeenkomst tot stand komt;
III. ten aanzien van de te verlenen garantie met de Stichting Kabeltele
visie Leeuwarden te Leeuwarden, hierna te noemen "de stichting" een
overeenkomst aan te gaan, houdende de navolgende bepalingen: