Tot nu toe kon voor wat betreft de exploitatie van het Centrum voor Beroepsoriëntatie en Beroepsoefening CBB-Fop grond van de "Voorlopige subsidieregeling voor Centra voor Beroepsoriëntatie en Beroepsoefening" worden gerekend op een subsidie van het rijk dat gelijk was aan 100% van de aanvaarde exploitatielasten van dit centrum. Ter voldoening aan het bepaalde in artikel 3 van de Verordening op de Bestuurscommissie de ontwerp-begroting 1988 voor dit centrum ter vaststelling bij U ingediend. De raming voor de uitgaven ziet er als volgt uit: Fl811.291 363.670,= 120.224,= 71.245,= kosten en activiteiten -131 025 Fl1.497.455,= I Personeel II Huisvesting III. Inventaris IV. Organisatie V Specifieke Tegenover deze uitgaven heeft de Bestuurscommissie voor 1988 de volgende inkomsten geraamd: VI Rijkssubsidie Fl. 1.179.929,= VII Netto-inkomsten uit neven activiteiten 60852 VIII Bijdrage gemeente 115.000,= IX Tekort 141.674.= x x Fl. 1.497.455,= Uit de ingediende begroting blijkt dat de bestuurscommissie er vanuit gaat dat door het CBB-F in 1988 een cursuspakket wordt aangeboden dat vergelijkbaar is met de in vorige jaren ontwikkelde activiteiten. In tegenstelling tot voorheen gaat de bestuurscommissie er echter vanuit dat niet langer alle exploitatielasten door het rijk zullen worden aangaard. De bestuurscommissie is van mening dat de gemeente een bedrag van Fl. 115.000,= voor haar rekening dient te nemen en dat voor het resterende ongedekt tekort van Fl. 141.674,= alsnog op andere wijze dekking wordt gevonden, under verwijzing naar de voor U ter inzage gelegde stukken merken wij terzake van de begroting het volgende op. ad I. Personeel en VIII. bijdrage gemeente. Gegeven de omstandigheid dat het personeel dat werkzaam is bij het C.B.B.-F in gemeentedienst is aangesteld en op dit personeel derhalve de normale gemeentelijke rechtspositieregelingen van toepassing zijn (het rijk heeft t.a.v. het CBB-personeel geen afzonderlijke rechtspositie-regelingen getroffen) dient de salariëring van de werknemers bij dit centrum te worden gebaseerd op het gemeentelijk functiewaarderingssysteem. Het lijkt ons niet reëel de betreffende gemeenten om een bijdrage in de voor rekening van de gemeente blijvende kosten van reeds afgelopen jaren te vragen. Het rijk heeft onlangs aangekondigd, dat de samenstelling van de subsidiabele formatie zodanig is aangepast dat reeds per 1 april j.l. verhoudingsgewijs meer docenten overeenkomstig een lagere salarisschaal gesalarieerd dienen te worden. Hoewel wij tezamen met andere gemeenten waarin CBB's gevestigd zijn bij voortduring protesteren tegen deze wijziging van de subsidie-regeling zijn wij gehouden het in onze dienst zijnde personeel overeenkomstig de voor het gemeentelijk personeel geldende regelingen te sala riëren. De hiermee samenhangende niet subsidiabele lasten belopen tesamen met de kosten voor uurdocenten ten behoeve van activiteiten gericht op neveninkomsten in totaal een bedrag van Fl. 50.877,=. ad II. Huisvesting Het rijk is van mening dat van de door de bestuurscommissie geraamde kosten een bedrag van Fl. 6.050,= niet subsidiabel is. Gegegeven dit standpunt stellen wij U voor de begroting terzake met dit bedrag te verlagen. ad III. Inventaris -3- De betreffende functies dienen alsnog volgens dit systeem gewaardeerd te worden. Wij verwachten dat de extra kosten die hiermee gemoeid zijn gerekend vanaf de start van het CBB-F tot en met 198/ een bedrag van Fl90.000,= zullen belopen en dat voor de periode daarna op een extra uitgaaf van Fl25.000,= per jaar moet worden gerekend. In de begroting CBB-F 1988 is dan ook een lastenverzwaring van Fl. 115.000,=, waarvan Fl. 90.000,= incidenteel en Fl25.000,= structureel, geraamd. Het rijk is niet bereid deze extra lasten subsidiabel te stellen. De bestuurscommissie doet voor de dekking van deze lasten een beroep op de gemeente als exploitant van het CBB-F. Wij zijn van oordeel, dat dit verzoek van de bestuurscommissie dient te worden gehonoreerd Wij zijn overigens van mening, dat gegeven de omstandigheid dat het werkgebied van het CBB-F de gehele provincie beslaat en in de praktijk ongeveer 50% van de cursisten niet in deze gemeente woonachtig is, het voor de hand ligt de overige Friese gemeenten te verzoeken m.i.v. 1988 volgens een nog nader overeen te komen verdeelsleutel een evenredige bijdrage in deze extra lasten te verlenen Wij zullen de Vereniging van Friese Gemeenten benaderen met het verzoek om terzake een standpunt in te nemen. Op grond van begrotingsvoorschriften van het rijk dienen de investeringsbehoeften tot hun nominale aanschafbedragen in de begroting te worden verantwoordHet rijk zal voor 1988 evenwel geen subsidiegelden beschikbaar stellen voor de vervanging of

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1988 | | pagina 399