12 verantwoordelijk zijn. Dit is des te meer van belang nu de mate van personele capaciteit onder grote druk staat als gevolg van de door de voortdurende bezuinigingen noodzakelijke maatregelen in de personele sfeer (Reorganisatie Organisatiestructuur Eind juni heeft het projectmanagement haar voorstellen gepresenteerd over een mogelijke toekomstige organisatie voor het gemeentelijk appa raat. Deze voorstellen zijn neergelegd in de nota "Hoofdlijnen Struk- tuurverandering"Overeenkomstig fase 3 van het plan van aanpak met betrekking tot de reorganisatie, zoals beschreven in de U ter kennis gebrachte "Evaluatienota Organisatie Gemeente Leeuwarden plus Plan van Aanpak Organisatie-ontwikkelingsproces", is de genoemde nota in inspraak gegeven in het gemeentelijk apparaat. Tevens zal hierover in de Raads commissie O.P.I. een discussie plaatsvinden. Voor het eind van dit jaar zal het le deel van deze inspraakronde for meel zijn geëindigd, waarna zal worden geëvalueerd in hoeverre de reac ties aanleiding geven tot bijstelling van de voorstellen voor de nieuwe organisatie. Daarna zal de 2e inspraakronde van fase 3 starten en zullen diensthoofden, medezeggenschapscommissies, Raadscommissie O.P.I. en de Commissie voor het G.O. een finale reactie kunnen geven op de voorstel len. Indien alles volgens plan verloopt, ligt het in de bedoeling, dat voor de zomervakantie 1989 een afgerond voorstel voor de toekomstige organisatie aan de Raad zal worden voorgelegd. Daarna zal fase 4 van de reorganisatie gaan starten, waarin daadwerkelijke uitvoering aan de gedane voorstellen zal worden gegeven. Een van de eerste besluiten zal moeten zijn om een nieuw gemeentelijk management te benoemen. Op dit moment is nog niet exact te overzien welke looptijd met fase 4 is gemoeid, doch er wordt naar gestreefd om per 1 januari 1990 de nieuwe organisatie te laten ingaan. Nadere voorstellen in dezen zult U in de loop van volgend jaar dan ook kunnen verwachten. Cultuurveranderingsproces Aangezien de herstructurering van het gemeentelijk apparaat niet op zichzelf staat, doch gepaard moet gaan met een verandering van de be staande cultuur en werkwijzen binnen het gemeentelijk apparaat is het adviesbureau Van Dien en Co ingeschakeld om dit cultuurveranderingspro ces te begeleiden. Gewerkt wordt aan de hand van een plan van aanpak, dat in samenwerking met genoemd bureau is opgesteld om de voorgestelde cultuurveranderingen te realiseren. Een en ander op basis van de voor stellen van een ambtelijke/bestuurlijke werkgroep, die haar bevindingen heeft neergelegd in de "Tussenrapportage Werkgroep Cultuurverandering", die in Uw bezit is. Voorshands is ervoor gekozen om genoemd bureau voorlopig alleen in te schakelen tot en met fase 3 van het reorganisatieproces. Aan het einde van fase 3 zal bekeken worden in hoeverre externe begeleiding ook in fase 4 noodzakelijk is en in welke mate. Nadere voorstellen kunt U medio 1989 van ons verwachten. Informatievoorziening De komende jaren is op het gebied van informatievoorziening en automati 13 sering een aantal belangrijke ontwikkelingen te verwachten. De ontwikke lingen met betrekking tot de zogenoemde basisregistratiesystemen, welke zullen berusten op gemeentelijke functionele ontwerpen (GFO's) die onder auspiciën van VNG worden opgesteld, vormen daarbij de hoofdlijnen. Be halve aan de informatiebehoefte van de gemeente zal door de ontwikke ling van geautomatiseerde informatiesystemen op basis van deze filosofie ook op relatief eenvoudige wijze aan de informatiebehoefte van het Rijk kunnen worden voldaan. Binnengemeentelijk werpt de komende reorganisatie haar schaduwen vooruit. Het verminderen van het aantal diensten en het wijzigen van aard en omvang van de secretarie vereisen een herbezinning op het gemeentelijke informatievoorzieningsgebeurenMeer dan voorheen zal een concernmatige aanpak van automatisering en informatievoorziening noodzakelijk zijn. De in de notitie "Hoofdlijnen informatie- en automa tiseringsbeleid gemeente Leeuwarden" als uitgangspunten verwoorde visie met betrekking tot standaardisatie van apparatuur en deels ook program matuur biedt, te zamen met de voorgestelde netwerkfilosofie, een goede basis voor de totstandkoming van zo'n concerninformatiesysteem. Een verdere uitwerking van deze opzet en de realisering van projecten zal evenwel sterk afhangen van de beschikbare personele capaciteit en finan ciële middelen. De komende jaren zal ten behoeve van de koppeling van systemen de aandacht zich in dat kader met name meer dienen te gaan richten op de afstemming van de data/gegevensstructuren en de daarbij gebruikte beheersprogrammatuur (data-base-managementsystemen)Willen programma's gebruik kunnen maken van gegevens welke op verschillende computersystemen binnen de gemeente zijn opgeslagen via een binnenge meentelijk besloten netwerk, dan zullen deze gegevens uniek dienen te zijn qua vorm, betekenis, opslagplaats en dergelijke. Eveneens zal duidelijkheid dienen te worden verkregen over de grond slag, de betekenis, de beheerder en de geautoriseerde muteerder(s) van gegevens, alsmede over de binnengemeentelijke en/of externe leveranciers van brondocumenten en afnemers van gegevens en de benodigde beveiligin gen. Een belangrijke rol speelt hierbij de keuze voor een apparatuuron- afhankelijk binnengemeentelijk netwerk.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1988 | | pagina 452