2
besluiten in werking treden met ingang van de dag volgende op die
van de bekendmaking.
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering
van
Voorzitter.
Secretaris
Voorbereidingsbesluit ex artikel 21 van de Wet op de ruimtelijke orde
ning ten behoeve van de reconstructie van (een gedeelte van) het wegvak
Leeuwarden-Stiens
Bijlage nr. 185. Leeuwarden, 9 juni 1988.
Aan de Gemeenteraad.
Op basis van de uitgangspunten van het Provinciaal Verkeers- en
Vervoersplan en na onderzoek naar de knelpunten op het wegvak Leeuwar-
den-Stiens, is (door de provincie Friesland) een plan voor de verbete
ring van dit wegvak opgemaakt. Over het plan zijn (eveneens door de
provincie) een voorlichtingsavond en een hoorzitting gehouden. In het
kader van de voorbereiding van bedoelde reconstructieplannen heeft de
plv. directeur Hoofdgroep Waterstaat en Milieu van de provincie Fries
land inmiddels verzocht het tracé, voor zover in de gemeente Leeuwarden
gelegen, planologisch in te passen en voor dit werk een verzoek om vrij
stelling van het geldende bestemmingsplan ingediend. Het betreft hier
het gedeelte van de Mr. P.J. Troelstraweg tussen (globaal) het kruispunt
Vierhuisterweg-Keegsdijkje en de gemeentegrens (Tsjessingawei)
Dit gedeelte van de Mr. P.J. Troelstraweg valt binnen het bestemmings
plan voor het buitengebied der gemeente Leeuwarden 1970 (bestemming
Wegen, categorie B). Ter plaatse van genoemd kruispunt en nabij de ge
meentegrens is evenwel sprake van een overschrijding van het profiel (op
verreweg het grootste deel rust de bestemming Agrarisch gebied C). Ten
einde aan het plan voor de reconstructie van dit gedeelte van dit wegvak
- waartegen uit stedebouwkundige overwegingen geen bezwaren be
staan - medewerking te kunnen verlenen, is het noodzakelijk dat voor het
betrokken gedeelte van het buitengebied een voorbereidingsbesluit wordt
genomen. Hierdoor ontstaat de mogelijkheid vrijstelling te verlenen van
het geldende bestemmingsplan. Gedeputeerde Staten zullen vooraf ver
klaard moeten hebben, dat zij tegen het verlenen van vrijstelling geen
bezwaar hebben. In het kader van bedoelde vrijstellingsprocedure zal een
ieder in de gelegenheid worden gesteld eventueel bezwaren in te dienen.
Mede gelet op het overleg dat heeft plaatsgevonden tussen provincie
en gemeente (over het ontwerp, vormgeving, verkeerskundige aspecten en
planologische inpassing) moet het verantwoord worden geacht, dat de be
handeling van de vrijstelling wordt overgelaten aan ons college. Wij
stellen U daarom voor daartoe te besluiten.
Onder mededeling, dat de Commissie voor de Ruimtelijke Ordening en
Volkshuisvesting in haar op 7 juni 1988 gehouden vergadering U heeft
geadviseerd met het vorenstaande in te stemmen, stellen wij U voor te
besluiten overeenkomstig bijgevoegd ontwerp-besluit
Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden,
mr. G.J. te Loo Burgemeester.
mr. W.J.G. Reumer Secretaris.
